Vervolg op: Taboe - 3120 jaar later…
De aula van het uitvaartcentrum zat afgeladen vol. Al een half uur voor aanvang waren alle stoelen bezet en nu, tijdens de uitvaartdienst, stonden de mensen rijen dik langsheen de wanden van het vijfhoekige gebouw. Ondanks de massale opkomst voor de laatste groet aan zijn overleden zus voelde Wim zich eenzamer dan ooit. Zo onopvallend mogelijk liet hij zijn blik van Hilke’s urne langsheen de voorste drie rijen dwalen. De rijen die voorbehouden waren voor de naaste familie en wat mensen uit hun vriendenkring. Even hield hij zijn blik op Ellen Verbeek gericht. Hij zag hoe de tranen van haar wangen rolden. Ach, eigenlijk was het best een heel geschikte meid, die hartsvriendin van zijn zus. Voor zover Wim dat kon inschatten, was zij er altijd geweest als Hilke haar nodig had. Omgekeerd hoefde Ellen ook maar te bellen en Hilke snelde haar al ter hulp.
Onder alle aanwezigen was Ellen wellicht de enige persoon die wist dat de relatie tussen Wim en de overledene veel verder ging dan een bovengemiddelde hechte familieband tussen broer en zus. Anderzijds wist Wim uiteraard evengoed dat zijn grote liefde er eens om de zoveel weken nood aan had om toe te geven aan de andere kant van haar ‘bi –zijn’. Sinds hun studententijd hadden Ellen en zijn zus een relatie die heel veel verder ging dan een gewone vriendschap. De specifieke vrouwelijke accenten die Hilke van tijd tot tijd nodig had om haar liefdesleven echt compleet te maken kon hij haar onmogelijk geven. Dat aspect van de liefde had zijn zus al die jaren gezocht en gevonden bij haar allerbeste vriendin.
***
De eerste maanden dat Hilke en hij als koppel samenleefden had Wim het er moeilijk mee dat hij zijn grote liefde moest delen met een vrouw. Dat had op een bepaald ogenblik tot een hoogoplopende ruzie geleid. Hilke was met slaande deuren vertrokken, om een half uur later al terug te keren in het gezelschap van haar hartsvriendin.
Achteraf hoorde hij van Hilke dat het Ellens idee was geweest om hem als het ware met twee vrouwen tegelijk te bespringen. Dat hadden ze gedaan, en hoe! In de volgende paar uurtjes hadden zijn zus en haar vriendin elk vooroordeel dat Wim had over de lichamelijke liefde tussen twee vrouwen daadkrachtig uit zijn hoofd en lijf geramd. Aanvankelijk gedreven door een zekere vorm van boosheid, waren ze alle drie langzaam opgeschoven in de richting van pure passie, afgewisseld door momenten van tedere verwennerij.
Twee vurige, jonge vrouwen op hun wenken bedienen was slopend gebleken voor zijn fysiek, maar het onverwachte triootje had op Wim een zodanig effect, dat hij vanaf die dag zijn zus alle vrouwelijke tederheid en liefde die ze bij Ellen vond van harte gunde.
‘Even mijn batterijen opladen,’ grapte Hilke toen ze enkele weken later de deur uit ging om weer eens een avond en nacht met Ellen door te brengen. Vrij snel was het Wim duidelijk geworden hoeveel waarheid die woorden bevatten. Door de jaren heen had hij dat alleen maar bevestigd zien worden. Telkens Hilke een avond en nacht bij Ellen had doorgebracht, kreeg hij daar steevast dagenlange de bliksemse, hartstochtelijke furie van zijn zus voor in ruil.
Het was niet eerlijk… Veertig pas en Hilke zou haar batterijen nooit meer kunnen opladen…
***
Van achter het spreekgestoelte verleende de voorganger het woord aan de werkgever van Hilke. De heer Donckers, directeur van het Sint-Elisabeth ziekenhuis stak van wal voor een ware lofrede aan het adres van de overledene, de zeer gewaardeerde dokter Hilke Vervloesem.
Langer dan enkele goedbedoelde volzinnen hield Wim zijn aandacht niet bij de spreker. Opnieuw gleed zijn blik langsheen diegenen die meenden Hilke goed gekend te hebben. Wim wist hoe ze zich allemaal vergisten. Alleen hij kende Hilke zoals ze echt was... zijn zus, zijn maatje, zijn grote liefde en zijn minnares.
Hilke nam haar deel van hun verboden liefdesleven mee in haar graf. Hij moest voortaan alleen verder met zijn deel van hun grote geheim.
Wim zag hoe zijn dochter naast hem met een zakdoekje haar tranen opving. Britt wist niets af van de ware toedracht tussen haar oudere broer en oudere zus. Sterker, Britt wist nog steeds niet dat grote broer Wim in feite haar natuurlijke vader was. Ach ja, op een familiegeheimpje meer of minder werd door de jaren heen niet gekeken. Wat niet weet, niet deert redeneerde Wim. Britt was nog steeds in de overtuiging dat haar ouders bij een vliegtuigongeluk om het leven kwamen. Ondanks dat het meisje destijds pas vier was, had Britt doorheen de tijd toch enkele herinneringen aan haar veel te vroeg heengegane ‘ouders’ bewaard. Britt wist niet beter dan dat Bets en Jan haar echte vader en moeder waren. Tot nu toe was er nooit een reden geweest om Britt te vertellen dat die overtuiging maar voor de helft klopte en tot nader order liet Wim dat dan ook maar zo.
Bij momenten was het best wel moeilijk geweest, maar Hilke en hij hadden zowel het feit dat zij een kind van haar eigen broer was, alsook hun eigen liefdesrelatie altijd voor Britt verborgen weten te houden. Nu, na Hilke’s veel te vroege overlijden, zag Wim helemaal geen reden meer om zijn dochter te vertellen dat haar grote zus en grote broer, al langer dan dat het meisje oud was, als een feitelijk koppel door het leven gingen. Nee, Britt kon dat maar beter niet weten. Wim was bang dat zijn dochter het nooit zou begrijpen.
Ondanks zijn immens verdriet om het verlies van Hilke, gingen Wims gedachten onwillekeurig een heel eind terug in de tijd. Meer bepaald naar die verfoeilijke dertiende mei, nu zestien jaar geleden.
***
Alsof het gisteren was kwamen de beelden in Wims hoofd voorbij. Vader en moeder waren blij gezind op reis vertrokken nadat Hilke en hij met de hand op het hart beloofd hadden om goed voor hun kleine zusje te zorgen. Een huwelijksreis met 25 jaar vertraging had vader het grappend genoemd.
Nadat ze samen Britt in haar bedje hadden gestopt, hingen Hilke en hij in de bank lekker tegen elkaar aan naar het journaal te kijken. Eigenlijk hadden ze meer oog voor elkaar dan voor het nieuwsaanbod, tot de nieuwslezer een pas binnengelopen bericht uit Kenia aankondigde. De vakantiebestemming van hun ouders was Kenia, dus waren zijn zus en hij direct een en al oor geweest.
Een vliegtuigje dat ingezet werd om toeristen het ongelooflijk uitgestrekte Masai Mara natuurreservaat vanuit de hoogte te laten bewonderen, was om een nog ongekende reden neergestort. Geen van de zeven inzittenden had de crash overleefd.
“Wim… Het zal toch niet!?” had Hilke verschrikt uitgeroepen.
“Nee jo,” had hij zo zelfzeker mogelijk gereageerd. “Pa en ma gingen dat reservaat wel bekijken, maar wel vanuit een luchtballon. Ze kunnen dus nooit in dat vliegtuigje hebben gezeten.”
Helaas… Het kon wel, dat bleek later die avond. Een lullig telefoontje van een ambtenaar van Binnenlandse Zaken bracht de pijnlijke bevestiging van hun bange voorgevoel. Pa en ma waren om het leven gekomen tijdens hun 25 jaar lang uitgestelde huwelijksreis.
Voor de thuis achtergebleven kinderen stond de wereld wekenlang stil. Wat gedaan moest worden werd gedaan, al was het allemaal zo goed als op automatische piloot. Voor een deel vonden Hilke en Wim verstrooiing in hun werk in het ziekenhuis, maar daarnaast hadden ze gelukkig elkaar en ook de kleine Britt om zich aan op te trekken.
Zoiets extreem triest als de onverwachte dood van haar ouders was nog veel te abstract voor het toen vierjarige meisje. Zonder het zelf te beseffen zorgde kleine Britt met haar vrolijke getater ervoor dat haar veel oudere broer en zus het verlies van hun ouders langzaam maar zeker een plekje konden geven.
***
Enkele doffe snikken aan zijn linkerzijde brachten Wim terug naar de realiteit van het moment. Britt treurde uiteraard om het verlies van haar grote zus, maar dat ze zo’n extreem groot verdriet om Hilke zou hebben, dat was voor Wim ergens toch verrassing. In een troostend gebaar legde hij een arm rond de schouders van zijn dochter die niet wist dat ze zijn dochter was. Nadat ze hem met betraande ogen even aankeek, liet Britt haar hoofd tegen zijn bovenarm rusten.
Ja… Dat kleutermeisje van toen had zich intussen ontwikkeld tot een mooie en verstandige jonge, vrouw waar menige vader trots op zou zijn. Trots op Britt was Wim absoluut. Niet alleen omdat zijn dochter binnen enkele maanden allicht met glans zou afstuderen. Hilke zou het niet meer mogen beleven, maar Britt zou haar droom job in het onderwijs weldra kunnen opnemen. Wims trots vond echter minstens evenveel voedingsbodem in het feit dat hij heel wat karaktertrekken van hem en van Hilke in Britt herkende. Qua uiterlijk leek ze dan weer veel meer op haar oma, maar dat was uiteraard de logica zelf. Hoewel Hilke de moederrol al die jaren zo goed als perfect had weten in te vullen, bleef ‘mama Bets’ uiteraard wel de natuurlijke moeder van Britt.
Onwillekeurig kwam zijn laatste bezoek aan zijn zus in het ziekenhuis hem opnieuw voor de geest. Nauwelijks vier dagen was het geleden dat hij voorgoed afscheid van zijn grote liefde had moeten nemen. Dat afscheid, even merkwaardig als hun ‘verboden’ relatie, spookte sindsdien met regelmaat door Wims hoofd.
***
Drie weken vroeger, ‘s avonds bij een glaasje wijn op de bank, had Hilke hem verteld dat zij ‘vliegende kanker’ had, zoals dat in de volksmond werd genoemd. Hilke en Wim waren allebei dokter, dus de volkse omschrijvingen werden al snel ingeruild voor veel meer duidelijkheid verschaffende vaktaal. Toch ging een groot deel van die medische onderbouwde informatie over diverse uitzaaiingen aan Wim voorbij. Het enige wat echt tot hem doordrong was dat zijn enige, echte liefde nog hooguit enkele weken te leven had. Hilke was de laatste tijd veel sneller vermoeid, maar verder was het haar helemaal niet aan te zien dat ze zo ernstig ziek was. Ondanks alle onderzoeksresultaten die Hilke opsomde, had Wim dan ook de grootste moeite om het te geloven.
De volgende dag was Hilke in het ziekenhuis opgenomen en sindsdien had Wim haar dagelijks minstens een keer bezocht. Reeds na enkele dagen kon hij niet langer om de vernietigende kracht van Hilke’s vreselijke ziekte heen.
Dagenlang had Wim overhoop gelegen met zowat de hele wereld, maar vooral toch met zichzelf. Nu hij er op terugkeek kon hij zichzelf wel voor het hoofd slaan omdat het hem zoveel tijd had gekost om te wennen aan het idee dat Hilke er weldra niet meer zou zijn.
Uiteraard waren hun ouders ook veel te vroeg gestorven, maar nu er voor zijn zus geen enkele hoop meer was, kwam de dood nog zoveel tastbaarder om het hoekje kijken.
Hilke was pas 48, maar dat was haar al niet meer aan te zien. In slechts een handvol dagen was haar lichaam zodanig afgetakeld dat er van de trotse, pronte vrouw van weleer zo goed als niets meer overbleef. De glanzende fonkeling in haar ogen was totaal verdwenen. Haar van nature puntgave, lichtbruine huidskleur was een bonte mengeling geworden van geel, donkerroze en paars. Wat echter nog het meest opviel was het verlies aan lichaamsgewicht. Bij Wims laatste ziekenhuisbezoek, nu vier dagen geleden, was de aftakeling pijnlijk finaal. Hilke’s mooie lichaam van weleer was nog slechts vel over been.
Al enkele dage losten Britt en Wim elkaar permanent af om Hilke bij te staan. De blik en de lichaamstaal van zijn dochter maakten Wim duidelijk dat Britt onder hetzelfde gevoel van machteloosheid gebukt ging als hij. Die gedachte deed hem huiveren en spontaan sprongen de tranen in zijn ogen. Gelijk riep hij zichzelf weer tot de orde. Hij had zich immers voorgenomen om niet te huilen in het bijzijn van zijn zus en zijn dochter.
Ondanks zichzelf merkte Hilke op dat haar broer tegen zijn tranen vocht.
“Britt,” had ze met hese stem gezegd, “mag ik Wim even onder vier ogen spreken?”
Britt die op een stoel naast het bed zat en Hilkes hand vasthield, keek verwonderd van de een naar de ander.
“Och ja,” antwoordde ze echter weldra begripvol. “Jullie zijn allebei zoveel ouder dan ik en voor zover ik weet hebben jullie altijd al een speciale band gehad. Dat zal nu ook wel spelen. Ik ga al.” Met een kort knikje in de richting van Wim verliet Britt de kamer.
Toen Hilke zag hoe haar broer bedremmeld bleef staan waar hij stond, wenkte ze hem dichterbij.
“Kom eens even bij me zitten, broertje” fluisterde ze zwakjes.
Het spreken kostte haar duidelijk moeite. Dat viel hem nog meer op toen hij op de stoel naast het bed wilde gaan zitten.
“Niet daar, Wim,” klonk het hees. “Hier!”
Met haar vingers tikte ze naast haar op beddengoed en voorzichtig zette hij zich naast zijn zus op het bed. Gedurende enkele ogenblikken hadden ze elkaar zwijgend aangekeken en Wim meende in haar blik iets op te merken dat vaag op een glimlach leek.
“Krijg ik geen knuffel meer van je?” Hilke’s stem klonk nog altijd even zwak, maar op een bepaalde manier uiterst zelfzeker.
Wim had zich voorover gebogen en zijn handen op haar frêle schouders gelegd. Met zijn wang tegen die van haar was hij beginnen wenen. Hilke had hem aanvankelijk laten doen en alleen maar een hand op zijn achterhoofd gelegd. In een troostend gebaar had ze met haar vingers door zijn haren gewoeld.
Minuten later had Wim gevoeld hoe zijn terminale zus haar hoofd in zijn richting probeerde te draaien. Toen hij daarop zijn druk op Hilke’s wang verminderde, begreep hij dat haar lippen op zoek waren naar de zijne. Wim keek haar aan en tot zijn verwondering zag hij in haar vermoeide ogen gelijk een duidelijke fonkeling. Iets wat er de voorbije tien dagen absoluut niet meer was.
“En nu wil ik een echte, gloedhete kus van je,” fluisterde ze in zijn oor.
“W…wat?” had hij gestameld, “Hil… lieverd… je bent…”
“Stervende,” sprak Hilke dat ene woord uit wat Wim niet over zijn lippen kreeg. “Ik weet het.” Haar arm waarin het infuus zat gleed met slangetjes en al langs zijn overhemd naar omlaag, tot op zijn broek. Haar hand bleef rusten op zijn kruis. “Schat… ik voel me als een ter dood veroordeelde die een laatste verzoek mag doen. Wil jij mijn laatste wens hier op aarde helpen waarmaken?”
“Zeg het maar, lieverd,” reageerde Wim moeilijk slikkend. “Jouw laatste wens zal mijn wens zijn.”
“Mooi… wil jij dan de ritssluiting van je broek voor me losmaken? Ik denk niet dat mij dat nog lukt.”
“Heu…!?”
Compleet verbouwereerd luisterde Wim naar de motivering voor het uiterst ongewone verzoek wat zijn lieve zus hem hees toefluisterde. Het kwam er op neer dat ze het ongelooflijk jammer vond dat ze niet meer intiem met elkaar hadden kunnen zijn sinds die ellendige rotziekte haar aan het bed gekluisterd hield. Haar grote liefde nog een laatste keer zien stralen van genot, dat was Hilke’s ultieme wens. Met dat doel voor ogen had ze naar de behandelende arts toe geklaagd over ondraaglijke pijnen, waardoor die bereid bleek om de dosis morfine die ze toegediend kreeg weer wat te verhogen.
“Maar… maar dat is je reinste zelfmoord,” had Wim gestameld.
“Zo zie ik dat niet, schat!” reageerde ze naar omstandigheden ferm. “Wie of wat is ermee gediend dat ik morgenochtend of de ochtend daarna nog haal, lieverd? Ik heb hierover echt wel goed nagedacht, Wim. Het onvermijdelijke is onomkeerbaar, maar als ik dit aardse leven dan toch moet verlaten, dan wil ik wel naar de uitgang met op mijn netvlies het beeld van hoe ik jou een allerlaatste keer kon doen genieten.”
Wim wist niet waar hij het had. Hij durfde vooral Hilke niet aan te kijken, zozeer lag hij in de knoop met zichzelf door die onwaarschijnlijke wens van zijn zus, zijn lief… zijn terminaal zieke minnares. Was dit niet te gek voor woorden? Kon of mocht hij daar wel op ingaan?
Hilke zag Wim worstelen met het idee. Ze kende hem voldoende en dacht te weten wat voor haar broer meer dan waarschijnlijk het grootste struikelblok zou zijn.
“Voor wat het waard is, Wim,” zei ze, “Ik vraag je niet om mijn knokige, afgetakelde lijf overal te gaan strelen en al helemaal niet dat je me zou neuken. Mijn erogene zones onder het laken functioneren toch al niet meer, dus dat zou sowieso niet meer lukken… maar als je vrede zou willen nemen met een vurige kus en een hand job, dan zou je me daarmee een heel groot plezier doen.”
Na die overduidelijke toevoeging van zijn zus durfde Wim haar wel weer aan te kijken. In Hilke’s lichtjes vochtige ogen las hij vooral hoop. Nee, geen hoop voor zichzelf maar wel de hoop dat hij zou meegaan in haar laatste wens.
‘Jouw laatste wens zal mijn wens zijn,’ schoten zijn eigen woorden van nog geen minuut geleden hem weer te binnen. Dat Hilke’s laatste wens die richting uit zou gaan, dat kon hij onmogelijk zien aankomen. Wat had hij in godsnaam beloofd? Wim voelde op dat moment helemaal niets wat ook maar enigszins aan opwinding gerelateerd kon worden, maar belofte maakt schuld. Hoe vreemd Hilke’s wens ook was, hij kon nu niet meer terugkrabbelen. Met een kus op haar lippen wilde Wim haar zijn bereidheid tonen, terwijl hij met trillende vingers zijn broek toch maar open maakte.
“Ga je gang, schat,” zei Wim, goed wetende dat zijn stem niet bepaald overtuigend klonk. In de gegeven omstandigheden leek een erectie hem hoogst onwaarschijnlijk en dat maakte zijn twijfel en onzekerheid nog groter.
Enkele minuten later had die onzekerheid bij Wim plaats gemaakt voor een gevoel dat het midden hield tussen onbehagen en genoegen. Was dit niet de grens van de beschaafdheid ver voorbij, vroeg hij zich af.
Omwille van Hilke’s telkens weerkerende ademnood moesten ze het zoenen regelmatig onderbreken, maar op een of andere manier leek dat de erotisch lading van hun intieme tongzoen nog te versterken. Tot zijn eigen verbazing werd Wims pik al gauw hard als staal. Zijn trotse jongeheer had het onwaarschijnlijk naar zijn zin in Hilke’s warme, zachte hand. De vertrouwd aanvoelende borreling in zijn balzak gaf aan dat een zaadlozing niet lang meer uit te stellen zou zijn. Maar… kon hij dat wel maken? Was het niet hoogst onfatsoenlijk en immoreel als hij nu Hilke’s hand zou onderspuiten? Ok, ze had er hem ergens zelf om gevraagd met haar laatste wens, maar was het geen uiting van gebrek aan respect voor zijn lieve zus? Was het niet weerzinwekkend dat hij op haar sterfbed toegaf aan de pure, kolkende hitsigheid in zijn ballen?
Voor zijn gemoedsrust nam Wim zich voor om het met zijn lieve zus bij de eerstvolgende onderbreking van hun onwijs geile tongzoen over zijn morele dilemma te hebben.
Zover kwam het niet, maar dat lag niet aan Wim. Wel aan het feit dat Hilke haar vingers plots van zijn pik afhaalde. Gedurende enkele seconden vroeg hij zich af of zijn zus misschien tot dezelfde inzichten was gekomen als hij, maar nog voor hij het haar kon vragen, kromde Hilke haar vingers echter rond zijn harde lans. Alleen… die vingers voelden plots heel veel zachter aan en leken overal tegelijk te zijn. Wim drukte zich wat op, zodat hij kon kijken wat die plotse zachtheid veroorzaakte.
“Djezus… Hil…’ stamelde hij verbaasd. Elke doemgedachte verdween gelijk als sneeuw voor de zon en hij begreep dat het geen holle woorden waren toen Hilke hem zei dat ze hierover goed had nagedacht. Sterker nog, ze had zich hierop voorbereid.
De warme zachtheid die zijn gehele mannelijke apparatuur omvatte kwam van een van Hilke’s onderbroekjes, wat ze op geraffineerde wijze in zijn kruis gedrukt hield. Hij herkende het zijden, paarse hipstertje direct. Altijd had het hem extreem opgewonden als Hilke dit broekje rond haar kontje had zitten. Geen enkel stukje textiel had haar vrouwelijkheid -zowel voor als achteraan- ooit zo zoveel eer aan gedaan. Heel dikwijls had hij erop gestaan dat ze dit zachte, wulps ogende broekje aan hield tijdens het vrijen.
Hij had haar poes en aarsje gelikt terwijl ze het droeg. Met zijn handen in allebei de pijpjes had hij haar lipjes en klit gestreeld en haar gevingerd tot ze spetterend klaarkwam. Ze hadden elkaar ook meermaals naar een hoogtepunt geneukt nadat Hilke de paarse stof aan de kant had gehouden voor de intrede van zijn trotse pik.
Toen hun blikken elkaar kruisten zag Wim in Hilke’s ogen een duidelijke blijk van tevredenheid omdat de verrassing die ze wilde bereiken er wel degelijk was.
“Lekker?” vroeg ze hees.
“Heel lekker,” antwoordde Wim naar waarheid.
“Kom dan maar gauw,” zei ze met een glimlach, terwijl ze het paarse niemendalletje zachtjes strelend over zij geslacht liet gaan.
“Aaaah…’ gromde Wim en het volgende moment tekenden zijn opeenvolgende lozingen een witte abstractie op het paarse zijde van Hilke’s broekje.
***
Met een zucht waarin enige tegenzin verscholen lag, keerde Wim terug naar de realiteit van het moment. Desondanks ging de rest van de ceremonie voor een deel in een soort roes aan hem voorbij. Al bij al had hij er weinig van meegekregen, daarvoor zat hij te dikwijls in zijn eigen gedachtewereld verzonken. Een steek ging door Wims hart op het moment dat de urne met Hilke’s assen op de begraafplaats werd bijgezet in het columbarium. Zijn lieve Hilke..!
Snel trok hij de figuurlijke muur om zich heen maar weer op. De waarheid deed vooralsnog teveel pijn.
Na de koffietafel en het afscheid van vrienden en naaste familie was Britt wat graag bereid om haar grote broer met haar tweedehands wagentje naar huis te brengen. Allebei waren ze bijna devoot stil toen ze thuiskwamen. Brit liep gelijk door naar de keuken om koffie te maken. Wim wist niet direct wat te beginnen en ging uiteindelijk maar aan de keukentafel zitten. In een ongecontroleerd gebaar liet hij zijn hand over het tafelkleed glijden en terwijl hij zijn ogen sloot, kon hij het Hilke zo zien doen.
Britt zette een mok koffie voor hem op tafel, waarna ze haar hand op zijn hoofd legde. De manier waarop ze haar vingers door zijn haren liet gaan, voelde voor Wim zondermeer liefelijk aan. Even sloot hij de ogen en gelijk was het alsof Hilke’s vingers door zijn haren streelden. Pas toen zijn dochter voorover boog en haar armen om hem heen sloeg, rook Wim een ander parfum. Meteen ontwaakte hij uit een soort droom.
Hilke was er niet meer… Hilke was dood en zou nooit meer terug komen.
Volgende deel: Taboe - 33: Slot