Vervolg op: De Gezusters Santegoed - 44We zijn weer enkele maanden verder. De zwangerschap van Chantal vordert, maar gaat niet echt over rozen. Doordat ze zwanger is van een tweeling, heeft ze veel meer last van haar zwangerschap. Het weerhoudt haar er niet van om nog te gaan werken, maar seks staat op een zeer laag pitje. Ze probeert me wel te bevredigen, maar echt fijn kan ik het niet vinden. Dat frustreert ons beiden wel een beetje.
Want enerzijds mis ik de seks wel, maar anderzijds ook weer niet. Het volstaat voor mij ook om gewoon samen te liggen met Chantal, en gewoon van elkaar te genieten. En dat doen we ook. We liggen uren langs elkaar in bed, waarbij ik tegen Chantals gezwollen buik mijn onvoorwaardelijke liefde uitspreek voor de twee schatten, die in haar buik verborgen zitten. Chantal kan daar echt van genieten, en het zorgt wel voor een nog betere band met elkaar, dan we al met elkaar hebben. Het is echt een periode, waar ik Chantal echt goed leer kennen, in vele facetten. En dat is ook wederzijds. We zijn er in ieder geval achter gekomen, dat we allebei nog veel over elkaar moeten leren.
Maar de liefde, die ik voor Chantal voel, is alleen maar groter geworden. Ik neem haar gezwollen lichaam voor lief, samen met de kwaaltjes, die bij haar zwangerschap horen. En dan met name op het psychische vlak, wat deels ook uit haar fysieke kwaaltjes ontstaat.
Chantal is namelijk tijdens haar zwangerschap nogal veeleisend. Veeleisend van haarzelf, maar ook van mij. Het is moeilijk om haar tevreden te stellen, maar ik doe het zonder klagen. En dan beseft ze zich steeds weer, dat ze weer te veel van me geëist heeft, waardoor ze kwaad op zichzelf is.
Zelfs Eira heeft te lijden van de zwangerschap van Chantal. Omdat Chantal niet meer alles zelf kan en mag, moet Eira een groot deel van het huishouden op zich nemen. En ik help haar daar wel bij, maar ik heb echt bewondering voor deze meid. Ze ondergaat het zonder klagen, en lijkt daardoor niets fout te kunnen doen bij Chantal. En daarbij verdient ze bij met haar bijbaantje in de supermarkt, blijft ze trouw sporten in de sportschool bij Otto. Haar relatie met Leon is helaas wel gestrand, maar ze zijn wel vrienden gebleven, en dat is ook wel wat waard. Leon komt desondanks nog vaak bij ons langs, waardoor we ook een band met hem hebben opgebouwd.
Het is zaterdag, en het is een van de spaarzame momenten, dat ik even tijd voor mezelf heb. Of liever gezegd, Chantal heeft me het huis uit gestuurd, en gezegd, dat ik maar eens lekker aan mijn auto moest gaan werken. De caravan is inmiddels zo goed als klaar, daar moeten we nog wat details afwerken, maar we wachten daar op wat onderdelen, die we besteld hebben. Dus blijft er nu tijd over voor mijn wagen, die al flink vorm begint aan te nemen. En dan is er nog de caravan van Sander en Ilse, waar ik ook nog regelmatig aan werk. Maar vandaag niet. Ik ben bezig de motor, die ik voor mijn nieuwe wagen gekocht heb, weer op te bouwen. De motor is opnieuw geboord, en helemaal zuiver gemaakt. De motor ben ik nu met lak een mooi kleurtje aan het geven, voordat ik alles in elkaar zet. Ik ben lekker bezig, als opeens Leon de loods binnenkomt. Dat doet hij niet zo vaak, maar hij is er al eens enkele keren geweest.
‘Hoi, John!’
‘Hey, Leon! Wat brengt jou hier?’
‘Ach niets! Ik had even niets te doen.’
‘Oké. Als je Eira zoekt, die is er niet!’
‘Dat weet ik, ze is aan het werk. Ik wilde eigenlijk jou spreken, John.’
‘O, en waar wilde je over praten?’
‘Ehm, ik weet niet hoe ik dit moet zeggen, John.’
‘Nou, je bent hier, en je hebt al gezegd, dat je het ergens over wilde hebben. Dus zeg het maar gewoon. Wat kan je gebeuren? Of ben je bang?’
‘Nee! Of ja, toch een beetje. Niet voor jou, maar om het antwoord.’
‘Gaat het om Eira?’
‘Ja, maar niet helemaal. Ik zal eerlijk zijn, ik heb nog steeds gevoelens voor Eira, maar het probleem is, dat Eira niets meer van me wil. Dat kan ik haar ook niet helemaal kwalijk nemen, daarvoor heb ik ook dingen gedaan, die niet konden.’
‘Oké, waarom win je haar dan niet terug?’
‘Dat ben ik ook van plan, John. Maar niet zoals ik eerder gedaan heb. Bovendien wil ik ook nog iets anders, en daar kun jij me mee helpen, John.’
‘Aha, en wat is dat dan?’
‘Nou, ongeveer hetzelfde, als je voor Joey hebt gedaan. Ik wil leren, hoe je kunt lassen en aan auto’s kunt sleutelen.’
‘En waarom nu opeens interesse?’
‘De interesse in auto’s is er altijd al geweest, maar nu ik vaker hier kom, vind ik oude auto’s echt helemaal te gek! En ik weet, dat Eira deze wagens ook heel erg mooi vindt. Dus ik dacht dan, als ik me hierin verdiep, en dan leer hoe ik zo’n wagen moet onderhouden, dat ik me dan ook zoiets kon gaan kopen. En ik weet, dat Eira hier ook vaak is.’
‘Dus op die manier probeer je Eira terug te winnen? Denk je echt, dat dit een goed idee is? Meisjes hebben vaak een heel ander idee over romantiek. Dat Eira toevallig oude Amerikaanse wagens ook mooi vindt, wil nog niet zeggen, dat ze zich dan ook meteen in de techniek van deze wagens interesseert! Chantal, bijvoorbeeld, vindt deze wagens erg mooi, en ze weet er nu ook wel een en ander vanaf qua techniek, maar ik zie haar zelf geen wagen meer opknappen. Techniek is niet helemaal een meisjesding.’
‘Dat weet ik wel, maar dan zou ik vaker hier zijn, en haar dus ook vaker spreken. Meer dan ik nu zou doen.’
‘Nou, dat klinkt al beter! Goed, daar wil ik je wel bij helpen. Wanneer wil je beginnen?’
‘Wanneer kan ik starten?’
‘Nu meteen? Als deze verf droog is, dan ga ik deze motor opbouwen. Dat zou erg leerzaam kunnen zijn voor jou.’
‘O, dat zou geweldig zijn! Dan ga ik vlug naar huis heen om me wat oude kleren aan te trekken!’
‘Dat is goed, dan zie ik je zo weer terug!’
Leon is dan al meteen weg, en ik maak me wat zuiver, zodat ik het huis in kan. Ik trek mijn overal uit, en ga kijken, hoe het met Chantal is. Ze ligt op de bank.
‘Was dat net Leon?’
‘Ja, hij kwam net in de loods. Hij wilde met me praten.’
‘Wat moest hij dan?’
Ik glimlach. ‘Hij wil Eira nog niet opgeven. En hij wil er ook echt voor gaan. Ik kan niet anders, dan bewondering voor hem hebben!’
‘Hoe wil hij dat dan gaan doen? Eira heeft hem duidelijk gezegd, dat ze alleen maar vrienden met hem wil zijn!’
‘Daar heeft hij toch flink over nagedacht. Ik zou het zo misschien niet gedaan hebben, maar zo’n slecht idee is het ook weer niet. Hij wil, dat ik hem leer om aan auto’s te gaan sleutelen. Op die manier wil hij vaker hier zijn, zodat hij ook weer vaker met Eira kan praten. Dat vind ik op zich geen slecht idee.’
‘O, dat is inderdaad geen heel slecht idee. Dat geeft hem ten minste een reden om hier te zijn, en hij leert er dan ook wat van. Maar verwacht hij van Eira dan, dat ze ook gek is van auto’s? Want in dat geval zal Leon wel van een koude kermis thuis komen. Eira vindt ze mooi, maar daar is ook alles mee gezegd!’
‘Dat had ik hem ook al gezegd, maar dat is niet aan de orde. Hij wil gewoon meer tijd met haar spenderen, en dat vind ik juist een goed idee. En als het niet werkt, dan is er nog niets verloren.’
‘Nou, dan kun je niet anders, dan bewondering voor hem hebben, John. Dat geeft toch wel aan, dat hij er echt wat moeite voor wil doen. Maar het kan voor hetzelfde geld ook de andere kant op werken.’
‘Dat is zijn risico, Chantal. En ik zie er geen kwaad in om die jongen wat lessen te geven in autotechniek. Dat is namelijk nooit weg!’
‘Je wilt hem gewoon besmetten met het autovirus!’
‘Dat hoef ik niet te doen, dat is al gebeurd! En dan kun je hem maar beter goed voorbereiden, schat!’
Chantal glimlacht.
Dan zeg ik: ‘Wat was jij aan het doen?’
‘Namen aan het bekijken. Dat moet ook gebeuren. Maar ik kan niet echt leuke namen vinden.’
‘En waarom noemen we ze niet naar belangrijke mensen uit onze familie?’
Chantal denkt even na. ‘We hebben het hier al meer over gehad, John. Worden dat dan geen ouderwetse namen?’
Ik lach en zeg: ‘En wat dan nog? Wat is er mis aan de naam Jan? En wat is er mis aan Helene, als het een meisje wordt?’
‘En wat als het toch twee meisjes worden? Of twee jongens?’
‘Mijn oma heette Brigitte. Nou vind ik dat wat oubollig, maar Birgit klinkt dan weer wat moderner.’
‘Hmm, dat klinkt inderdaad wel goed. En wat als het een jongen is? Ik zou er dan één naar mijn opa willen vernoemen, als we dan toch bezig zijn!’
‘Naar welke van je opa’s?’
‘Robert, ook al noemde iedereen hem Rob.’
‘Nou, dan zijn we daar toch al aan uit?’
Chantal glimlacht. ‘Dank je, John! Ik zag hier zo tegenop. Het is zo moeilijk om een goede naam te kiezen! Als ik soms hoor, wat voor namen ze soms bedenken, dan denk ik bij mezelf: Waar zijn die in godsnaam mee bezig! Maar jij weet me dan weer in het goede spoor te geleiden en dan lijkt het opeens zo gemakkelijk!’
Ik glimlach. ‘Maar het is niet zo, dat dit al meteen de definitieve namen zullen zijn, Chantal. Mocht je ooit toch je bedenkingen hebben, dan kunnen we dat nog veranderen.’
‘Dat snap ik. Maar dit staat me wel aan. Jan, vanwege je vader. Helene vanwege mijn favoriete oma. Birgit vind ik ook wel mooi, net als Robert. Van mij uit, hoeven we dat niet meer te veranderen, John. Dit is gewoon perfect!’
Ik geef Chantal een zoen. ‘Maar nu heb ik je wel beroofd van je speurtocht naar namen!’
‘Dat geeft niets. Ik ga toch nog even op bed liggen, ik ben wat moe.’
‘Wanneer moet je weer naar de dokter? Want dat moet je echt wel zeggen tegen de dokter!’
‘Woensdag om tien uur heb ik een afspraak. En ook al zal het niets zijn, ik zal het tegen hem vertellen.’
‘Weet je zeker, dat ik er niet bij moet zijn?’
Chantal schudt haar hoofd. ‘Je zou je alleen maar vervelen, John. En je hoeft echt niet iedere keer met me mee! Bovendien heb ik Melissa al gevraagd of ze met me mee ging, want ze moet die dag ook naar die dokter. Ze heeft een drie kwartier later de afspraak staan.’
Ik laat het daar dan wel bij rusten, al zou ik echt graag met haar mee zijn gegaan.
De week gaat snel voorbij en voordat ik het weet, is het alweer woensdag. Maar om half elf krijg ik plotseling telefoon van Chantal.
‘John? Ik ben hier bij de dokter, en die vindt toch dat je even moet komen.’
‘Wat is er dan?’
‘Dat wil ik nu niet vertellen, maar je moet komen!’
Ik ben nog nooit zo hard naar huis gereden, en hoewel ik normaal een kleine drie kwartier naar huis nodig heb, lukt me dat nu in amper een half uur, en dan sta ik al bij Chantal in de wachtkamer. Die kijkt me verbaasd aan, dat ik er al ben.
‘Ben je er nu al? Ik heb je maar net een half uur geleden gebeld?’
‘Ja, je zei, dat ik moest komen. Dus nu ben ik er! Wat is er aan de hand?’
‘Er is een complicatie, John. Nu zit Melissa bij de dokter, maar als ze klaar is, mogen wij weer bij hem binnen.’
‘Wat is er dan aan de hand?’
‘Er is iets, wat we over het hoofd hebben gezien. En dat heeft nog wel wat gevolgen. Het is niets ernstigs, maar wel iets waar we rekening mee moeten houden.’
Het zijn dan lange minuten, die ik moet wachten. Maar uiteindelijk mogen we de spreekkamer in, en zit ik gespannen af te wachten, wat de dokter bekend zal gaan maken.
‘Ah, u bent toch kunnen komen, mijnheer Vliegers?’
Chantal glimlacht. ‘Hij was er al binnen een half uur, terwijl ik hem gezegd had, dat hij zich niet moest haasten!’
De dokter glimlacht. ‘Dat is niets nieuws, mevrouw. Aanstaande vaders reageren wel wat meer overdreven. Heeft u al wat meer verteld?’
‘Nog niet, ik wist niet goed, hoe ik hem dit moet uitleggen.’
‘Begrijpelijk. Mijnheer Vliegers, uw vrouw heeft een kleine complicatie met haar zwangerschap. Die is op zich niet heel erg ernstig, maar dat kan het wel worden. Uw vrouw heeft namelijk buiten haar twee embryo’s nog een derde foetus, die zich echter buiten de baarmoeder bevindt. En dat kon wel eens een groot risico worden. En daarvoor stellen we een operatie voor, die die derde foetus weg zal halen. Die is nog steeds zeer klein, vele malen kleiner, dan de andere foetussen, maar lijkt me toch te groeien.’
‘Wat gebeurt er als we er niets aan doen?’
‘Dan zou de eileider kunnen gaan scheuren, met ernstig bloedverlies als gevolg. Maar er is ook een bepaald risico, vooral omdat uw vrouw juist zwanger is. Dit is echt een uitzonderlijke situatie, die ik nog nooit eerder heb gezien! Ik heb er wel eens van gehoord, maar nog nooit echt gezien.’
‘En is dat een zware ingreep?’
‘Dat ligt eraan. De foetus is nu nog niet heel erg groot, en hierdoor zouden we het misschien met een soort kijkoperatie kunnen behandelen. Dat is nog nooit eerder zo gedaan, maar dat lijkt me de weg van het minste risico. Er is echter nog wel een ander probleem, en dat is de verdoving. Dat zou niet goed kunnen zijn voor uw ongeboren kinderen. Ik verwacht niet echt, dat het problemen zal gaan opleveren, maar ik kan het ook niet uitsluiten.’
‘Hoe bedoelt u dat?’
‘Dat is het hem juist. Het beste zou zijn, als we de operatie met minimale verdoving zouden gaan uitvoeren, maar dat zou betekenen, dat uw vrouw toch flink pijn zou moeten lijden.’
Plotseling is het alsof de wereld onder me wegstort. Ik voel me angstig en hulpeloos, en ik zie in de ogen van Chantal, dat ze hetzelfde ervaart. En dat maakt iets in me los, dat ik nog nooit eerder zo ervaart heb. Ik kijk Chantal aan en vraag haar: ‘Hoe denk jij er zelf onder, Chantal? Ik bedoel, jij bent degene, die het moet ondergaan!’
‘Ik ben niet bang voor de pijn, John! Maar wat als er iets mis gaat? Maar wat we ook doen, er blijft altijd een risico bestaan.’
Ik knik. Ik kijk de dokter aan en zeg: ‘Wat zijn de risico’s bij de operatie, die u voorstelt?’
‘Er is altijd een kans, dat we haar vliezen raken. En dat zou betekenen, dat uw ongeboren kinderen geen overlevingskansen meer hebben. Maar: Op de foto’s kunnen we zien, dat er een mogelijkheid is om zonder problemen aan de foetus te komen. Dus dat zou het risico aanzienlijk verminderen. En dan is er altijd nog de kans op bloedingen. En het zal betekenen, dat we waarschijnlijk een stuk van haar eileider zullen moeten weghalen. Indien u later nog kinderen wenst, hoeft dat geen probleem te vormen, er is immers nog een andere eileider over. En omdat de operatie bij voorkeur zonder zware verdoving zal plaats vinden, zou uw vrouw veel pijn moeten lijden. Het is, zoals ik al zei, geen standaard operatie. Ik kan u niet de garantie geven, dat alles probleemloos zal verlopen.’
‘En zijn er verder nog problemen?’
‘Ja, seks zit er dan voorlopig niet meer in. Ik had al van uw vrouw begrepen, dat u samen nog regelmatig seks met elkaar hebben. Normaal gesproken zou dat helemaal niet erg zijn, maar in dit geval zou het beter zijn van niet!’
‘Nou ja, daar kan ik wel mee leven, dokter. En wat is het risico als we afwachten?’
‘Dan zouden er bloedingen kunnen ontstaan, die door de zwangerschap niet weg kunnen. En dat zou voor ontstekingen kunnen zorgen, of bloedvergiftiging. Of zelfs zwangerschapsvergiftiging door hoge bloeddruk. En die symptomen zouden zelfs levensbedreigend kunnen gaan worden. Ik zou u dringend willen adviseren om hiervan af te zien.’
‘Zijn er geen andere mogelijkheden?’
‘In normale gevallen zou er een mogelijkheid zijn met behandeling met medicijnen. Die zijn echter niet geschikt voor de gezonde foetussen. Dus dat risico kunnen we ook niet nemen. En dan blijft echter de operatie de beste optie. Maar er is wel haast bij geboden. Hoe eerder we ingrijpen, hoe kleiner het risico.’
Ik pak de hand van Chantal vast en ik voel haar angst. Ze kijkt me aan en zegt: ‘Wat moet ik doen, John?’
‘Tja, wat je moet doen, dat lijkt me wel duidelijk! De vraag is echter, ben je er klaar voor? Ik bedoel, het zal zeker geen pretje worden!’
Chantal knikt. ‘Maar wat als het fout gaat?’
Ik kijk Chantal terug aan, en knijp haar bemoedigend in haar hand. ‘Er zal niets fout gaan, Chantal. Samen kunnen we dit wel aan!’
‘Ben je dan de hele tijd bij me?’
‘Als de dokter me dat toestaat, dan wel!’
De dokter glimlacht. ‘U zou een grote hulp kunnen zijn tijdens de operatie, omdat uw vrouw bij kennis zal blijven. Het zal haar helpen te ontspannen.’
Chantal knikt. ‘Dan zal ik geen andere keus hebben, John!’
Ze begint te huilen, en ik troost haar door haar in mijn armen te sluiten.
‘Rustig maar, Chantal! Het komt wel goed!’
Maar Chantal laat zich niet troosten, en laat dan al haar emoties varen. In mijn armen durft ze zich eindelijk over te geven aan haar angsten en emoties. De dokter kijkt begrijpend toe, hoe ik Chantal probeer te troosten. Het duurt een kwartier, voordat Chantal haar emoties weer onder controle heeft. De dokter besluit dan niet te veel druk op Chantal uit te oefenen, en laat het onderwerp voor een later moment rusten. Maar als we willen opstaan, kijkt Chantal de dokter aan en zegt: ‘Wanneer zou die operatie kunnen plaatsvinden, dokter?’
‘Dat zou ik nog even moeten nakijken, maar als het kan morgen al! Zoals ik al zei, hoe eerder, hoe beter!’
‘Regel het dan maar! Dan is het ook maar gebeurd!’
De dokter is behoorlijk onder de indruk van deze woorden. Dan loopt Chantal huilend weg, zonder afscheid te nemen. Ik volg Chantal, en we laten de dokter alleen. Buiten de spreekkamer worden we echter al opgevangen door enkele zeer attente verpleegsters, die ons naar een kamer brengen, waar Chantal even haar emoties verder kan uithuilen.
Dankbaar maken we daarvan gebruik.
Eenmaal als we alleen zijn, werpt Chantal zich in mijn armen. ‘Wat moeten we nu doen, John? Waarom moet ik met mijn zwangerschap zoveel pech hebben?’
Ik houd Chantal stevig vast. ‘Chantal, dit is natuurlijk wel een flinke tegenslag, maar dit is niet het einde van de wereld! Stel je eens voor, dat ze er niet achter gekomen waren? Dan zou je misschien gestorven zijn, en zou ik je moeten missen! Dat zou ik echt niet aankunnen, Chantal!’
‘Ja, maar nu weet ik, dat er nog een derde leven in me zit. Heb ik het recht om over dit leven te oordelen?’
‘Je hebt geen keuze, Chantal! Het is jouw leven, en dat van de andere twee baby’s, of niets doen, waarbij de kans heel groot is, dat je het niet overleeft! Dat noem ik geen keuze! En natuurlijk, ik zou het ook graag anders zien! Maar het is niet anders!’
Nog steeds huilend knikt Chantal. Ik voel me zo machteloos. Er is bijna niets, wat ik kan doen, terwijl ik mijn leven voor haar zou willen geven. Maar dat zou helemaal niets uithalen. Maar na een tijdje kalmeert ze een beetje. Niet veel later klopt er iemand op de deur. Het blijkt de dokter te zijn.
‘Mijn assistenten vertelden me, dat u zich hier bevond. Ik heb net even contact gehad met een collega, die meer van zulke gevallen weet, en die is het met mijn behandeling eens. Het is de beste oplossing. Maar hij had een idee voor een plaatselijke verdoving, waarbij het risico voor uw ongeboren kinderen echt minimaal is. Dat zou voor mevrouw minder pijn betekenen, en daarmee ook minder spanning. En dat is ook weer positief voor het verminderen van het risico.’
Chantal kijkt de man hoopvol aan. ‘Dat hoor zich goed aan, dokter. Misschien moesten we dat maar doen. Wanneer wilt u het dan gaan doen?’
‘Morgen gaat me niet meer lukken, maar ik kan u voor overmorgen wel inplannen. Dan moet ik toch wat schuiven met andere afspraken, maar dit gaat voor!’
Chantal knikt, en kijkt me aan. Ik pak bemoedigend haar hand vast, en geef haar een kneepje om haar te laten weten, dat ik haar steun, wat ze ook kiest. Ze glimlacht en zegt: ‘Doe dat dan maar, dokter!’
De dokter glimlacht. ‘Dat zal ik dan regelen, mevrouw. En ik zal er ook voor zorgen, dat u zo weinig mogelijk litteken zult gaan zien. Het zal maar een klein sneetje worden, net boven uw navel. Wat we eigenlijk gaan doen, is met een speciaal gereedschap een weg vinden naar uw eileider, waar de embryo zit, en dat gaan we wegbranden. De embryo verwijderen we dan, en dat is het eigenlijk in het kort. Het zal zeker niet gemakkelijk worden, maar ik ben ervan overtuigd, dat deze operatie succesvol zal zijn! Bovendien zal ik assistentie vragen van een collega van me, die vaker op deze manier operaties uitvoert. U bent echt in veilige handen!’
Chantal knikt. De dokter zegt dan: ‘Ik laat u zo snel mogelijk weten, hoe laat u hier in het ziekenhuis aanwezig moet zijn. Maar ik wil u nu al zeggen, dat het eigenlijk van belang is, om 24 uur van te voren niets meer te eten. En na de operatie kunt u vrijwel meteen naar huis, mits er geen complicaties zijn opgetreden. Maar u heeft wel even tijd nodig om te herstellen.’
‘En hoelang gaat dat duren, dokter?’
‘Afhankelijk van de operatie, maar toch minimaal een week. En dan mag u echt niet erg veel doen. Niet veel meer, dan in huis rondlopen.’
We praten er dan nog wat meer over, en dan voelen we ons toch wel wat geruster. En daarop gaan we naar huis, waar we het nieuws aan Jolien en Joris vertellen. Die zijn natuurlijk flink geschrokken, en Jolien zegt dan ook meteen: ‘Dan blijven we gewoon nog wat langer hier! Ik ga niet thuis zitten afwachten, tot je weer beter bent, Chantal! Dat hebben we niet gedaan, toen met je blindedarmontsteking, maar nu onder geen beding!’
‘Ik zou het ook prettig vinden, als jullie bleven! Het is niet, dat John niet voor me kan zorgen, maar ik zou me prettiger vinden, als jij er was, mam!’
Dan kijkt ze mij aan. ‘Ik hoop niet, dat je het erg vindt, John?’
‘Waarom zou ik dat erg vinden? Andersom zou ik het ook fijn vinden, als mijn moeder dan hier zou zijn. Dus ik begrijp je heel goed!’
Joris zegt dan: ‘Dan bel ik meteen even mijn baas op, dat ik nog wat langer vrij moet hebben. Dit heeft voor mij gewoon voorrang!’
Om er dan meteen achteraan te zeggen: ‘En dan rij ik nog even terug naar huis, en kom met de Cadillac terug. Dan kan John meteen even kijken naar dat rammeltje, dat ik de hele tijd hoor, als ik ermee rijd.’
Chantal lacht. ‘En ik maar denken, dat je voor mij hier zou blijven!’
‘Maar dat doe ik ook! Maar waarom het onaangename niet met het aangename verbinden? John zie ik ook nog niet meteen aan het werk gaan, en dan kan hij zijn gedachten even verzetten door naar mijn wagen te kijken!’
Ik lach. ‘Ik heb wel een vermoeden, wat het is. Zoveel werk is dat niet, Joris. Dat zou ik zelfs ’s avonds nog kunnen doen. En ook al ben ik dan thuis, ik moet dan evengoed werken! Ik werk tegenwoordig al veel van huis. Alleen vandaag was ik op mijn werk. En die zal ik meteen even bellen, want die zullen zich ook wel afvragen, waarom ik zo opeens weg moest!’
Ik voeg de daad bij het woord, en ik regel dan ook meteen, dat ik voorlopig alleen maar vanuit huis zal werken. Maar zodra ik opgehangen heb, gaat mijn telefoon alweer. Deze keer is het de dokter.
‘Mijnheer Vliegers? Ik had geprobeerd uw vrouw te bellen, maar op de een of andere manier neemt ze niet op. Dus heb ik u maar gebeld. Ik wilde even doorgeven, dat vrijdag om negen uur ’s morgens de operatie gepland staat. Daarvan krijgt u nog een mail en een brief, maar ik wilde het u even persoonlijk mededelen. Bovendien wilde ik nog even zeggen, dat me nog een collega bij zal staan bij de operatie, die komt speciaal voor de operatie over van Leuven. Ze is echt een expert op het gebied van operaties bij zwangere vrouwen. Ze wilde er graag bij zijn, omdat het echt een unieke operatie is. En ik kan haar expertise heel goed gebruiken. Ik hoop, dat u het niet erg vindt?’
‘Ik zal het vlug even overleggen met mijn vrouw, momentje!’
Ik overleg het even met Chantal, die er zelfs erg blij mee is, dat er nog een expert bij de operatie zal zijn. Ze voelt zich daardoor er wel een stuk geruster op. Ik bevestig dan de dokter, dat we er geen problemen mee hebben, en dat de derde dokter er bij mag zijn.
Omdat het al bijna vijf uur is, wil Chantal gaan beginnen aan het eten. Maar daar is Jolien het helemaal niet mee eens.
‘Jij moet rust houden, Chantal! De dokter heeft je toch gezegd, dat je zo veel mogelijk moet rusten!’
‘Ja, na de operatie! Niet daarvoor!’
‘Dat kan me niet schelen, mam! Ik voel me nu al zo gehandicapt en beperkt!’
Ik grijp in, omdat Chantal tegenwoordig veel venijniger van zich afbijt, en dat zou een probleem met haar moeder kunnen veroorzaken. ‘Chantal, laat Jolien je nu wat helpen. En bovendien vind ik wel, dat ze gelijk heeft! Je moet nu echt even rustig aan doen. Ik weet, dat je graag zelf je dingen wilt doen, maar dat gaat nu even niet!’
‘Begin jij nu ook al!’
Ik kijk Chantal boos aan. ‘Chantal, nu moet jij eens goed naar me luisteren! Ben je echt bereid alles op het spel te zetten? Je eigen leven en die van je ongeboren kinderen? Over mijn lijk! Je mag blij zijn, dat ik je niet verplicht op bed leg! En je weet, dat ik het zou doen!’
Chantal kijkt me geschrokken aan. Maar dat doen ook Joris en Jolien ook. Normaal maak ik geen ruzie, waar anderen bij zijn. Maar nu wil ik Chantal haar zin niet geven. Maar ze geeft ook niet zo snel op.
‘En wat moet ik dan de hele dag doen, John? Ik verveel me nu al!’
‘Dat maakt me niet uit, maar voorlopig is de keuken verboden terrein, net als de wasmachine en de droger. En poetsen of iets anders uit de huishouding is ook verboden!’
Dat maakt Chantal absoluut niet erg blij. Het is niet zo, dat ze die klusjes zo graag doet, maar ze houdt er een vast ritueel op na, dat ze nu opeens moet loslaten. En bovendien helpt het haar om door die klusjes zich wat te ontspannen. En dat valt nu opeens weg. Ik pak haar vast en zeg: ‘Het is maar voor even, Chantal. We willen gewoon niet, dat er iets gebeurt. Dat moet je toch wel begrijpen?’
Ze knikt, en zegt: ‘Dat weet ik, maar het is wat moeilijk om los te laten. Opeens mag ik niet meer de dingen doen, zoals ik ze altijd doe. En dat is dan wel even een domper.’
Ik geef haar een zoen en zeg dan: ‘Maar dan mag je wel commentaar geven op alles wat wij dan fout doen.’
Chantal lacht, en fleurt weer wat op. ‘En geloof maar, dat ik dat ook zal doen!’
Maar daarmee geeft ze zich dan wel gewonnen. Jolien probeert dan nog om Chantal het bed in te praten, maar daar wil Chantal niet aan toegeven. Maar ze neemt dan wel haar kwaal serieus. Haar vriendinnen komen langs om haar moed in te praten en haar gedachten te verzetten. En dat lukt best goed. Joris is dan al onderweg om zijn wagen op te halen, en ook wat meer kleren voor hem en Jolien. Laat in de avond is hij pas terug. En dan zie ik Chantal weer gerust kijken. Het is duidelijk, dat ze zich een beetje zorgen maakte om haar vader. Naar mijn mening geheel overbodig, maar Joris lijkt ook blij te zijn weer terug te zijn.
De volgende morgen doen we lekker rustig aan, het is nog steeds erg mooi weer, en Chantal gaat lekker buiten op het terras zitten. Jolien vergezelt haar, maar ze laat Chantal geen moment uit het oog. Joris en ik zetten in tussen de wagen op de brug en ik kijk naar het mankement van zijn wagen. Het blijkt inderdaad te zijn, wat ik al verwachte, een defecte ophangrubber van de uitlaat, die daardoor tegen de carrosserie schuurde. En in mijn uitgebreide magazijn heb ik nog een rubber liggen, die ik daarvoor kan gebruiken. Maar omdat we dan toch de wagen op de brug hebben staan, geven we de wagen meteen een servicebeurt, zodat de wagen er weer tegenaan kan. Maar na de middag zijn we al klaar en stel ik Chantal voor om nog eens een tourtochtje te gaan maken met de Cadillac. Daar is ze meteen voor te vinden. Ik had ook niet anders verwacht. Ze zou echt alles doen om niet de hele tijd maar stil hoeven te zitten.
Joris rijdt dan met zijn eigen wagen mee, en daarmee maken we een leuke tocht door het mooie Limburgse landschap. Bovendien helpt het Chantal een beetje, omdat ze wat honger begint te krijgen, terwijl ze voor haar operatie niet meer mag eten.
De volgende morgen breng ik Chantal alleen naar het ziekenhuis, en daar worden we al ontvangen door de assistenten van de dokter. Ze maken Chantal klaar voor de operatie, terwijl ik me omkleed, zodat ik Chantal rustig kan houden tijdens de operatie. Het is dan wachten tot de operatie begint, maar gelukkig hoeven we niet heel lang te wachten. Van de operatie zelf krijg ik niet zo veel mee, dat hebben de chirurgen zo veel mogelijk voor mij en Chantal afgeschermd. Op die manier kan ze de aandacht op mij richten, terwijl de chirurgen hun werk doen. Maar de operatie is niet echt pijnloos voor Chantal, en ook niet voor mij! Want ze knijpt bijna mijn vingers plat, als ze weer een pijnscheut krijgt. Maar gelukkig verloopt de operatie voorspoedig en is het grootste leed voor Chantal geleden. De dokter legt ons dan nog precies uit, wat ze gedaan hebben. Ze hebben met een speciaal gereedschap, waarin een laser zit, de eileider doorgebrand, waardoor ze de foetus met eileider en al konden verwijderen. En met een soort surrogaat slang hebben ze de eileider weer heel gemaakt. Daarvan waren we niet op de hoogte, maar Chantal is er wel erg blij mee. Het eerste wat ze vraagt, als ze dat hoort: ‘Dus ik zou hierna gewoon weer zwanger kunnen worden?’
De dokter glimlacht. ‘Als u na deze tweeling nog meer kinderen zou willen, dan wel. Ik zie geen belemmering. Het spijt me, dat we u niet eerst op de hoogte hebben gebracht van deze verandering, maar mijn collega uit Leuven had het meegebracht, en omdat we toch best een stuk moesten verwijderen hebben we het maar meteen aangebracht. Mijn collega heeft daar goede ervaringen mee gedaan, en het bespaart u een tweede operatie, als u het later zou willen herstellen.’
‘Ik vind het echt niet erg, dokter! En ja, misschien willen we nog een kind na deze twee. U moet weten, dat ik zelf uit een gezin van vier kom. Nu hoeven er dat voor mij geen vier te zijn, maar het fijn om te weten, dat het wel nog gewoon kan!’
‘Dat hoor ik graag. Nu moet u alleen nog herstellen, en dat zal een paar dagen duren. Mocht u erge pijnklachten krijgen, dan hoor ik dat graag meteen. Dat zou namelijk kunnen betekenen, dat er een bloeding is, of een ontsteking.’
‘Moet ik nog hier blijven, dokter?’
‘O, dat is niet nodig. Wel wil ik u komende woensdag op controle zien.’
Dat bevestigen we. De dokter vertelt ons dan nog, dat de operatie buitengewoon goed is verlopen, en dat de andere baby’s in haar buik niets is gebeurd. Met een gerust hart verlaten we een anderhalf uur later het ziekenhuis en rijden naar huis.
Als we bijna thuis zijn, vraagt Chantal me om even langs de weg te stoppen.
‘Wat is er, Chantal?’, vraag ik haar geschrokken.
Ze schudt haar hoofd. ‘Er is niets met me aan de hand. Ik wilde alleen gewoon even met je alleen zijn, voordat we thuis zijn. Zoveel zijn we niet meer alleen thuis.’
Ik glimlach en zeg: ‘Jij wilde graag Eira in huis nemen!’
Chantal lacht. ‘Dat bedoel ik niet. Van Eira hebben we nog minder last, dan van Joey, en daar hadden we al amper last van! Ook als Eira er niet is, dan is er altijd wel iemand!’
Ik knik, en begrijp helemaal wat ze bedoeld. Hoe fijn het ook is om thuis bezoek te ontvangen, het kan ook soms wat vermoeiend zijn. Ik geef Chantal dan een lange knuffel, en een heel tijdje zitten we gewoon langs elkaar. Opeens schrikken we op door geklop op de raam van de auto. Het blijkt een agent te zijn, die even komt kijken of alles wel goed met ons is, omdat we al een tijdje stil staan langs de weg. Ik leg de man uit, dat we net terugkomen van het ziekenhuis, en dat Chantal even een momentje nodig had. De agent glimlacht en wenst Chantal beterschap en laat ons dan verder alleen. En daarop rijden we zelf ook maar naar huis toe. Daar worden we onthaald door Jolien en Joris, die verbaasd zijn, dat Chantal al gewoon naar huis mocht komen. Maar vanaf dat moment neemt Jolien de regie in huis over. Ze legt Chantal echt helemaal in de watten, en stuurt mij het huis uit.
‘Ga jij maar met Joris wat doen in die loods van je. Dan heb ik even tijd om met Chantal alleen te zijn.’
Ik glimlach en zeg tegen Joris: ‘Kom, dan gaan we nog even aan mijn wagen werken!’
Dat doet hij zonder te morren en we zijn al snel aan het werk. Het is leuk om met mijn schoonvader te werken. Joris is echt een leuke man, met wie ik ook goed kan opschieten. En hij is best leergierig. Ik leg hem uit, wat ik nog allemaal van plan ben met de auto. Later die middag komt Leon langs, en samen met hem en Joris gaan we dan verder om de motor verder in elkaar te zetten.
Joris zegt dan: ‘Je steekt wel een hoop geld in die wagen, John! Is het dat allemaal waard, als je er toch dagelijks mee gaat rijden?’
‘Ja, dat is het waard. Ik had hier ook een achtcilinder in kunnen leggen, die heeft er ook oorspronkelijk in gezeten, maar zo’n zescilinder is wel een heel stuk zuiniger, zeker met de aanpassingen, die ik er nu aan gedaan heb. De kop is wat meer gevlakt, andere zuigers en zit een andere nokkenas in, en het inlaatspruitstuk en de carburateur zorgen ook voor meer vermogen. Daardoor blijft het vermogen toch nog hoog genoeg, maar zal het verbruik een heel stuk lager liggen. Dus daarom zal die wagen een stuk meer geschikt zijn voor dagelijks verkeer, en is het ook de moeite waard.’
We zijn dan flink opgeschoten met de motor, die al vrijwel helemaal weer in elkaar zit. Maar dan is het voor Leon weer tijd om naar huis te gaan, en wij moeten ook gaan eten. Chantal baalt er duidelijk van, dat ze van haar moeder niets mag, maar ze is dan wel weer blij met mijn gezelschap. Ik vertel haar, dat we flink zijn opgeschoten met de motor. En dat ik de komende tijd wel bezig zal zijn om de wagen klaar te maken om gespoten te worden.
Joris biedt me dan aan om te helpen, want hij heeft de komende dagen dan toch niets anders omhanden. En daar houden we ons dan de dagen erna mee bezig. Wel besteed ik nog genoeg tijd aan Chantal, zodat ze niet de hele dag alleen maar met haar moeder zit opgescheept, maar ze wil net als ik, graag zien, dat ik mijn wagen afkrijg. Want tot nu toe hebben ik en Sander nog niet erg veel aan hun caravan kunnen werken, omdat Sander onverwacht veel moest overwerken bij zijn baas. Dus maak ik snel mijn wagen klaar, en als Sander weer tijd heeft, storten we ons dan volledig op zijn caravan.
Het hele weekend zijn Joris en ik aan het schuren, waarbij we ook nog worden bijgestaan Joey en Leon, waardoor het werk wel flink opschiet. Zondagavond moet ik Eira weer afhalen van het vliegveld. Ik vraag haar, hoe haar vakantie thuis was geweest.
‘Was wel leuk! Heel anders, dan normaal. Mam was nu echt blij, dat ik weer thuis was. En ze vond, dat ik al wat was afgevallen en er goed uitzag!’
‘Kijk, dan is die training toch ergens goed voor! En ze heeft gelijk, je begint wat magerder te worden.’
Eira glimlacht. ‘Ik moet toegeven, dat ik het nu wel leuk vind om te doen. Eerst zag ik er tegenop, maar doordat Chantal en jij ook meedoen, is het veel minder erg!’
‘Ja, dat geloof ik! Maar Chantal mag voorlopig niet meer sporten.’
‘O? Is er iets gebeurd?’
‘Dat kun je wel stellen! Bij de controle bleek dat er een probleem was met haar zwangerschap, en daarvoor moest ze snel geopereerd worden. Dat is inmiddels al gebeurd, maar nu mag ze voorlopig niets meer doen. Haar ouders zijn nu bij ons thuis om ons te helpen. Dat was niet nodig geweest, maar ik kan het ze niet kwalijk nemen, zeker niet wat er dit jaar al eerder is gebeurd, toen ze haar blindedarmontsteking kreeg.’
‘Nou, dat is heel wat! Waarom heb je me niet gebeld?’
‘Dat wilde Chantal niet. Ze wilde je niet onnodig ongerust maken. Alles is nu wel weer goed, maar Chantal moet nu eerst goed herstellen van haar operatie. En dan zal ze weer wat mogen sporten, maar ik denk niet meer zo intensief. Ze is er weer goed aan, en verveelt zich dood!’
Eira lacht. Ze kent inmiddels Jolien en Joris ook wel een beetje, ze komen vaak genoeg langs. We praten dan over koetjes en kalfjes, en Eira vertelt vooral over haar belevenissen thuis in Noorwegen. En ik vertel haar, dat ik erg goed opschiet met mijn auto, en dat Leon me flink meehelpt.
Eira trekt een vies gezicht. ‘Ik vraag me af, wat hij hier steeds doet. Helpt hij je alleen maar mee om bij mij nog een kans te maken?’
Eerlijk zeg ik: ‘Dat is een deel van de redenen, die hij heeft. Maar hij wil er ook gewoon alles over leren. En ik moet zeggen, dat hij het ook wel in zijn vingers heeft. Hij is niet atechnisch. En het interesseert hem ook duidelijk. Maar jij bent niet meer geïnteresseerd in Leon?’
‘Niet echt. Het is niet, dat ik hem geen leuke jongen vind, maar hij soms zo saai!’
‘Hoe bedoel je? Ik ken Leon helemaal niet als een saaie jongen!’
‘Dat is hij ook niet, maar we hebben wel eens gezoend, en dan is het net alsof ik een mixer in mijn mond heb. En hij weet echt niet wat hij met zijn handen moet doen. Het is gewoon niet leuk, en hij schijnt ook niet te begrijpen, wat hij moet doen, als ik hem dat zeg.’
‘Ach, hij mist gewoon wat ervaring. En ik denk, dat ook de taal wel wat problemen geeft. Je spreekt best goed Nederlands, maar met sommige dingen heb je nog wel wat moeite. Dus je moet het hem ook niet helemaal kwalijk nemen, als jij je soms niet begrijpt.’
‘Dat weet ik wel, en ik heb het hem ook op andere manieren proberen uit te leggen, door filmpjes op het internet. Dat probeert hij dan ook wel even te doen, maar even later gaat hij weer terug op de oude manier. En ik ben echt niet van plan om de hele tijd hem erop te wijzen, hoe dat ik het wel graag wil.’
‘Ik kan wel eens met hem praten? Misschien dat het wat helpt?’
‘Dat moet je zelf weten, maar voorlopig wil ik niets van hem.’
Ik laat het dan daarbij. Als we eenmaal thuis zijn, wil Eira van Chantal alles weten, wat er gebeurd is. Chantal is echt heel open in wat ze erover verteld. Zo vertelt ze ook, dat seks de komende maanden er niet meer inzit, en dat ze dat eigenlijk toch wel erg vindt. Joris en Jolien zitten daar ook bij, en ik moet lachen als ik hun blozende wangen ziet. Chantal ziet dat ook en moet hard lachen.
‘Wat dacht je nou, mam? Dat ik zwanger ben geraakt door een Engel? Nee, John en ik hebben echt heel regelmatig seks, en ik ben de laatste die zal ontkennen, dat ik daar erg van kan genieten! Als je de oude en onschuldige Chantal zoekt, die is al een jaar zoek!’
Joris ziet er wel de humor van in, en ik moet ook wel wat ingetogen lachen, terwijl Jolien best geschokt kijkt. Maar uiteindelijk moet ze ook wel glimlachen. ‘Je hebt gelijk, Chantal! Ik ben het alleen niet zo gewend, dat je er zo openlijk over praat!’
‘Vroeger zou ik dat nooit gedaan hebben. Maar John heeft me een wereld laten zien, waar seks geen schande is. En tegen mijn vriendinnen praat ik vaak over seks, en de meesten zijn wel een beetje jaloers op mij en John. Want de seks, die we hebben, is altijd heel goed!’
Ik grijp dan even in en zeg: ‘Chantal, voordat je echt alles tegen je ouders verteld, denk je er ook nog even aan, dat Eira erbij is? Ook al is ze al achttien, ze is zelf nog niet zo heel ervaren. Straks breng je haar nog op verkeerde gedachten!’
Chantal moet nu even blozen en kijkt Eira wat schuldig aan. ‘Oeps, sorry Eira! Daar had ik even niet aan gedacht!’
Eira glimlacht, maar ook haar wangen zijn behoorlijk rood. ‘Dat geeft niet! En dat jij en John vaak seks hebben, dat wist ik al. Maar dat is ook niet erg, jullie zijn ook maar pas getrouwd!’
En daarmee is het wel afgedaan. Jolien verandert handig van onderwerp, en daarmee verdwijnt het onderwerp op de achtergrond.
De volgende dag ga ik verder met het schuren van de wagen, en Eira biedt aan om me te helpen. Ik moet nog veel doen, dus alles hulp is wel welkom. Het is niet alleen maar werk, maar we lachen ook heel wat af. Omdat we helemaal onder de pof zitten, maken we er ook gebruik van om elkaar vies te maken. En dat zorgt ervoor, dat we echt veel plezier hebben. Het zorgt wel voor onschuldig contact met elkaar, maar in mijn ogen stelt dat niet veel voor. Maar dan valt het me op, dat Eira juist lichamelijk contact met me opzoekt. Maar ik zie er in eerste instantie nog niet zo’n probleem in, maar later begin ik me steeds wat terughoudender op te stellen.
Later, als Chantal en ik in bed liggen, praat ik erover met Chantal.
‘Is je niets opgevallen aan Eira? Ze reageert duidelijk anders, dan voor de vakantie.’
‘Hoe bedoel je? Ik heb niet veel gemerkt.’
‘Nou, ze heeft me toch meegeholpen met schuren? Nou ja, we waren elkaar een beetje aan het plagen, je hebt wel gezien, hoe smerig we waren. Maar ik had de indruk, dat Eira soms expres heel dicht tegen me aan begon te hangen. En ik weet even niet zo heel goed, hoe ik daarmee moet omgaan.’
Chantal kijkt verrast. ‘Je bedoelt, dat ze met je aan het flirten was?’
‘Daar leek het wel op, Chantal. En dat is dus wel een probleem!’
‘Ja, dat kun je wel stellen! Weet je het zeker?’
‘Hoe moet je zoiets zeker weten, Chantal? Ik kan het haar slecht vragen!’
‘Ja, ik begrijp je probleem! Maar misschien beeld je het je wel in, John!’
‘Daar ben ik zeker van, dat ik me dit niet inbeeld. Kijk, ik voel me wel gestreeld hierdoor, maar ik wil dit niet! Ik zie Eira meer als een dochter, een gewone vriendin! Maar ik krijg echt de indruk, dat ze meer dan dat wil. En ik wil haar niet kwetsen, en het laatste wat ik wil, is dat er een zeer ongemakkelijke situatie begint te ontstaan. Ze moet hier immers nog wel een hele tijd wonen!’
Chantal moet plotseling lachen. ‘Dat had ik niet van je verwacht, John! Dat je bang zou worden van een meisje, dat iets te handtastelijk wordt!’
‘Ja, lach er maar mee, Chantal! Denk liever even mee, hoe we dit netjes oplossen!’
‘Je moet hoe dan ook met haar praten, John. Wat wil je anders?’
‘Ja, maar wat zeg ik tegen haar? Bovendien wil ik dan ook, dat je erbij bent. Want het gaat jou immers ook aan, ze woont hier!’
‘Vooruit, maar niet zolang pap en mam hier zijn!’
En zo geschiedt het ook. Chantal houdt dan op mijn verzoek Eira wat meer bezig, en bovendien lijkt Chantal ook goed te herstellen van haar operatie. En daarbij zitten Jolien en Joris in dubio, omdat hun kleinkind van Johan en Helen ziek is geworden, en dat ze daar toch graag bij willen zijn. Chantal beëindigt hun twijfel en stuurt ze terug naar huis.
‘Mam, nu Eira hier is, en John ook nog vrij heeft, red ik me best! En geloof me maar, ik zal erg voorzichtig doen! Bovendien heeft het geen zin om hier me je gedachten in Kampen te zitten, terwijl je hier zit!’
Jolien twijfelt nog een moment, maar besluit dan toch naar huis toe te gaan. We zwaaien ze uit, als ze vertrekken. En als ze weg zijn, slaakt Chantal wel een zucht.
‘Pfff, ik dacht nooit, dat ik dit ooit eens zou zeggen, maar ik ben echt blij, dat ze weg zijn! Mam bedoelt het goed, maar ik voelde me verstikt in haar zorgen!’
Ik lach. ‘Daar kan ik me wel wat bij voorstellen. Ik was zelfs niet meer eens baas in eigen huis!’
Chantal geeft me een zoen en zegt dan: ‘Zullen we nu maar meteen even dat andere varken eens wassen?’
‘Wil je dat al meteen doen?’
‘Ja, hoe sneller, hoe liever! Ik wil niet, dat dit nog langer een probleem is.’
‘Oké! Zullen we dan maar?’
Chantal knikt en roept dan Eira.
‘Eira? Er zijn wat dingen, die we met je moeten bespreken. Kom je even mee naar binnen?’
Eira knikt, en loopt niets vermoedend met ons mee. We gaan aan tafel zitten en Chantal steekt af.
‘Je zal je nu wel afvragen, wat we te bespreken hebben. Allereerst weet je nu van mijn operatie en het feit, dat ik de komende maanden een hoop minder mag doen. Dat wil dus zeggen, dat er ook meer op jouw schouders terecht zal komen. Het is niet zo, dat John niet zal helpen, maar die heeft het zo ook al druk genoeg, en jij hebt tijd genoeg om wat meer bij te springen.’
Eira knikt. ‘Dat is ook niet erg. Ik ben het nu wel gewend om die klusjes te doen, en zo erg is het helemaal niet. Wat moet ik dan allemaal gaan doen?’
‘Stofzuigen, stof vegen, en de was. John en ik doen de rest wel.’
Dat vindt Eira prima.
‘En dan is er nog iets, wat we met jou willen bespreken, Eira. En dat is hoe je je de afgelopen dagen hebt gedragen. En dan met name naar John toe. Ik heb je ook heimelijk bekeken, als je dacht, dat ik niet keek. Waarom ben je aan het flirten met John? Daar ben ik helemaal niet blij mee, en John ook niet!’
Eira kijkt geschokt en beschaamd. Ze weet, dat ze antwoord moet geven, maar ze schaamt zich zo erg. Ze had niet verwacht, dat Chantal het zou merken. En ze had ook niet verwacht, dat ik het een probleem zou vinden.
‘Sorry, ik bedoelde het niet zo! Ach, ik weet ook niet helemaal wat er met me aan de hand is. Ik voel me de hele tijd al, sinds mijn vakantie, al wat raar. En het is ook wat gênant. Want ik droom de hele tijd over jongens, die dingen met me doen. En ik denk, dat ik daarom het zo deed. Het spijt me, dat dit nu zo gebeurd. Ik zal proberen het niet meer te doen.’
Chantal zegt daarop: ‘Maar waarom ben je zo flirterig naar John toe? Want hij heeft me verteld, dat hij dat helemaal niet zo fijn vindt.’
Ik knik. ‘Eira, je bent een mooi meisje. En wellicht als Chantal er nooit zou zijn geweest, dan zou ik het niet eens erg gevonden hebben. Maar ik zie je gewoon als een stiefdochter, en dat zou ik graag ook zo houden.’
‘Dat weet ik, maar je bent zo knappe en leuke man. Ik kan er niets aan doen!’
Chantal zegt: ‘Dat interesseert me niet, Eira. Dit laat je voortaan bij John, en anders is er heel snel een vliegtuig terug naar Noorwegen, heb je dat begrepen?’
Eira slaat haar ogen neer en knikt. ‘Ik zal het niet meer doen. Het spijt me echt!’
‘Vooruit, we zullen je dan maar geloven. Ik begrijp ook wel, dat je nu de leeftijd hebt, dat je anders naar jongens kijkt. Waarom heb je het eigenlijk uitgemaakt met Leon? Ik dacht, dat jullie steeds goed met elkaar konden opschieten?’
Eira kijkt even wat moeilijk. ‘Het is gewoon, dat Leon af en toe zo saai is. Hij kleedt zich niet zo goed, hij heeft altijd hetzelfde aan! Ik wil gewoon wat meer spanning, wat nieuws!’
‘Dus je hebt het niet met hem uit gemaakt, omdat jullie echt ruzie hadden?’
‘We hadden wel ruzie, maar dat ging dus meestal over dat hij zich niet wilde veranderen. Ik heb hem al eens vaker voorgesteld om eens te samen te gaan winkelen. Of een keer een ander kapsel en zo. Geen wereldschokkende dingen, maar ik wil toch ook een knappe jongen naast me hebben!’
‘Dus hij moet zich voor jou gaan veranderen?’
‘Niet echt veel, maar een beetje meer modieuzer zou toch wel mogen. Ik heb hem ook aangeboden, dat ik dingen aan mij verander, maar daar wilde hij niets van horen.’
Ik moet lachen. ‘Maar Leon is toch niet echt een lelijke jongen, Eira? Weet je wat het is, met een mooie en aantrekkelijke partner? Er zijn dan ook meer kapers op de kust! Wie zegt je, dat er dan niemand anders probeert met Leon er vandoor te gaan? Dan moet je al een zeer goede band met elkaar hebben, en elkaar volledig vertrouwen. En zelfs dan zal er altijd twijfel blijven.’
Eira kijkt me aan. Daar had ze nog niet over nagedacht. Ze zegt dan: ‘Heb jij dan schrik, dat er iemand met Chantal vandoor zou gaan?’
‘Schrik is een groot woord, maar het is wel iets, wat in mijn achterhoofd zit. Maar aan de andere kant geldt dat ook voor Chantal over mij. Ik weet, dat Chantal het niet fijn vindt, als ik alleen met een onbekende vrouw sta te praten. En Chantal weet, dat ik het niet fijn vindt, als zij met een, voor mij, onbekende man sta te praten. Daarom betrekken we elkaar in die gesprekken. Maar dan nog zal er altijd een lichte twijfel zijn.’
Chantal knikt. ‘Dat is waar! Dat is het risico, als je zo graag het mooiste vriendje van de groep wilt hebben. Maar als ik het dus goed begrijp, geef je nog wel wat om Leon?’
‘Het is niet, dat ik hem niet meer leuk vind. Maar soms lijkt het, alsof hij sommige dingen maar blijft herhalen. Dat is zo saai!’
Chantal knikt eenstemmig. Ze moet Eira gelijk geven, dat Leon soms wel heel erg saai kan zijn. Ze snapt, waarom ze Leon probeerde te pushen zich een beetje te veranderen, maar om daarom dan maar de relatie te verbreken, dat gaat er bij Chantal niet in.
‘Dat kan wel zijn, maar wat als hij zich nu veranderd, en een ander meisje denkt: Dat is wel een leuke jongen, en er dan met Leon vandoor gaat? Dan heb je hem veranderd, en heb je nog niets!’
Daar heeft Eira even geen antwoord op. We laten het dan verder rusten, en laten het er verder bij. Eira is groot en wijs genoeg zelf over die dingen na te denken. En zo vergaat er een tijdje.
Volgende deel: De Gezusters Santegoed - 46