Vervolg op: Gastvrouwen In Huis - 39En toen… ging de wekker. Cora leunde over me heen en gaf het ding een dreun. “Zo. Die houdt z’n kop. Goedemorgen Rickie… Lekker geslapen?” Ik voelde een mond op de mijne en toen die losliet, keek ik in twee bruine ogen. “Hoi, lekkere meid. Ikke wel… Jij ook?” Ze knikte.”Prima bedje hier. Kom, eruit. Twee honden staan te wachten. En Henk even wakker maken.”
We kleedden ons aan en ik liep de kelder in. “Henk? Jij wilde er toch ook uit? Het is tien over zeven.” “Hoi Rick. Ik kom er aan. Even lekker lopen en wakker worden.” “Je kan met ons mee, als wij de honden uitlaten… Dan lopen we lekker door het bos.” Hij kwam overeind. “Goed plan. Geef me vijf minuten.” “We wachten wel op het terras.” Ik liep weer naar de keuken. “Vijf minuten, dan komt Henk ook meelopen.” Cora knikte en ik pakte een paar boterhammen en smeerde die alvast. “Hier… boterham met kaas.” Lovely en Bowy zaten naast ons en kéken het brood bijna uit onze handen. Ik gaf hen allebei een handvol brokken. “Even geduld nog, daarna krijgen jullie de rest. Eerst naar buiten.”
Henk kwam naar boven. “Goedemorgen Henk. Ook een boterham voor tijdens het lopen?” Hij knikte. “Wát een service! Het Hilton is er niks bij.” Cora bromde. “Voor de scrambled eggs, vette worstjes en de witte bonen in tomatensaus moet je nog even geduld hebben. Eerst de honden naar buiten.” We liepen de tuin door, het bos in. Daar lieten we Bowy en Lovely los om te poepen en te plassen.
Henk had ondertussen zijn boterham op. “Je zei net iets over witte bonen, Cora… Houden jullie van een Engels ontbijt?” Ze lachte. “Nee, dank je wel. Havermout en scrambled eggs zijn nog wel te pruimen, maar witte bonen en vette worstjes om half acht ’s morgens… No, thank you, sir. We hebben tijdens vakanties in Spanje Engelsen hun ontbijt zien nuttigen…” Zonder ook maar één hap gegeten te hebben had ik in ieder geval geen honger meer.” Henk blies even uit. “Gelukkig. Een eitje ’s morgens… Ja, soms wel lekker. Maar veel liever een paar boterhammen met hagelslag of kaas. En een kop normale Nederlandse koffie. Thuis zet ik die ouderwets: met de hand. Koffiefilter boven de thermoskan, zelf opschenken en als de thermoskan vol is, het laatste water gebruiken voor het eerste bakje tijdens het ontbijt. Heerlijk. Veel lekkerder dan Senseo of zo.”
Cora keek hem aan. “Jij bent wel een echte Hollander, zeg…” Hij knikte. “Ik heb veel in het buitenland gezeten. En daar dus ook gegeten. Sommige dingen kon ik bijzonder waarderen, andere dingen waren een ‘once in a lifetime experience’. Maar ja, als je ergens te gast bent, kun je moeilijk zeggen: ‘Sorry, dat lust ik niet.’ Zeker als de gastheer zo arm is als een kerkrat en jou tóch een, voor hun doen, feestelijke maaltijd voor wil zetten.”
Ik grinnikte. “Dan hoop ik dat je biefstukje en je karbonade gisteren wél te pruimen waren. Aan de marinades hebben Ma en m’n zussen best veel werk gehad. En Hans natuurlijk aan het bakken.” “Ik heb gisteren prima gegeten, hoor, maak je geen zorgen. En de salades waren ook heerlijk. Daar wil ik Gien wel het recept van ontfutselen.”
Cora giebelde. “Hoe had je dat willen doen dan?” Henk fronste even. “Nou… simpel: gewoon haar een avondje uit eten meenemen en na het eten zeggen dat de salades in het twee sterren-restaurant in het niet vielen bij die van haar… En vervolgens lief vragen of ik het recept mag hebben.” Ik grinnikte. “Nou, dat lijkt me wel wat, zo’n etentje in een twee sterren-restaurant. Wanneer wilde je gaan? Want dat moet ik wel m’n agenda even checken.” Hij trok een wenkbrauw op.
“Jij jouw agenda checken? Hoezo?” “De salades zijn Rick z’n werk, Henk. Zit niets van Gien bij.”
“Verdorie… Ben jij kok van je vak?” Ik schudde mijn hoofd. “Nee. Ik ga over een paar weken starten met de opleiding tot verkeersvlieger. Maar ik kook al sinds m’n twaalfde, en heb in de afgelopen zes jaar wel wat vaardigheden ontwikkeld op dat gebied. Moest wel, want Ma kwam ’s avonds rond half zes thuis na een dag werken, en ze vond dat wij, m’n zussen en ik, ook wel wat voor de kost mochten doen. Want zij moest ’s avonds ook nog vaak aan de studie. Dus…” Hij keek waarderend. “Goed van jullie!”
Ik haalde m’n schouders op. “Daar is niks ‘goeds’ aan, hoor. Ma was heel simpel: niet meewerken in het huishouden hield in dat je geen warm eten kreeg. Dan hoorden wij een uiterst bits: “Jij te lui om te werken? Dan ben ik te lui om voor je te koken. Daar is de broodtrommel; je eet maar een kale boterham. En nee, géén beleg erop.”
Hij schoot in de lach. “Ik hoor het haar zeggen… Gien heeft in Amerika een keer van zich af moeten bijten toen een van de docenten dacht dat ze de koffiejuffrouw was. Er kwam een nieuwe docent binnen terwijl zij net een blaadje met koffie of thee ronddeelde aan de collega-studenten. De man wachtte netjes tot Gien klaar was en toen ze ging zitten zei hij enigszins geprikkeld: “Can you leave if you’re ready with serving coffee? I want to start my college, miss.”
Gien stond op, liep zwijgend naar het whiteboard, pakte een stift en tekende in een rotvaart het schema van een chip. En ik herkende het ding: het was er eentje van ASML. Na een minuut keek ze de docent aan en zei liefjes, in haar Oxford-accent: “Be so good to explain this to your class, mister. This is my work. Getting coffee for my fellow students is just service. And by the way: It is Mrs, not miss.” De man stond met z’n bek vol tanden knalrood te zijn. En je moeder gebruikte expres het woord ‘mister’ en niet ‘sir’ om ‘m even op zijn plaats te zetten. De rest van het college ontweek hij Gien; na de les maakte hij wél netjes z’n excuses. Prachtvrouw.”
We gniffelden. “Ik zie het voor me…” zei Cora met een brede glimlach. Ik dacht ondertussen ergens over na en besloot de confrontatie aan te gaan. “Henk… Je zei net ‘prachtvrouw’. Recht op de man af: Wat voel jij voor Gien?” Hij hield zijn pas in en keek me aan. “Pardon?” Twee doordingende ogen keken me aan, maar ik keek net zo terug. “Niet proberen tijd te winnen; je verstond me prima, Henk.” Hij keek ons beurtelings aan. “Wat ik net zei, meende ik. Gien is een prachtvrouw. Uiterst intelligent, een warme persoonlijkheid en ze is razend knap. Ik ben in Amerika met een rotgang verliefd op haar geworden. Ik wil haar graag beter leren kennen. En als zij ook wat in mij ziet, wil ik met haar trouwen. Voldoende antwoord?”
Ik knikte. “Ja, dat denk ik wel. Maar onthou één ding: als je haar bedonderd of verdriet doet: we zoeken je op, binden je vast en laten je je eigen ingewanden opvreten.” Hij keek me aan. “Je bent er toe in staat. En anders je zussen wel. Maar onthoud ook één ding van mij: ik wil op een nette manier verder met haar kennismaken en, als het wederzijds bevalt, een serieuze relatie met haar aangaan. Geef me die kans.” Ik stak mijn hand uit. “Doe je best.”
Hij stak zijn hand ook naar Cora uit, maar die schudde haar hoofd. “Ik heb hier niets in te zeggen, Henk. Gien is de moeder van Rick, Annet en Gonnie. Ik ben slechts het vriendinnetje van Rick.” Henk keek haar aan. “Maar ook een goede vriendin van Gien, dat zag ik meteen al. Dus…” Cora stak haar hand uit. “Goed gezien, Henk. Go for it.”
Hij wees naar de honden. “Moet ik hen ook nog toestemming vragen?” Cora schudde haar hoofd. “Nee hoor. Bowy is mijn liefje en Lovely heeft Rick sinds kort geaccepteerd als ‘baas’. Maar beide honden horen bij mijn moeder; die leidt een hondenopvang annex hondenschool.” Ze giebelde en gaf mij een knipoog. “Maar er zijn wellicht twee anderen waar je toestemming moet vragen… Annet en Gonnie heten ze.”
Hij zuchtte. “Oh ja. Die twee leidden mij gisteravond nogal af trouwens. Deden ze dat expres? Ik had wat moeite om de focus op Gien te houden.” “Misschien was het wel een test van ze…” Cora keek ondeugend. “Hmm… Ik zal het de dames in een onbewaakt moment eens vragen. Maar: we staan hier midden in het bos te kletsen en da’s allemaal leuk en aardig en zo, maar ondertussen heeft ondergetekende behoorlijk honger gekregen. Het is half negen, dan heb ik normaal al vier boterhammen op. Ik stel voor dat we richting jullie huis gaan.”
Vijf minuten later liepen we naar binnen. Beneden was het nog stil. “Oké Henk… Jij zet je koffie handmatig? Daar hangen de koffiefilters, daar staat de koffie, water komt uit de kraan en daar staat de waterkoker: leef je uit. Wij concentreren ons wel op brood en beschuit. Daarna brengen wij het spul wel naar boven; Als jij het doet, zou het zomaar eens kunnen zijn dat je, inclusief ontbijtje van de trap af wordt gelazerd.” Hij gniffelde. “Daar heb ik geen zin in… Ik wil hier nog wel wat vaker komen.”
Toen de koffie en de beschuiten klaar waren brachten Cora en ik de handel naar boven, naar Gien in haar kamer en An en Gon in hun kamer. “Komen jullie met een kwartiertje beneden? Dan zijn de eitjes warm. We hebben met Henk al een stuk door het bos gelopen; die wil over uiterlijk een uurtje weg.” We kregen een bevestigend antwoord en gingen weer naar beneden en een kwartiertje later kwamen er drie frisse dames de trap af.
“Goedemorgen Henk. Lekker geslapen in ons onderaardse labyrinth?” Gien lachte. “Ja, best wel. Heerlijk koel daar; je hebt echt wel een dekbed nodig. En daarna een lekkere ochtendwandeling door het bos… Prima vertoeven hier!” Tijdens het eten vertelde hij dat hij straks hard aan het werk moest. “Normaal doe ik dat meteen nadat ik bij een klant vandaan kom. Helaas moest ik nu eerst een avond en een nacht hier doorbrengen.” Hij keek gespeeld treurig. “Oh gut… meneer z’n schema ligt in de war… Vervelend voor je dat je hier moest eten en slapen. Het zal niet meer voorkomen, oké?” Ma keek hem spottend aan. “Er zijn zaken waarvoor ik m’n schema best wel door de war wil gooien, Gien. Jij bent er een van.” Ma kleurde licht. “Lekkere complimenten geef jij, meneer Klok. Bedankt!” Het kwam er vinnig uit.
Na het eten stond hij op. “Dames en heer. Dank voor de ontvangst en de gastvrijheid. Het was een leuke avond, een prima nacht en een mooie wandeling vanmorgen. Ik ga richting Eindhoven. Aan het werk.” “Ik laat je er even uit, Henk.” Ma liep met hem mee en we zagen ze vanuit de keuken nog even staan praten. Opeens sloeg Ma haar armen om hem heen en gaf hem een vlugge zoen. Daarna stapte hij in en reed rustig het pad af en de weg op. Gien bleef staan en zwaaide. Wij keken elkaar aan. “Die heeft het te pakken…” zei Annet nuchter. “Hebben we daar wat op tegen, zussies?” Ze schudden hun hoofden. “Volgens mij niet, Rick. Het lijkt me een goeie vent. Maar Ma beslist. En dadelijk geen toespelingen. We gaan hier de boel opruimen. Niet laten merken dat we hebben staan gluren.” Gien kwam binnen terwijl wij druk bezig waren met het afruimen van de tafel en het inruimen van de afwasmachine.
Na een paar seconden kletterde er een mok op de grond in stukken en klonk de stem van Ma. “Jullie zijn me iets te overijverig aan het werk, dames en heer! Zit er nog koffie in de kan? Mooi. Inschenken dan en zitten! We hadden nog wat te evalueren met elkaar!” Haar stem klonk streng.
“Oh shit… Dat wordt een weekend op water en brood…” mompelde Annet. Even later zaten we om de eettafel en keek Ma ons stuk voor stuk aan. “Jullie eerst”, zei ze tegen An en Gon. “Waarom zaten jullie gisteravond zo ‘onschuldig’ met jullie schoentjes en rokjes te spelen, meisjes? Ik zag het wel hoor! Hans kreeg het behoorlijk benauwd. Niet zo aardig.”
Gonnie glimlachte. “Testcase, Ma. Overigens niet voor Hans, hoewel hij er wel van genoten heeft, geloof ik…” Cora knikte. “Zeker weten!” Annet vervolgde: “De testcase was voor vriend Henk. We wilden even zijn reactie peilen. Maar hij heeft niet één keer gericht naar ons gekeken toen wij bezig waren; hij keek constant naar jou. Geslaagd voor de test.” Ma keek hen aan. “Krengetjes…” Toen lachte ze. “Dank jullie wel, meiden.
En Rick: Henk zei net dat ik een uiterst volwassen zoon had. Waarom zei hij dat?” Ik schudde mijn hoofd. “Nee Ma. Ga ik nu niet vertellen. Misschien later, maar nu niet.” Ik keek haar aan. “Nee, écht niet.” Ma zuchtte. “Oké… Jongens, deze vent… “ Ze werd rood en zweeg.
Annet legde haar hand op Gien’s arm. “Vlinders in je buik, Ma?” Gien knikte en keek ons toen aan. “Zó moeilijk! Ja, Henk is een fijne vent. Heeft me tijdens de cursus veel geholpen. Niet met de lesstof, dat ging prima, maar gewoon door er te zijn als ik het even moeilijk had omdat ik jullie miste. Goede gesprekken mee gehad. Vakman op zijn gebied, maar hij blijft gewoon zichzelf. Lekker nuchter en af en toe een droge opmerking of een geintje. Maar verdorie… Ben ik er al toe om me weer te binden?”
Nu was het Gonnie’s beurt om een hand op haar arm te leggen. “Zoals mijn lieve zus gisteren al zei: als je ‘m zo leuk vindt: gá ervoor Ma. Volgens ons is het best een betrouwbare vent. En hij heeft inderdaad humor.” Ze giebelde even. “Je afscheid was in ieder geval prima. Geeft hem iets om over na te denken.”
Ma werd wéér rood. “Hebben jullie dat gezien?” We knikten en ik zei: “Was mooi om te zien. Zo, pats-boem vanuit het niets een zoen… Ik wed dat hij nog niet eens op de snelweg rijdt, maar ergens hier in de buurt met z’n auto langs de kant staat om na te denken.” Ze bleef blozen, totdat Cora nuchter zei: “Gien, ik heb er natuurlijk geen moer mee te maken, maar volg je hart. Je bent lang genoeg alleen geweest. Je hebt een zware tijd achter de rug door drie lastpakken op te voeden en dat is je prima gelukt. Denk nu eens aan jezelf.”
Annet en Gonnie gromden. “Lastpakken, zei je, judotrutje? Rick, ze bedoelde jou ook. Pikken we dat?” Ik greep Cora’s handen en de zussen haar benen. Hevig tegenstribbelend trokken we Cora naar buiten. “Ma! Pak de tuinslang eens…” Even later spoot de tuinslang ijskoud water in een van Cora’s broekspijpen naar binnen. Gillend probeerde ze los te komen, maar de zussen en ik hielden haar klemvast, terwijl Ma met de tuinslang bezig was. Na een aantal seconden trok ze de slang uit Cora’s broekspijp, draaide de kraan dicht en snauwde: “Denk eraan juffrouw Amelink… Als iemand mijn lieve kinderen beledigt, gaat die persoon het zwaar krijgen. Onthoud dat, anders ga je hier een moeilijke tijd tegemoet!” En toen, met een lief lachje: “Maar we vinden je wel aardig hoor. Anders hadden we je andere broekspijp én je T-shirt ook volgespoten. Laat haar maar los, jongens. Als ze nu judo-trucjes gaat demonstreren, krijgt ze écht de volle laag.”
We lieten Cora los en die stond mopperend op. “Verraden! Ik ben verraden! Door mijn vriend hier, door mijn vriendinnen, zelfs door Bowy! Rotzakken…” Terwijl ze overeind kwam, liep er een grote straal water uit een broekspijp. Ik grijnsde. “Schatje, ik begrijpt dat je enorm opgewonden ben als ik eens met je stoei, maar wil je dat hier niet zo duidelijk demonstreren? Vanavond in mijn bed heb ik daar geen problemen mee, maar hier op het terras… Liever niet.”
Ik kreeg een hele boze blik te verwerken. “Rotzak. Ik ga heel lang, heel warm douchen. Met de deur op slot. En jullie krijg ik ook nog wel” zei ze vinnig tegen Ma en de zussen. Ze trok haar schoenen, broek en T-shirt uit en liep in haar kletsnatte slipje en BH naar binnen en naar boven. Even later hoorden we de douche stromen. Gonnie keek ondeugend en liep naar de meterkast. “Gas dichtdraaien…” Ik hield haar tegen. “Even een paar minuten wachten zus. Ze moet wel de gelegenheid krijgen om een beetje op te warmen.” “Goh, wat ben jij soepel geworden, Rick…” Annet keek spottend. “Hé zus, het is m’n vriendinnetje. Dat wil ik graag zo houden.”
Maar na een paar minuten liep Gon toch naar de meterkast en een aantal seconden later kwam er een harde gil uit de douche. Wij gniffelden en Ma liep naar boven.
“Wat is er Cora?” “Wéér koud water, verdorie! Hebben jullie daar patent op? Ik sta hier compleet te vernikkelen, verdorie!” “Tja, als jij aankondigt om ‘heel lang heel warm te douchen’ nemen wij wel maatregelen. Weet je wel dat het gas tegenwoordig best duur is?” Grinnikend kwam Ma weer beneden, een paar minuten later gevolgd door Cora. “Rotzakken… Was dit een ideetje van jou, Rick?” Ze keek wraakzuchtig.
Annet nam het voor me op. “Nee liefje. Jouw vriendje heeft er zelfs voor gezorgd dat je nog een paar minuten onder een warme straal kon staan, zodat je in de gelegenheid was om een beetje op te warmen. Maar daarna kwamen wij toch écht in actie.” Voor de vorm mopperde Cora nog wat, maar uiteindelijk kon ze haar lachen niet tegenhouden. “Kom, we drinken nog een lekkere kop koffie; daarna moet ik weer hevig aan de studie, jongelui. Maandagmiddag examen.” Ma nam de leiding weer stevig in handen. “Dan gaan wij de zaak hier even opruimen, Ma. Straks is er niks meer van een barbecue te zien. Kom broer, zus en vriendin: aan het werk. Wie doet wat?”
Na de koffie ging Ma naar haar kamer, studeren. Cora en ik namen het terras grondig onder handen en boenden vervolgens de barbecue schoon. Altijd rotwerk, maar met z'n tweeën was het gezellig. De tweeling ging binnen aan de gang. Toen het lunchtijd was, waren we klaar. “En nu, jongelui? Wat zijn de plannen?” Cora keek me aan. “Vanmiddag even lekker zwemmen?” Ik knikte. “Goed plan. Gaan jullie mee, dames?” Gon en An keken elkaar aan en knikten. “Ja. Even lekker baantjes trekken en moe worden.” Ma knikte. “Prima. Dan pas ik wel op die twee viervoeters. Die zijn de grootste maatjes geworden, zo te zien.” Bowy en Lovely lagen op een kleedje in de keuken, lekker dicht tegen elkaar aan. Cora schoot plotseling overeind. “Wacht even… Vanmiddag zou de eigenaresse van Lovely komen om de koop te bekrachtigen. Wie weet wil ze nog afscheid nemen… Even naar huis bellen!”
Ze pakte haar telefoon. “Hoi Ma! Moeten we Lovely nog brengen voor het afscheid van haar bazin?” Het was even stil en gedurende Margriet’s verhaal keek ze steeds kwader. “Wát een trut. Moest zich de ogen uit haar kop schamen. Het is een hond, verdorie! Geen tafelkleed!” Even later verbrak ze de verbinding. Woedende ogen. “Dat soort lui… Ik zou ze het liefst aan handen en voeten gebonden naakt aan een boom in het bos willen vastmaken! Midden tussen brandnetels, wilde rozen en duindoorn. Alles wat snel groeit, prikt en jeukt...
Mevrouw de eigenaresse kwam vanmorgen langs met de papieren. Tekende, nam het geld in ontvangst en vertrok. Hoefde de hond niet meer te zien, zei Margriet. En daar heeft Lovely een jaar bij in huis gezeten… Arm beest!”
Ze snikte nu en ik sloeg een arm om haar heen. “Cora… Kijk eens naar die twee…” Ik wees op beide honden, nog steeds tegen elkaar aanliggend. “Lovely is bij jullie en bij ons in haar ‘forever home’, schatje. Ze heeft aan Bowy een maatje en als ik er ben zal ik goed voor haar zorgen. En bij Margriet en bij jou is ze ook in prima handen. Wees blij voor haar.” Met de tranen nog in haar ogen ging Cora naast de honden zitten en streelde ze. Bowy rekte zich uit en kwam overeind. Een paar likken over Cora’s gezicht, gevolgd door Lovely. Ook ik ging erbij zitten en beide honden kwamen kwispelend tegen ons aan staan. Cora keek naar de tweeling. “Sorry meiden… Ik ga niet mee zwemmen. Ik ga met deze twee kanjers lopen. Ze laten voelen dat er ook mensen zijn die hen liefde kunnen geven.”
An en Gon knikten. “Snappen we, Coor. En je neemt Rick mee. Wij gaan wel samen zwemmen.” Ik knipoogde. De meiden voelden ons prima aan. “Ma, wij gaan het zwembad onveilig maken. Als je straks in de verte sirenes hoort…” Gien giebelde. “Politie, omdat jullie weer eens aanstootgevend gedrag vertoonden? Ik haal jullie niet op uit de cel hoor. Jullie zijn grote meiden.” Even later waren ze vertrokken en zat Cora nog steeds bij de honden. Ik tikte op haar schouder. “Kom schat. We gaan lopen met die twee kanjers. Lekker door het bos, laat ze maar lekker rennen en spelen. Hier kan dat.”
Tien minuten later dolden de honden voor ons uit in het bos. Lovely bleef dicht bij Bowy en Bowy hield Cora goed in de gaten: ze waren altijd binnen zichtafstand. Langzaam maar zeker werd Cora weer vrolijk en daar genoot ik weer van. Ze was écht sip geweest. We hadden het bos twee keer doorkruist en hadden een tijdje naast het stukje zandvlakte op een boomstronk gezeten. De honden leefden zich helemaal uit: rennen, graven, stoeien… En daarna hijgend naast ons liggen. “We zullen ze straks goed moeten borstelen, Rick. Anders heb jij een enorme zandbak op je kamer.” Ik knikte. “Gaan we doen. Eventueel lekker afspoelen.” Cora keek zuinig. “Bowy: ja. Die vindt het heerlijk. Maar een Chowchow is bang voor water. Water is de dood, dat is hun instinct. Lovely zal grondig geborsteld moeten worden.”
We liepen weer richting huis en de honden volgden. Nu geen gedraaf meer; ze liepen netjes naast ons, allebei redelijk ‘op’. Thuis aangekomen sloot Cora de tuinslang aan en zette de sproeier op een brede, zachte straal. Ik vroeg aan Ma een oude borstel. Even later stond Cora Bowy schoon te borstelen. De Labrador genoot er duidelijk van.
Lovely bleef op veilige afstand, duidelijk niet gecharmeerd van al die nattigheid. Cora kwam op een idee. “Rick als jij weer eens met Lovely gaat knuffelen… Dan zet ik de kraan zachtjes, maak jullie beiden nat. Eens kijken of Lovely dan er vandoor gaat.” Ze keek even gemeen. “Tevens een stukje wraak voor vanochtend… Maar vooruit, ik ben soepel voor je: ik zal het water een beetje warm maken. Een beetje.”
Ik ging op de tegels zitten en riep Lovely. De hond kwam kwispelend naar me toe en likte mijn gezicht. “Lovely: down.” Ze ging liggen en ik begon met borstelen. Ze genoot: binnen een paar tellen lag ze op haar rug met haar ogen half dicht. Cora zette de sproeier zachtjes aan en richtte op mij. Het water was lauw. Lovelywilde overeind komen, maar in hield haar vast. “Down.. Ontspannen, Lovely…”
Ik bleef tegen haar praten terwijl het water rustig over ons heen stroomde. En Lovely bleef liggen! Ik kon haar rustig borstelen en even later een grove kam door haar dikke vacht halen. Ze was nu wel een stuk smaller geworden; haar dikke vacht gaf haar het aanzien van een brede hond, maar zo breed was ze niet. Na een half uur was ze schoon. Ik had nog drie klitten uit haar vacht gehaald en we ontdekten nog een teek, die Cora vakkundig los maakte. “Nu afdrogen Rick. En hebben jullie een föhn?” “Met drie vrouwen in huis en dan geen föhn hebben? Wat dacht je zelf?” Ik rende naar Ma en kwam even later met haar föhn terug.
“Mooi. Nu kammen en föhnen, maar het ding niet te dicht bij Lovely houden. Minimaal 25 centimeter afstand houden en niet op gevoelige lichaamsdelen richten, zoals ogen, snuit of achterwerk.” Cora bleef instructies geven en langzaam maar zeker werd de hond droog. “Thuis kunnen we dit nog een keer doen, maar dan met hondenshampoo. Ze heeft sowieso een prachtige vacht; als ze een shampoobehandeling heeft gehad, ziet ze er helemaal schitterend uit. Laat haar maar opstaan, Rick, we zijn klaar.”
Ik liet de hond los, maar ze bleef lekker liggen en keek me aan. “Wil je nog verder verwend worden, mooi beest?” Ik streelde haar en ze draaide weer op haar rug, zachte geluidjes makend. Ze genoot! “Wedden dat dit de eerste keer is dat ze zó is verwend, Rick? Die klootzakken…” Ik legde mijn hand op haar arm. “Iemand zei recent eens tegen mij: ‘Niet schelden, Rick. Negatieve energie. Helpt niks.’ Ze had gelijk.” Cora legde haar hoofd op mijn schouder. “Je bent lief. Ondanks dat je meehelpt om me met koud water af te spuiten, samen met die mutsen van zussen van je.” Bowy had de hele tijd naast ons gezeten, maar ging nu met z’n kop op Cora’s schoot liggen. “Ja, jij bent ook lief, Bowy. Gelukkig ben je niet jaloers.”
Na een kwartiertje begon ik het wat fris te krijgen; ik was kliedernat en ondanks dat het aangenaam weer was: we zaten op het terras nog in de schaduw. “Lovely, ik ga je even alleen laten. Deze jongen gaat douchen.” “En dit meisje gaat mee”, zei Cora beslist. “Ik heb het ook wat frisjes.” De honden vonden het prima: Bowy liep het gazon op, zocht een lekker warm plekje en plofte neer; Lovely pal naast haar. De ogen gingen dicht. “Die vermaken zich wel”, lachte Cora. “Kom, zeehondje van me. Even snel douchen, daarna zwemkleren aan. Je zussen moeten tegen allerlei opdringerige types beschermd worden in het zwembad.” Tien minuten later waren we klaar. We informeerden Gien waar we waren. “Ik hou de hondjes wel in de gaten. Ik ga wel op het terras zitten. Tot straks!”
In het zwembad keken we rond naar An en Gon. Die zaten op de ondertussen bekende plaats op het grasveld. Ze speelden met Anna. De ouders van Anna zaten aan de andere kant van de boom, in de schaduw. “Hé meiden… Jullie lekker in het zwembad en wie moesten het zware werk doen in ons huisje?” An keek op. “Aha… Onze beschermengelen! Overigens: wij zijn ook keihard aan het werk hoor!” Ze wees naar Gon, die Anna op haar nek had. Het meise had de grootste pret.. “Hallo Anna”, zei Cora, “Lekker aan het stoeien?” Het meisje knikte en gierde toen van het lachen: Gonnie kietelde haar. “Goedemiddag mevrouw en meneer!” Annabel groette ons vriendelijk terug, Wim bromde iets en wijdde zich vervolgens weer aan zijn boek.
“Zijn jullie al het water in geweest, dames?” Annet keek sip. “Nee. We wachtten natuurlijk op jullie, luiwammessen.” Annabel zei: “Als jullie willen zwemmen: geef mij Anna maar, dan neem ik haar wel mee naar het ondiepe badje.” Even later sprongen we achter elkaar van de hoge duikplank. Annet en Gonnie maakten er weer een showtje van: Uitgebreid rekken en strekken, op de rand van de plank gaan staan, voorover buigen en hun tenen aanraken en vervolgens met een mooie duik het water inplonzen. Ze wisten dat Wim hen kon zien. Cora knipoogde en imiteerde hun bewegingen even sierlijk. In mijn zwembroek begon er iets knel te zitten. “Zeg Rick… Kom je er nog in of hoe zit dat? Watje!” “Ik wachtte tot jullie ein-de-lijk bij de duikplank weggezwommen waren meiden. Met jullie tempo duurt dat een eeuwigheid.”
Toen sprong ik en met een verticale duik verdween ik onder water. Meteen naar beneden zwemmen, de bodem raken, afzetten en naar boven… Ik kwam tot m’n navel boven water uit, exact op de plaats waar ik het water ingedoken was. Vanaf de kant hoorde ik: “Netjes!” Annabel stond te kijken, samen met Anna. Ik zwom naar hen toe en klom het water uit. “Dank u wel mevrouw.” Ze lachte even. “Kun jij Anna even bij je houden? Eens kijken of ik je kan evenaren.” Ik ging op de rand van het bad zitten, de meiden in het water naast me. Annabel klom naar boven. “Ik ben benieuwd…” hoorde ik Gon mompelen. Annabel sprong hoog op, maakte twee keer een haakse hoek met haar lichaam en verdween bijna zonder spetters onder het wateroppervlak. Ook zij zwom naar de bodem, tikte aan en dook op exact dezelfde plaats weer op: iets verder dan ik. Haar bikinibroekje kwam boven het water uit. Toen zwom ze vlot naar ons toe. “Dat is heel netjes mevrouw… Complimenten!”
Ze lachte. “Elf jaar geleden was ik kampioene schoonspringen van de provincie Zuid-Holland. En ik hou het wel een beetje bij.” Ze grinnikte ondeugend. “Sommige dingen zijn nu makkelijker: ik heb iets meer massa.” De meiden proestten het uit. “Ik hou mijn commentaar maar voor me mevrouw. Wil niet het risico lopen op een draai om m’n oren.” “Is dat nou mijn stoere vriendje? Lafaard.” Cora keek me geringschattend aan. Annabel keek ons aan. “Jullie gaan leuk met elkaar om. En spelen ook leuk met Anna. Maar… Hoe kennen jullie Wim? Want jullie kennen hem van een mislukt projectje op de Veluwe, zeiden jullie vorige week. Wat was dat voor project? Zijn bedrijf werkt over het algemeen alleen maar in de Randstad…”
“Dat was ook een van de redenen van het mislukken van het project, mevrouw. De omgangsvormen van de Randstad vallen niet zo goed op de Veluwe, laten we het daar maar op houden.” Annet antwoordde met een uitgestreken gezicht. “Verder willen wij het er liever niet meer over hebben.” Annabel keek ons stuk voor stuk aan, maar we schudden onze hoofden. “Ik ga dit eens uitzoeken. Als hij net zo lomp is geweest als vorige week tegen jullie, zwaait er wat!” Ze keek nijdig.
“Wij gaan weer even baantjes trekken, mevrouw”, zei Cora. “Wacht even, dan breng ik Anna even bij m’n man. Mag ik meedoen?” “Be our guest”, lachte Gonnie. Annabel liep weg. “Bitch!” fluisterde Gon tegen Annet. “Met je ‘omgangsvormen’… Ik stikte bijna!” Annet grijnsde. “Ik had deze vraag al verwacht. Zonet op een gepast antwoord zitten broeden… Kom, eruit, naar de startblokken! Het zou me niks verwonderen als onze voormalig kampioene schoonspringen voor een verrassing zorgt tijdens het baantjes trekken. Ze lijkt mollig, maar volgens mij is de dame behoorlijk gespierd.”
Annabel kwam terug. “Zo… Even lekker baantjes trekken. Wat doen jullie?” “Tien baantjes, om en om boven en onder water. En onder water is ook echt onder water… Pas ademhalen als je de kant hebt aangetikt.” Ze knikte. “Gaat lukken…” We klommen op de startblokken. Cora telde af en we doken het water in. De eerste baantjes gingen redelijk gelijk op, maar tijdens het 5e baantje begon Annabel langzaam maar zeker uit te lopen. Die dame kon écht goed zwemmen! Tijdens het 7e baantje lag ze bijna een lichaamslengte op me voor. Verdomme… Gás erop, Rick! Je gaat toch niet verliezen van een vrouw van meer dan dertig? De laatste twee baantjes gaf ik alles en liep op Annabel in. De rest zag ik niet meer. Bij het laatste keerpunt maakte ze een fout; haar voeten gleden uit tegen de wand van het bad en ze verloor wat snelheid. Het laatste baantje zwommen we eerst naast elkaar, maar halverwege kakte ze een beetje in en daardoor kon ik als eerste aantikken, geen seconde daarna Annabel. Hijgend keken we naar de finish van de rest: Gonnie werd derde, Cora vierde en Annet eindigde als laatste.
“Verdorie mevrouw… Had u me bijna geklopt!” Ze lachte, tijdens het hijgen. “Ik lig… nog steeds drie… ochtenden per week… in het water. Coach van een clubje dames… die hun conditie op peil willen houden. Maar dit soort dingetjes doe ik dus te weinig…” “Nou, als ik over een jaar of tien net zo kan zwemmen als u, ben ik dik tevreden, hoor.” Gon lachte haar toe. Annet vulde droogjes aan: “Ja. En als je het niet kan, ben je alleen maar dik, zusje.”
We grinnikten en An kreeg een pets op haar hoofd.
“Voordat jullie elkaar verzuipen, ga ik maar weer naar m’n man en kinderen toe. Morgen zal ik wel spierpijn hebben…” “Mevrouw, dan raad ik u aan om nog een paar baantjes lekker rustig uit te zwemmen. Even het melkzuur af laten breken. Rugslag en kalm aan.” Ze knikte. “Je hebt gelijk. En vanavond lekker in een warm bad liggen. Moet wel, want morgen pakken we in en is de vakantie voorbij! En voor jullie?”
“Wij hebben nog een paar weken. Dan start ook voor ons het gewone leven weer. Nog één week hier in ons huisje, daarna naar huis.” “En waar zitten jullie?” Annet wees naar het zuiden. “Een paar kilometer verderop, in een Bed and Breakfast bij particulieren. Lekker in een tuinhuisje achter een boerderij.” Annabel knikte. “Aha… Wij zitten in een bungalowpark bij Susteren.” Ze keek een beetje triest. “Hartstikke mooi, maar ja… Maandag moet mijn man weer aan het werk. En zitten wij weer aan de rand van Rotterdam.”
Ik begon bijna medelijden met haar te krijgen. “U heeft in ieder geval een hartstikke leuke dochter. De baby… Tja, daar heb ik geen verstand van, maar Anna is een leuke meid.” Ze knikte. “Ja. Jullie nogmaals bedankt dat jullie haar uit het diepe hebben gevist. Ze heeft er niets aan over gehouden gelukkig.” We knikten. “Mooi zo. Enfin, wij gaan nog even zwemmen. Goede reis morgen en wel thuis!”
Even later zagen we het gezinnetje richting kleedhokjes lopen. Kom dames… nog even wat springen!” “Wacht even Rick. Wim komt zo te zien verhaal halen. Gezicht op onweer.”
En dat klopte: met grote passen liep hij op ons af. “Wat is dat voor verhaal over omgangsvormen? Jullie moeten verdomd goed oppassen, snotneuzen!” Annet keek hem aan. “Wat wil je Wimpie? Moeten we even het échte verhaal aan Annabel vertellen? Of aan je werkgever? Inclusief video-opnamen? Zeg het maar hoor… één telefoontje naar de club en het is geregeld. Wij hebben ons heel netjes gedragen, maar als jij de botte hork uit blijft hangen, gaan wij uit een ander vaatje tappen!”
Ze keek hem recht aan. “Willen neuken zonder condoom in een sexclub… Ben je wel goed bij je hoofd? En een enorme stampij maken als ik je vertel dat ik dat niet wil… En me vervolgens op bed flikkeren om te proberen tóch je zin te krijgen… Dat staat allemaal op film, vriend. Evenals je scheld- en vloekpartijen toen je je zin niét kreeg. En verdomd, ik heb zin om de club op te bellen en ze te vragen die film naar je bedrijf op te sturen. Eens kijken hoe meneer Zwaagmeyer dan over zijn hoofd planning denkt. Op de website van zijn bedrijf leek me het een hele aardige, deugdzame man."
Hij werd wit. “Vuile hoer…” Hij greep Annet’s arm. “Laat mijn vriendin los, of je krijgt er spijt van!” Cora’s stem klonk zachtjes, maar weer in de stand ‘diepvries’. “Ach gut… moet ik nu bang worden?” Hij schamperde naar Cora, maar was een seconde later onderuit gehaald en lag op de tegels, zijn arm op zijn rug en Cora breed lachend op haar knieën naast zijn hoofd.
“Goed luisteren vriendje: ik speel nu maar even een spelletje: ik glimlach van oor tot oor, omdat ik geen zin heb om een scéne te schoppen. Voor de buitenwereld is dit een stoeipartijtje. Tenzij dat jij het anders wil: dan wordt het vechten en wordt je echtgenote erbij betrokken. Dus, als je huwelijk je lief is: hou je koest. Als ik je zo meteen loslaat sta je rustig op, he lacht breeduit en gaat naar je vrouw en je schatten van kinderen. Je droogt je af, helpt je vrouw met aankleden en verdwijnt. Als je dat niet doet en nóg een keer met je tengels aan mijn vriendinnen zit of gekke dingen met mij wil gaan doen, ga je ook het zwembad uit, maar dan op een brancard. Begrepen?”
Cora trok zijn arm iets verder omhoog en Wim piepte. “Ik neem aan dat dat een ‘ja’ was. Denk er aan mannetje: ik heb zwarte band judo.” Ze liet hem los en sprong meteen buiten zijn bereik, nog steeds met een brede smile op haar gezicht. Hij stond wat moeizaam op. “Denk eraan Wimpie: eén verkeerde actie tegen ons en je kunt je baan én je huwelijk vaarwel zeggen.” Gonnie’s stem klonk ook waarschuwend, maar ook zij glimlachte vriendelijk, evenals Annet. Hij gromde en liep richting kleedhokjes. Wat moeizaam. Wij zwaaiden vriendelijk.
Tien minuten later zagen we vanaf onze handdoeken het gezinnetje door de uitgang verdwijnen. “Zo, die is opgerot. Coor, dank je wel.” Annet gaf haar een lange knuffel en Gonnie volgde. “Je bent een echte vriendin.” Even stonden de meiden tegen elkaar. “Rickie, kom je erbij?” Ik sloot me erbij aan en even stonden we gearmd tegen elkaar. “Zo… ik hoop dat die lieve Annabel er snel achter komt wat voor type haar echtgenoot is en dat ze haar conclusies trekt. Wát een…”
Cora stopte in haar zin. “Oké, niet schelden… Negatieve energie en zo.” Ze giechelde. “Ik zal mijn energie vanavond eens omzetten in positieve energie, Rick.” Ze lachte breeduit en ik zakte demonstratief iets in elkaar. “Kák… Wéér geen nachtrust. Meiden, kan ik bij jullie slapen?” Gonnie en Annet lachten me uit. “En jij denkt dat je het dan rustig hebt? Forget it, brother. Hup, omkleden en naar huis. Wie kookt er vanavond?”