Tessa was nooit iemand geweest die snel jaloers werd. Dat kon ook niet, als je nagaat wat ze even van plan was geweest met mij en
Manon. In die situatie vond ik dat ook een goed teken. Ik zag dat toen wel zitten, en mocht het ooit nog zover komen, dan zou ik denk ik niet aarzelen om er voor te gaan, en mocht Tessa niet jaloers worden. Maar los van die situatie zag ik het een tijdje aan als iets slechts. Als ik en Tessa wel eens over straat liepen, kregen we beiden wel eens blikken toe gespeeld van aantrekkelijke leeftijdsgenoten. Mij viel het altijd op als ze aandacht kreeg van een ander, al was het niet meer dan een blik en een glimlach, en beantwoordde ze zoiets nooit. Ik werd altijd jaloers. Ik probeerde het dan snel via een grap af te doen als niets, en nooit werd het vervelend. Tessa was ook niet het meisje wat ik kwijt zou raken doordat een willekeurige vreemde haar een glimlach of een knipoog zou geven. Maar gebeurde het bij mij, en toch vaker dan je misschien zou denken, deed ze alsof ze het niet zag, zag ze het soms ook echt niet, of leek ze het eerder als nietszeggend te zien. Alsof het mij niet zou overkomen. Alsof een meisje per ongeluk naar me lachte. Wat in principe mogelijk zou zijn. En soms vond ik haar dan onvoorzichtig. Alsof ze me voor lief nam. En met dat gezegd te hebben, vind ik het fijn nu te vertellen dat er ik vaak naast zat en dat ze echt wel om me gaf en wist wat ze had in de persoon van ikzelf.
Nadat ik haar wat lullig had weggestuurd, voelde ik me toch een eikel. Ik hoopte dat ze snel terug kwam. Ik kon haar niet achterna. Ik had nog wat werk te doen en na een uur maakte ik me toch een beetje zorgen. Ik was bang dat ik te lomp was geweest. Het bleek maar weer hoe pril ons nieuwe begin was. Of zei het meer over mijn eigen onzekerheden. Want niet veel later kwam ze me toch weer opzoeken. Ik was achter met de tractor bezig en haalde een nieuwe voorraad stro en hooi naar voren. Daarin werd ik geassisteerd door de lieftallige Bertine die vandaag ook weer vrijwel de hele dag op de boerderij te vinden was. Zij kwam hier al van kleins af aan. En toen Tessa zag hoe we in de weer waren met van alles en nog wat, allemaal werk gerelateerd natuurlijk, zag ik haar zowaar jaloers kijken en kwam ze toch wel snel vragen wat we aan het doen waren. Iets wat gevaarlijk besteeg ze de oude tractor en wilde ze bij me in de krappe cabine zitten. De eerste keer dat ze hier was geweest, had ik haar ook een stukje laten rijden in de tractor, en alhoewel ik het gebaar en het idee waardeerde, was het nu toch eerder gevaarlijk.
,,Hallo! Kijk je even uit. Dit is gevaarlijk, hoor.’’ werd haar dan ook bijdehand toegeroepen, maar niet door mij.
Bertine was een apart geval. Ik was erg gesteld op haar, en bijna elke keer als ik bij m’n ouders op bezoek kwam, probeerde ik haar nog even te zien of te spreken. Zoals ik al zei: ze kwam hier al van kleins af aan, en sinds die tijd heb ik haar ook altijd aan de hand genomen. Ze was als het ware m’n jongere zusje. Een tenger meisje met lang sluik haar wat een kleur had die haar niet een blondine maakte, maar ook geen brunette. Het zat er precies tussenin. Ik neig nog altijd naar brunet, in haar geval.
Ze kwam van het dorp en uit een zeer streng gereformeerd gezin. Ze was de jongste van tachtig… Nee, dat niet. Maar ze had er wel een aantal boven zich zitten. En net had ze me verteld dat ze als enige nog bij haar ouders woonde, zoals dat gaat met de jongste. Ik heb geen broers of zussen, dus had geprobeerd haar wat moed in te praatten dat alleen zijn ook niet erg was.
Ik was zelf niet christelijk, en dacht altijd dat juist dat de reden was waarom ze graag met me optrok. Ik veroordeelde haar nooit, maar vaak hadden we het over het geloof, haar geloof, en ergens vond ik het wel leuk om haar een beetje daaraan te doen twijfelen. Ik had natuurlijk wel een mening, en zeker dat geloof stond me niet aan, zal ik maar zeggen. Maar ieder zijn ding. Ik heb de ouders van Bertine vaak genoeg gezien, en dat zijn verder hele degelijke mensen. Ze vielen nog onder de gematigden, en Bertine leek soms eerder wel een afvallige. Een grote smoel dat ze kon hebben, wat Tessa ook net had ontdekt. Hoe vaak zij wel niet ruzie gemaakt heeft met iemand die gewoon geïntimideerd was geraakt doordat Bertine dan wat had geroepen. En het was nooit haar intentie. Ik moest er altijd kostelijk om lachen, en ook nu weer, al kon Tessa dat niet waarderen. Bertine had zichzelf ook wel eens omschreven als ‘’een slecht voorbeeld voor refo’s’’, wijs dat ze was op haar jonge leeftijd. Dat kon ik beamen. Ik had haar nog nooit in een rok gezien. Altijd jeans, of iets vergelijkbaars. Vloeken deed ze echter nooit, daar was ze fel op tegen en als iemand het deed kreeg die persoon gelijk de wind van voren. Ze had ook geen vloek nodig om gehoord te worden.
Want nog voordat ik wat gezegd had, droop Tessa af en keek ze van een afstandje toe, realiserende dat ze inderdaad wat risico had genomen.
,,Man, zo komen we nooit op tijd klaar.’’ uitte ze zich dan gefrustreerd toen ze mij zag uitstappen om eerst even de tijd te nemen om Tessa het een en ander uit te leggen, omdat mij dus wel die jaloerse blik was opgevallen.
,,Kan ik je niet helpen, dan?’’ sneerde ze zachtjes en ongeduldig. ,,Nu ben ik er nog.’’ gaf ze als reden, maar het klonk haast als een dreigement.
,,Wat is er nou?’’ vroeg ik haar daarop verbaast en minstens zo ongeduldig.
,,Niets, ik wil gewoon niet dat je met haar samenwerkt.’’ Boos keek ze langs me heen en gaf ze Bertine een nijdige blik. Het was niet zo dat Tessa wist wie Bertine was. Bertine was iemand die er niet echt toedeed, als je begrijpt wat ik bedoel. Die zag ik hoogstens een paar keer per jaar, en meer niet. Meer was er ook niet. Alsof je je oude buurjongen of buurmeisje weer eens zag. Maar blijkbaar had Tessa er een heel ander idee bij.
,,Iedereen zegt dat ze je leuk vind. Ik wil niet dat jullie samen zijn.’’ zei ze me zachtjes. Bertine stond op een afstandje en zou het allemaal niet horen. Ze was wat bij elkaar aan het harken om toch nog geen tijd te verliezen. Ik geloofde het dan ook niet. Al had ze wel even raar gekeken toen die keer toen ze mij met Manon zag… En al was het zo, wat dan nog? Maar Tessa had wat meisjes in de stallen horen roddelen. Dat Bertine nu alweer bij hem was, bij mij dus. Roddels moet je nooit geloven. Ik zat hier nu al een week, en dit was eigenlijk pas de eerste keer dat ik samen met haar was.
,,Jezus, Tessa…’’ vloekte ik zachtjes om het haar maar aan haar verstand te peuteren. ,,Dat is nog een kind, niet veel ouder dan jouw zusje…’’ begon ik uit te leggen. ,,Man, ze is zowat mijn zusje, zolang ken ik haar al.’’ En ik maakte me er toch wat kwaad om. Er moest juist positivisme zijn tussen mij en Tessa maar na vanochtend leek dat nergens meer te vinden te zijn. Hoe kwam dat toch?
,,Waarom heb ik dan nog nooit van haar gehoord?’’ vroeg ze me boos.
,,Omdat ze er niet toedoet.’’ zei ik toen wat harder. Dat hoorde ze… De reactie die kwam, kon ik verwachten.
,,Nou, leuk hoor.’’ zei Bertine dan ook meteen hard. Nooit had ze een blad voor de mond gehouden, dus waarom nu wel? En zichtbaar teleurgesteld droop ze dan ook snel af.
,,Zo, gelukkig.’’ speelde ik opgelucht, wat vraagtekens boven het hoofd van Tessa plaatste. Ik was natuurlijk cynisch. ,,Ja, ze is weg. Dat wilde je, toch?’’ sneerde ik teleurgesteld. En dan ging het me nog niet eens om de gevoelens van Bertine die vast gekwetst waren. ,,Zij wist hoe ze me moest aansturen. Nu moet ik het alleen doen.’’ liet ik Tessa boos achter, hopende dat ze zou begrijpen dat die Bertine me verder helemaal koud liet. Ik had dan wel vakantie, maar er moest nog steeds een hoop gedaan worden op zo’n dag. Maar voor een meisje als Tessa, die onder de schaduw van Rotterdam was opgegroeid, kon ze daar geen begrip voor tonen. Het leek haar leuk ooit zoiets te hebben, maar ze was er nog lang niet klaar voor. Ze bleef staan, en zag mij hanissen met m’n werk, wat overigens prima zonder hulp kon. Alleen moest ik alles zelf doen. Iets wat verslagen keek Tessa dan toe, en liet ze me niet meer alleen.
,,Sorry…’’ zei ze alleen zacht toen ik haar voorbij wilde lopen. Ze leek wel te begrijpen dat ik toch niet die jongen was die hier heel de dag achter de meisjes aanzat. Ik wilde niet boos blijven. Maar iets tussen ons veroorzaakte ook nu weer irritatie, en ik was zelfs even blij dat ze vanavond weg zou gaan. Heel even maar.
,,Het is gewoon… de dingen die ze over je zeggen. Ze vinden je allemaal leuk.’’ mierde ze nog even door. Het deed me niets, moest ze geloven. Natuurlijk vond ik het wel vleiend, maar dat ging ik Tessa niet laten merken. Ik was nu eigenlijk te oud om te blijven
rommelen met die paardenmeisjes. Het merendeel was de twintig nog lang niet gepasseerd, en dus ook veel te jong voor mij om ze ook maar een beetje serieus te nemen. Tessa was net de twintig gepasseerd, dus die nam ik wel serieus. Alleen leek ze dat even te vergeten.
,,Vertrouw je me niet dan?’’ vroeg ik haar. En nog voordat ze het zei, wist ik het al. Ze had een goeie reden mij niet te vertrouwen. Ik was immers al de fout ingegaan. Daar herinnerde ze me voorzichtig aan in zachte woorden, en zo wees ze me op mij en Manon. Ze nam me dat moment niet zozeer kwalijk meer, maar ik snapte waar ze op doelde. Alsof ik die jongen was die lukraak met iedereen zat te neuken… Vond ik toch wel vervelend dat ze dat dacht.
Voor Manon was ik de ‘altijd maar lieve’ Jens, en voor Tessa nu de ‘niet te vertrouwen’ Jens. Hoe kan dat nou? Die twee personen konden niet verder van elkaar vandaan liggen. Maar dat kwam omdat de karakters van Tessa en Manon ook zover van elkaar vandaan lagen, en dus hadden ze elk een eigen beeld van mij kunnen creëren. De één wilde me minder lief hebben en voor de ander moest ik juist liever zijn, worden. Of zoiets… En het liefst nog wel voor de ander. Tessa vond het fijn dat ik lief was voor Manon, want dat had ze nodig, volgens haar. Daar denkt ze nu misschien anders over. Maar Manon had juist voorgesteld minder lief te zijn voor Tessa; directer op te treden en er gewoon voor te gaan, als ik wilde. Ik kon het nauwelijks nog volgen.
Op zich hoefde ik maar aan één aspect te werken, aangezien alleen Tessa er toe deed. Maar door naar Manon te luisteren, had ik wel weer wat actie durven te ondernemen wat had geresulteerd in hartstocht. En daarnaast moest ik ook nog toegeven die ander absoluut niet vergeten te zijn. Voor Manon wilde ik minstens zo veranderen als voor Tessa. Dit alles kon ik niet met Tessa delen, niet wetende wat zij dacht en vond en hoe ze nu in het leven stond naar mij toe en naar anderen. Ik kwam er achter dat de impact toch vele malen groter was geweest en hoe makkelijk is het te vergeten dat er geen werk meer aan de winkel zou zijn. Heel makkelijk. Mijn wereld was de hare niet meer. En andersom. Ook dit ging weer tijd kosten. En zoals ik me vandaag had gedragen, kost het meer tijd dan voor vanmiddag…
Haar familie kwam precies op tijd. Het leek alsof we het samenzijn even moesten onderbreken om onze gedachtegang te kunnen verleggen. Soms heb je dat even; dan heb je input van anderen nodig om je weer normaal te laten functioneren. Het riep ook wel wat vragen op. Met name in de contreien van onze onderlinge relatie en verhouding. Even had ik gedacht dat alles weer goed was. Maar dat bleek te kort door de bocht te zijn.
Ik had helemaal niets tegen haar ouders en kon ook goed met ze om gaan verder. Ik was gewoon liever alleen. Ik zag mijn eigen ouders ook maar een paar keer per jaar. Daarom overleef ik het ook makkelijk op afstand in Amsterdam. En ik hield Tessa misschien ook wel liever voor mezelf. Ze was toch anders als haar ouders erbij waren. Wat niet gek is, maar ik had liever de Tessa die ze was als ze alleen met mij was. Het was overigens de eerste keer dat ze hier waren, en hadden nog nooit mijn ouders ontmoet. Dat ging vandaag ook niet gebeuren. Ik leidde ze even rond, met Tessa wel weer naast me, en ik vond het fijn dat ze zichtbaar onder de indruk waren. Tessa’s zusje,
Remy, een jaar of zeventien, dacht ik, waren we al snel kwijt. Een heel ander type dan Tessa. Veel meer open en spontaan. Die papte meteen aan met wat meisjes in de stallen, en ik vond het niet gek dat ik haar later op de dag samen met Bertine zag bij de varkens. De twee leken te kletsen en te lachen. Was een fijn gezicht. Ik vond het fijn dat Bertine niet gelijk naar huis was gegaan. De ene zus kon haar niet aanstaan, en met de ander klikte het dan juist. Logisch. Toch keek de ene zus met me mee, en zag ik haar genoeglijk glimlachen om haar sociale zusje en dat asociale meisje hier van het dorp, waar ze zo jaloers op was geweest.
Het was een verrassing dat het vanaf dat moment alleen maar beter werd. Het leek opeens te klikken tussen mij en haar ouders. Meer als voorheen. Er werd me zelfs even gevraagd waarom ik met oudjaar niet was gebleven, zeker na zo’n lange reis… Tessa had het ze toch verteld. Bleek zelfs dat hun haar liever met mij zagen, dan alleen. Al zeiden ze dat niet zozeer met die woorden. Toch leuk om te horen, en fijn om te weten dat Tessa dat tegen hun gezegd had. Ik was toen ten slotte voor haar gekomen omdat ik nog steeds om haar gaf. En dat deed ik nu ook nog. Misschien wel meer als toen.
De grootste verrassing moest toen echter nog komen. Hetgeen wat Tessa in mijn ogen iets minder maakte als haar ouders er waren, was het feit dat ze meer naar hun neigde te trekken. Ik kon er heus wel begrip voor tonen, en zeker toen ze bij mij woonde en ze haar familie al een tijdje niet gezien had. Maar ik had nooit het idee dat ze me er dan ook echt bij betrok. Misschien wel omdat ik haar het idee gaf dat ik er niet bij betrokken wilde worden. Dat kon zomaar. Maar dan voelde ik me toch een beetje alleen en zo versterkten we keer op keer het effect, denk ik. Na het eten vroeg ze echter of het okay was of ze nog hier zou blijven. Bij mij. Dat vroeg ze weliswaar eerst aan haar ouders, dat wat ik zojuist bedoelde, maar ze wist natuurlijk wel dat ik er geen probleem mee zou hebben.
,,Dan pak ik vanavond gewoon de trein.’’ bood ze een simpele uitweg. Haar ouders waren verder ook niet voor niets gekomen… Ik was hier heel erg blij mee. Toch weer een teken dat ze liever bij mij bleef. Godzijdank. Niemand die er verder ook maar een probleem mee had.
Ik had al wel een beetje zitten rekenen. Ik zou met haar mee gaan naar Goes met de bus, en haar daar op de trein zetten. Dan zou ze een geruime tijd later thuis zijn, en in de vroegte van de volgende dag weer door moeten naar de hoofdstad, aangezien ze aangaf morgen wel college te hebben, en niet te willen blijven slapen. We zwaaiden haar ouders na de koffie uit, en daarna overhandigde ik haar haar oude sleutel. De sleutel van ons huisje. Ik kon nog niet mee naar huis, maar zei haar het fijn te vinden deze alvast te overhandigen. Dan kon ze zelf beslissen of ze in een keer door zou reizen. Ze had immers al een hoop spullen mee naar hier genomen, en die nam ze ook allemaal weer mee.
,,Nee, joh. Dat hoeft toch niet.’’ zei ze me eerst nog, denkende dat ik het deed zonder overtuiging. Maar dat was echt niet zo. Het kon gezien worden als een wanhoopsdaad, maar dat was het niet zozeer. Okay, het liep vandaag misschien niet zo heel goed, en wellicht kwam dat omdat we toch wat geforceerd samen waren. Dat kon best. Thuis was dat anders, met mijn baan en haar studie. En dat we wat problemen hadden, was verder ook niets nieuws. Maar als ik deze problemen wilde oplossen, moest ze wel bij me zijn. Want het waren onze problemen. En al nam ik elke dag maar even de tijd om het een en ander aan te geven of te vragen. Over ons, over wat gezegd is, wat we gedaan hebben, en over wat we nog willen. Op afstand, vaak over de app bij ons, creëer je maar weinig duidelijkheid. Daarom wilde ik haar die sleutel geven. Toch een beetje wanhoop, maar ik zag het meer als een heldere constatering.
,,Ik mis je liever niet.’’ zei ik haar dan ook zachtjes en vertelde haar wat ik graag wilde; dat we er samen uit zouden komen. Met nadruk op samen. Even leek ze te twijfelen. Misschien wilde ze dat wel helemaal niet meer. Kon best. Maar doordat te denken, dekte ik mezelf gewoon al wat in. De laatste tijd was nog maar weinig zeker geweest. Echter was zij het die de doorslag gaf en me achterliet met louter positieve vooruitzichten. Ze knuffelde me intens en kon haar niet gelukkiger maken. Ik ging er vaak maar van uit dat mensen waar ik om geef, liever niet met me omgingen. Zo wordt je toch minder snel gekwetst. En zo bleef de opluchting altijd groot en goed. Niet dat het gezond was. Ook iets om aan te werken, zal ik maar zeggen. Die avond was het ook gewoon weer in orde. Zij en ik, een flesje wijn, een zinnig gesprek, een minder zinnig gesprek gevolgd door de slappe lach, en tot slot een kort maar heftig vrijpartijtje waarbij we zoenend op de grond rolden, weer even verloren in lust. In de bus hield ze stevig m’n hand vast en toen de trein verscheen, voelde het even als een in een film. Alsof ik haar nooit meer zou zien. Wat was dat een fijn gevoel, toen ik me realiseerde dat ik deze droom van een meid nog heel vaak ging zien. Want dit was geen film. Ze zou niet verdwijnen. Ze appte me die avond laat nog in ons huisje aangekomen te zijn en hoe blij ze was hier weer te zijn, en ik appte haar terug dat de laatste lammeren net geboren waren, en kon een rustig weekje tegemoet om alles weer eens op een rijtje te zetten. Zo leek alles goed te eindigen. Al was het nog maar het begin. Alweer. Steeds maar weer opnieuw. Blijven proberen. Het komt vast wel een keer goed.