Katja
Ik heet Katja, ben 16 jaar en word net wakker doordat een bloedstollend orgasme mijn onderbuik teistert. Ik lig op mijn buik na te soezen en vraag me af welke seksdroom hiervoor heeft gezorgd. Mijn dekbed ligt kleddernat op mijn billen en schouderbladen, en langzaam realiseer ik me dat ik in mijn droom door een zeehond werd genaaid, die met zijn natte achterpoten op mijn billen en dijen en met zijn voorpoten op mijn schouders steunde. En er ijlde ook geluid na, tussen het geruis van de branding hoorde ik andere zeehonden blaffen en het woord Richel, Richel…., dat klinkt als soort hoge klok. Wat zou dat betekenen?
Ik ben van buiten een meisje met een gladde meisjeskut zonder hanglippen en met mooie kegelvormige, strakke tietjes. Ik heb lang blond haar en zeeblauwe ogen. Maar eigenlijk woon ik in een vreemd lichaam, want ik ben een zeemeermin. Ik haat mijn prachtige benen en billen en mis mijn zwemstaart al zolang ik me kan herinneren. Mijn moeder snapte er natuurlijk niets van, ze dacht dat het een kinderfantasie was en zo kreeg ik met mijn verjaardag direct na mijn zwemdiploma een cursus meerminzwemmen cadeau. Daarvoor moest je dus een strakke koker met vinnen aansjorren, en dat terwijl ik stiekem altijd zonder badpakje zwom. Dat stopte ik dan achter het trapje in het zwembad, maar de badjuffrouw floot mij altijd uit het water. Na twee keer mocht ik een half jaar niet meer komen zwemmen. Dan zwom en zwem ik maar in open water, dat is niet zo doorschijnend. Als meermin kan ik natuurlijk niet zonder waterpret, dat spreekt vanzelf. Ik ben zelfs gaan ijszwemmen en ook bij de nieuwjaarsduik ben ik altijd van de partij. Onder de badjas draag ik natuurlijk niets. Maar omdat ik nog steeds een mensenlijf heb, ben ik nog wel gevoelig voor de watertemperatuur, en dat is verrekte hinderlijk.
Sinds ik tietjes heb zorg ik dat ik mijn haar in twee staarten knoop, zodat ze over mijn tepels vallen, dan hoef ik geen bovenstukje aan te doen, en als ik dan toch in het zwembad zwem, draag ik het allerminiemste huidkleurige tangaslipje. Alleen bij het uurtje naturistisch zwemmen mag alles uit en laat ik ook trots mijn tieten zien. Want die heeft een zeemeermin ook. Ik merk natuurlijk wel dat beleefde mannen proberen om onopvallend ook mijn billen en mijn kutlipjes te bewonderen, maar dat laat mij koud.
Richel, Richel, wat zou dat betekenen? Kan dat iets te maken hebben met mijn wezen als zeemeermin? Ik weet dat het een zandbank is bij Vlieland waar zeehonden graag komen zonnen. Misschien kan ik daar eens heen met mijn broer op zijn catamaran, Ubo is een fanatiek zeiler. Sinds ik zestien ben neuken we ook aan boord, hij zeilt dan de zee op bij Schoorl, en strijkt het grootzeil als we een eind uit de kust zijn. Dan laat hij de boot rustig op de stroming drijven. We trekken onze weinige kleren uit en gebruiken het zeil tussen de drijvers als bedbodem. Zeemeerminnen neuken niet bij mijn weten, hoe kun je je benen wijd doen als je die niet hebt? maar ik doe hem graag een plezier en op het water voel ik mij bijna net zo zalig als erin. Richel, Richel….
Op een zonnige morgen bespring ik mijn broer als hij net wakker wordt. Gelukkig heeft hij geen natte droom gehad, zodat zijn lul en ballen al op springen staan. Hij ligt op zijn rug en terwijl ik mijn gleuf over hem ros wordt hij wakker. “
“Wat wil je van mij?” vraagt hij, want hij weet dat ik wel kan neuken, maar dat vooral voor zijn plezier doe.
“Naar Richel,” zeg ik, “zeehondjes neu…, eh, kijken.”
“Maar daar mag ik niet komen zonder vergunning,” zegt hij.
“Je zet me af op Oost-Vlieland, daar huur ik een rubberboot met een buitenboordmotor. Maar je mag me ook afzetten en later weer ophalen.”
Terwijl hij mijn vulva vol spuit en wij allebei kreunend klaarkomen stemt hij toe. We trekken zoals gebruikelijk zo weinig mogelijk kleren aan en gaan op zijn scooter naar strandslag Hargen, met alleen een thermosfles met vruchtensap en een broodje voor de volgende morgen. Want het is een flink eind zeilen van Hargen naar Vlieland. Al op het strand laten we onze kleren achter, dat valt niet op, want het naaktstrand is vlakbij.
De volgende morgen zet hij mij af op Vlieland, nadat we elkaar als afscheid eerst nog schokkend omstrengeld en geneukt hebben op het strand. Ik ga spiernaakt naar de bootjesverhuurder, en omdat ik geen geld bij mij heb draai ik met mijn heupen en billen om hem te laten weten dat ik met mijn spleten wil betalen. Het is een aardige man, maar hij is homo, zegt hij. Omdat ik zo vrijpostig ben mag ik de boot zo meenemen, als ik bij terugkomst zijn broertje het plezier wil doen. Ik weet dan nog niet dat ik niet meer terug zal komen. Ik start de motor en vaar de Waddenzee op.
Ik kom de veerboot nog tegen, sommige passagiers zwaaien enthousiast naar mij, ongetwijfeld omdat ze mijn tieten boven de rand zien. Ik ga staan om ook de rest van mijn lijf te showen en draai een soort dansje, voor zover het dansende bootje dat toelaat. Dan arriveer ik bij Richel. Tientallen zeehonden liggen er lui te zonnen. Ik stap spetterend de zandbank op, terwijl ik de boot achter mij aan sleep. Daar zijn de zeehonden niet aan gewend en bijna allemaal schuiven ze hopsend en blaffend het water in. Op veilige afstand wachten ze met hun nieuwsgierige kopjes boven het water af wat er gaat gebeuren.
Maar eentje blijft achter en kijkt mij met grote ogen doordringend aan. Hij hopst naar mij toe, slaat zijn voorpoten tegen mijn kuiten, buigt zijn rug en klimt naar mijn kut, waar hij als een echte hond aan begint te likken, met zijn voorpoten op mijn dijen. Ik krijg het gevoel dat mijn droom van gister zich in de werkelijkheid herhaalt, het beest blijft maar aan mijn benen sjorren. Ik zak door mijn knieën en pak hem bij zijn voorpoten beet, om hem op schoot te nemen. Ik zie daarbij dat het een mannetje is. Maar hij stribbelt tegen, en duwt met zijn ene achterpoot tegen mijn dijbeen en met zijn ene voorpoot tegen mijn schouder. Dan snap ik dat hij mij om wil draaien, natuurlijk, hij wil op zijn hondjes. Ik schuif me onder hem vandaan, draai me om op mijn ellebogen en op mijn knieën met mijn bovenbenen wijd. Ik voel dat hij als een nat dekbed op mijn rug klimt, zijn voorpoten op mijn schouderbladen, zijn achterpoten op mijn dijbenen, en nu schuift zijn penis stijf in mijn kutgleuf. Waar zou hij geleerd hebben dat hij niet in mijn poepgat moet zijn? Komen er vaker naakte meiden bij de zeehonden? Met langzame bewegingen hitst hij mijn klit op, ik beweeg mee en tegen en begin te gloeien. Terwijl hij zich leeg spuit voel ik mijn orgasme. Terwijl dat langzaam wegebt merk ik dat ik geen natte poten meer op mijn rug voel. Nagenietend draai ik me langzaam om, mijn benen nog wijd.
Maar ik zie geen zeehond meer, maar een grote naakte zwarte man, met een lange nadruipende lul.
“Ik ben Khartoem,” zegt hij, “ik heb door de jaren heen veel zeehondenpups gemaakt, maar zou weer mens worden als ik een blonde mensenvrouw zou naaien. Dat heeft de djin mij beloofd.”
“Djin,” vraag ik, “hoezo?”
Dan voel ik dat mijn bovenbenen naar elkaar toe gezogen worden, zonder dat ik me daartegen kan verzetten. Mijn voeten veranderen van vorm, mijn benen kleven glad langs elkaar en vergroeien, en er verschijnen glimmende zilverachtige schubben op mijn huid. Mijn onderlijf is na een paar minuten dat van een grote vis, mijn voeten zijn een prachtige dubbele staartvin. Ik kijk onder mijn armen door en zie dat ook mijn beeldschone billen bedekt zijn met schubben, en van voren komt mijn navel net boven de schubben uit.
“Ik ben een zwarte slaaf geweest bij een schatrijke familie in Aboe Dhabi, ik ontsnapte en bij de achtervolging heeft de djin mij gered door mij in een zeehond te veranderen. En hij beloofde ook om de diepste wens van mijn eerste neukvrouw te vervullen.”
Ik juich: “Dus nu ben ik echt een zeemeermin!”
“Ja. Je zult je happy voelen zowel in tropenwater als de ijszee en je zult het nooit meer koud hebben. En je kunt boven en onder water ademhalen, kijk maar onder je oksels.”
Daar zie ik aan allebei de kanten van mijn borstkas heen en weer klapwiekende kieuwen. Ik word op slag verliefd op deze geweldige man.
“Naai mij nog eens!” roep ik hem toe, nu ik zeemeermin ben durf ik pas van seks te genieten. Hij stapt op mij toe en neemt mij in zijn armen.
“Ik laat je zien hoe dat nu moet,” zegt hij, terwijl hij één hand los laat en onder mijn navel een paar schubben open schuift alsof het klepjes zijn. “Kijk, daar zit je nu kutgleuf, en van achter zit er ook zo’n schubbenpaar: als je een beetje perst, bolt de huid een beetje op en schuiven de schubben vanzelf open.”
Dan pakt hij mij onder mijn oksels beet en zet mij op zijn opstijvende boleet, die hij met zijn paarse eikel tussen mijn schubben schuift. Hij doet zijn bovenbenen wijd, en alsof ik nooit anders gedaan heb sla ik mijn onderlijf tussen zijn benen door en klets mijn staartvin tegen zijn machtige billen. Ik sla mijn handen om zijn nek om mijn tepels tegen de zijne te drukken. Zo houd ik mij in positie. Opnieuw krijg ik een gloeiend orgasme. Meerminnen neuken dus echt wel!
“Gooi me in het water,” roep ik, als het orgasme voldoende gezakt is. Dan pakt hij, ik weet niet waarvandaan, een soort mobiele telefoon met een koord. Of is het een spiegel? Zeemeerminnen hebben altijd een spiegel.
“Dit is je contact met de mensenwereld,” zegt hij. “Het is een mobieltje en tegelijk een minicomputer. De spiegel fungeert tegelijk als zonnecel en golfdynamo, zodat je hem niet hoeft op te laden. Er zit een stiletto op om haaien en orca’s van je af te houden, en een kniptang om visnetten door te kunnen knippen als je daar ooit in zwemt. Het koord is van ijzersterke zeewiervezels.“
Zo komt het, lieve lezer, dat ik mijn avonturen met u kan delen via mijn blog op Opwindend.net. Als u goed zoekt vindt u ook selfies van mij op instagram, want mijn mini bevat natuurlijk ook een camera.
Dan gooit Khartoem mij met een grote zwaai en een flinke plons in het water, sleept de rubberboot van de kant af en start de motor. Ik vraag mij af of ik hem ooit terug zal zien, terwijl ik mijn vingers tussen mijn kutschubben steek om nog even lekker na te masturberen. Zou ik ook anaal kunnen neuken? vraag ik me af. Maar eerst moet ik mijn broer bellen dat ik niet meer terugkom en dat Khartoem de rubberboot terugbrengt.
Gastblog Khartoem
Als kleuter ben ik verkocht op de slavenmarkt van Khartoem, om als speelkameraadje te dienen voor Doha, het dochtertje van een schatrijke familie in Aboe Dhabi. Dat is me later verteld, want ik weet daar niets meer van, ik zal niet ouder dan drie zijn geweest. Tegelijk met mij is er ook een jong meisje gekocht op de markt van Ndjamena, en zij heet dan ook nog steeds zo.
Doha heet eigenlijk anders, maar de familie woont in de buurt van die stad in een kolossaal landgoed vlakbij de Arabische golf. Doha droeg prachtige zijden hemdjes, maar Ndjamena en ik mochten als slaven geen kleren dragen, en het was er ook warm genoeg om het nooit koud te hebben. Misschien dachten onze eigenaren dat wij dan niet durfden te ontsnappen. Doha was ook slordig met haar tuniekje. Als we samen verstoppertje speelden of met de fonteinen spetterden, droeg zij ook niets. We zagen dan wel dat zij goudbruin was en wij zwart, en we dachten dat wij er daarom verschil in rang was. Er was meer slavenpersoneel in huis, allemaal zwart, de slavenchef was een man met een heel hoge piepstem, die ons altijd gemeen aankeek. Jaloers omdat ik nog compleet was? Maar hij deed ons geen kwaad, omdat hij wel wist dat wij toch de lievelingetjes waren in huis. Doha had ook nog een oudere broer Aki, maar die bemoeide zich de eerste jaren niet met ons. Overigens is zelfs in Aboe Dhabi en Qatar de slavernij in strijd met de wet, al zijn contractarbeiders net als in de oudheid waarschijnlijk slechter af. Die werden alleen niet gecastreerd. Dat wisten wij natuurlijk niet.
Wij werden allemaal groter en geslachtsrijp. Gemakshalve ga ik ervan uit dat wij zestien waren toen zowel Doha als Ndjamena verliefd op mij werden en ik op hun beiden. Het huis had veel verborgen hoekjes, en omdat wij wel voelden dat seks niet mocht, zochten Doha en ik die hoekjes op om zij in het goud met mij in het zwart te neuken. Doha was echt helemaal gek van mij. Gelukkig wist niemand daarvan, zelfs Aki niet, die stiekem toch Ndjamena pakte en naaide. Voor een slavin hoorde dat er gewoon bij, dachten wij.
Ndjamena en ik sliepen nog steeds bij elkaar in het slavenverblijf, en daar neukten wij ook gezellig met elkaar, wij zagen daar werkelijk geen kwaad in en waren ook niet op de hoogte van de eventuele gevolgen.
De slavenchef heeft ons toen aan de heer des huizes, Ali ben Baba, onze eigenaar dus, verraden. Slaven zijn onder elkaar helemaal niet solidair, ze proberen er ieder voor zichzelf op de meest draaglijk manier te overleven, en zo nodig ten koste van de medeslaven. Zo werden onder elkaar de weinige eigendommen en ook eten en drinken gestolen. Hij verwachtte een forse beloning te krijgen en misschien wel vrijgelaten te worden. Maar ik kreeg te horen dat ik voor straf de volgende dag gecastreerd zou worden.
Doha vond het verschrikkelijk dat zij haar zwarte geweldenaar zou missen, want ze was altijd net zo geil als haar amandelogen. Ze kon ook geweldig buikdansen, zowel in haar dunne tuniek als naakt, al deed ze dat natuurlijk niet waar haar ouders, haar broer of ander personeel bij waren. Toen kwam Doha mij vertellen dat ik ’s nachts moest ontsnappen via de geheime gang die achter een extra muur door de kelder van de tuinmanswoning ging. Bovendien gaf zij mij een olielamp mee, die altijd in een vitrine van pantserglas had gestaan.
“Daar moet je op wrijven, dan komt er hulp voor je,” zei zij. Ik keek haar niet begrijpend aan.
“Doe het nou maar gewoon, het werkt echt. Het is de wonderlamp van Al’adjin. Mijn overgrootvader was één van de veertig rovers van Ali Baba en heeft die ooit ergens geklauwd.” Daarom was de familie dus zo schatrijk, concludeerde ik.
Natuurlijk werd mijn ontsnapping opgemerkt toen ik nog maar net de geheime gang uit was. Een stuk of tien mannen kwamen achter mij aan, ik snap niet waar die zo gauw vandaan kwamen. Doha’s broer was er ook bij. Het was duidelijk dat de slavenchef mij had verraden en alarm had geslagen. Ik wist mijn achtervolgers niet af te schudden, maar kwam op het strand terecht op een smalle landtong. Ik kon dus alleen de zee maar in. Toen wreef ik over de lamp zoals Doha mij gezegd had, en inderdaad, daar verscheen de djin.
”Waarvoor hebt u mij nodig, ik ben uw slaaf,” zei hij.
“Ik moet hier weg,“ zei ik in paniek, “bedenk iets!” De djin keek mij minachtend aan en maar was toch zeer beleefd en sprak:
“Ik zou u in een zeedier kunnen veranderen, een zeehond bijvoorbeeld, die is nog zwarter dan u.
U wordt pas weer mens als een blonde blanke meid met u wil neuken. Die vindt u ergens ver weg, in het noorden. Haar diepste wens zal ik als beloning vervullen.” Ik had niet veel keus, dus ik riep:
“Doe dat, maar snel.“ In de haast vergat ik de wonderlamp mee te nemen. Ik plonsde de zee in, met afschuw nagekeken door mijn achtervolgers. Ik zag dat ze de lamp opraapten en dus begrepen hoe ik was ontsnapt.
Het water was natuurlijk te warm voor een zeehond. De djin had mij blijkbaar een ingebouwd kompas meegeleverd, dus ik zwom weg naar het westen en het noorden, door het Suezkanaal en de Middellandse Zee, maar pas bij de straat van Gibraltar werd het water wat koeler. Daar kwam ik ook meer zeehonden tegen en ik had dan ook veel lol met de teefjes. Toch kon ik Ndjamena niet vergeten, gelukkig waren de zeeteefjes even zwart als zij. Goudbruine vissen kon ik alleen eten, dat vond ik wel jammer, want ook de goudbruine Doha neukte geweldig. Als ik met de teven klaar was, zwom ik weer verder. Ik wist niets beters te doen dan maar door te zwemmen tot ik bij de zandbanken bij Den Helder uitkwam, eerst de Noorderhaaks en daarna ging ik verder naar Vlieland. Op Richel rustte ik uit. Af en toe kwamen er wel mensen op Richel, en ik benaderde de vrouwen onder hen. Ze aaiden me vriendelijk: “Wat een schatje, wat kijkt hij intelligent uit zijn ogen.” Ik probeerde ze te bespringen, maar ze maakten geen aanstalten om te paren. “Het is net een echte hond,” zeiden ze, als ik mijn neus tussen hun benen stak.
Toen kwam Katja. Ik klauterde op haar rug en deed wat de djin me gezegd had. En nu ben ik met haar rubberboot op weg naar Oost-Vlieland.
Op de kade staat naast een catamaran met gestreken zeilen een naakte jonge man van de leeftijd van Katja te wachten. Hij geeft me een hand, “Ubo,” stelt hij zich voor. Hij herkent de rubberboot en vraagt wat ik met Katja heb gedaan.
“Genaaid en in een zeemeermin veranderd,” zeg ik. Hij kijkt mij achterdochtig aan, maar wist natuurlijk al lang van Katja’s obsessie om haar lijf. Omdat het eigenlijk te gek is om waar te zijn, gelooft hij mij.
“Maar je moet het wel bewijzen, anders geef ik haar als vermist op,” zegt hij.
“Ik denk dat ze er zo aan komt,” zeg ik, “eerst de boot terugbrengen.”
Ubo en ik lopen naakt over de steiger naar de bootjesverhuurder, die natuurlijk ook naar Katja vraagt. En hij moet ook nog betaald worden. Ik voel wel dat hij homo is, geld heb ik natuurlijk niet, dus bied ik hem mijn kontgat aan, als hij verder geen vragen stelt.
“Ze komt er zo aan,” voeg ik eraan toe, ter geruststelling. Terwijl hij bij mijn insteekt, gaat Ubo achter ons tweeën staan, steekt zijn wortel in bootsmans kontgat en grijpt mij om de bootsman heen bij mijn lange lul, zodat de bootsman wordt gesandwicht. Het is nogal druk in de jachthaven en daardoor valt het tafereel aan niemand op. Bovendien wordt de menigte afgeleid door de komst van een echte zeemeermin.
Als we alle drie klaargekomen zijn, hijst Ubo het grootzeil van de catamaran en varen we met Katja in ons kielzog terug naar Hargen.
Gastblog Ubo
Nu is die rare zus van me in een zeemeermin veranderd… En ik had haar zo graag willen naaien op de terugweg. Als we in Hargen aankomen, trek ik samen met Khartoem de catamaran op het strand, Katja blijft achter in de branding, maar als een echte vis springt ze omhoog uit vlak voordat de golf breekt, en dan roept ze, met haar vingers onder haar navel:
“Kijk, mijn gleuf! Neuken!!!” Khartoum springt de branding weer in en vangt haar op. Hij slaat haar over zijn schouder en met haar staart voor zijn ballen strompelen wij met zijn drieën door het rulle zand naar de eerste duinpan achter het botenhuis. Khartoem houdt haar van achteraf vast aan haar tieten, en ik naai voor het eerst van zijn leven mijn zilveren zeemeid. Ik zie dat Khartoem bij haar hetzelfde doet als ik bij de bootsman op Vlieland, dus wij sandwichen Katja met zijn tweeën. Dat zal wel vaker gebeuren, want onderweg heeft Khartoem ons zijn geschiedenis verteld. Wij hebben besloten dat we in ieder geval Ndjamena gaan ophalen, en als zij mee wil, ook Doha.
Mijn vader heeft een snel, zeewaardig jacht, want Aboe Dhabi is te ver om er met de catamaran heen te zeilen. Er is een zwembad aan boord, zodat Katja dat hele eind niet hoeft te zwemmen, maar ons ontspannen kan amuseren. Ze heeft me laten zien hoe de schubben op haar kontgat open klappen als ze een beetje perst. Ik pak haar onder haar oksels en houd haar over de railing als ze moet poepen of pissen, en ze is niet te beroerd om de pis met een stevige straal over mijn buik te spuiten. Natuurlijk kan ze ook in de zee duiken en even later weer aan boord klimmen. Maar zo hebben we er alle drie lol van, want ook Khartoem geniet van het schouwspel.
Als ze uitgepoept is draait ze zich om, slaat haar staart achterwaarts tussen mijn benen door en perst een beetje na, zodat ik mijn lul in haar schone kontgat kan steken. Ik grijp haar bij haar tieten en ik draag haar als een boegbeeld zo haar zwembad in, en dan is het mijn beurt om mijn geil in haar te spuiten.
Khartoem had de vooruitziende blik gehad om snorkels voor ons aan te schaffen. Zo kunnen wij Katja onder water in het zwembad neuken als we daar zin in hebben. En zo bekorten wij de reis.
Bij Aboe Dhabi aangekomen, besluiten we dat het jacht buiten de territoriale wateren moet blijven en dat wij onze expeditie met de rubberboot moeten uitvoeren. Katja blijft achter om het schip te bewaken. Ze kan de pompen uitschakelen en het schip geheel of gedeeltelijk laten zinken in het geval dat wij onverhoopt worden geënterd.
Khartoem en ik laten de rubberboot te water en zo vertrekken we naar de kust. Khartoem heeft net zo’n mobiel als die van Katja, zodat we elkaar op de hoogte kunnen houden. En een zaklamp is ongetwijfeld ook nuttig.
Gastblog Khartoem
Ik weet nog van mijn ontsnappingstocht op welke landtong we moeten aanlanden. Het is nacht, maar de volle maan schijnt, en dat is voldoende om zonder te verdwalen bij het landhuis van Ali ben Baba te komen. Ik moet het gevaarlijke klusje: Ndjamena bevrijden, natuurlijk alleen doen: want ik ben in de donkere nacht vrijwel onzichtbaar, terwijl ieder spoortje maneschijn de bleke huid van Ubo doet oplichten. Ubo blijft dan ook op de bodem van de rubberboot liggen.
Via de geheime achteruitgang kom ik het huis binnen. Alles is stil, behalve het gesnurk van een paar lawaaiige slaven. Ik ga eerst kijken of Doha mij weer kan helpen, zij kent de code van de vitrine met de wonderlamp. Maar haar slaapkamer is leeg, en ook uit die van haar broer hoor ik geen geluid. Die broer is best gevaarlijk, dus in zekere zin is dat een meevaller, al moet het nu zonder wonderlamp. Dan sluip ik naar het slavenverblijf. Ndjamena is er niet. Maar de oude eunuch wel, en hij is blijkbaar nog steeds de voorman van het stel. Hij is de beloning voor zijn verraad dus misgelopen, logisch, want mijn ontsnapping heeft hem alleen een pak slaag opgeleverd. Ik sluip naar hem toe en grijp hem bij zijn slappe lul. Hij schikt wakker.
“Een kik en ik knip je lul eraf,” fluister ik. Je komt mee en doet wat ik zeg. Doodsbenauwd komt hij overeind. Ik bind zijn polsen met tiewraps bij elkaar om verrassingen te voorkomen. Ik sleep hem mee door de gang naar buiten. Alles blijft stil, we zijn dus niet opgemerkt. Buiten gehoorsafstand van het huis begin ik hem te ondervragen.
“Waar is Ndjamena? En waag het niet om te liegen,” en ik druk de scherpe kant van de snoeischaar tegen zijn lul. Maar net als bij zijn verraad heeft hij geen ruggegraat en vertelt me met leedvermaak dat Ndjamena aan een bordeel in de havenbuurt verkocht is. Doha ging studeren in Londen, met haar walgelijke broer als chaperonne, en toen was Ndjamena overtollig. En omdat ze geen maagd meer was en daardoor waardeloos voor de slavenmarkt, hadden broer Aki en pa Ali ben Baba haar eerst nog eens genaaid en toen onderhands voor een zacht prijsje aan de kroegbaas overgedaan.
Om te voorkomen dat hij alarm slaat geef ik hem opdracht me naar de kroeg te brengen. Ik beloof hem ongeschonden vrij te laten zodra we in veiligheid zijn, maar eis wel Doha’s adres in Londen op. Dat weet de gluiperd toevallig, want personeel weet alles van de bazen, net als in de middeleeuwen en in de negentiende-eeuwse landhuizen.
We komen bij de havenkade met het bordeel, en om niet op te vallen doe ik me als klant voor.
Omdat buitenlandse arbeiders ook nauwelijks kleren aan hun lijf hebben val ik helemaal naakt niet eens op. Omdat ik zwart ben heb ik een voorkeur voor een zwarte hoer, zeg ik tegen de baas, o, zegt hij, de meeste zwarten willen juist een bleke hoer, liefst blond, al zijn de zwarte goedkoper. Maar hij opent een deur voor me, en inderdaad, daar zit Ndjamena op de rand van een matras, met een lange ketting aan haar enkel. Een kroeg kan nu eenmaal de deur niet op slot houden. Ik sleep de eunuch mee naar binnen en maak hem aan de douchekraan vast, en om hem de ogen uit te steken begin ik Ndjamena te liefkozen en te zoenen. Ze herkent me onmiddellijk en snapt wat de bedoeling is van mijn komst. Ze heeft bij stukjes en beetjes de ketting al bijna doorgeslepen aan een kapotte vloertegel, stiekem om op een geschikt moment te kunnen ontsnappen, bijvoorbeeld met een verliefde klant. Gelukkig kwam ik eerst. Maar de ketting was eigenlijk symbolisch, want ook vrije hoeren kunnen in een vreemd land geen andere kant op. Met de tang breek ik de bijna kapotte schakel door.
“Eerst een potje vrijen,” zegt ze met een hatelijke blik naar de eunuch, en ze springt enthousiast wijdbeens op mijn heupen. Even pompen, dat kan ze goed, want met vluggertjes haal je een hogere omzet, en hup weer met beide benen op de grond verlaten we het pand, nadat ik eerst de kroegbaas tegen de grond geslagen heb. Dat kon niet anders, jammer, want het is best een toffe gozer, die zijn slavinnen zakgeld gaf om zich mettertijd vrij te kunnen kopen. Als hij bijkomt zullen we al lang weg zijn.
“Die kroeg was eigenlijk een opluchting, want die kloot-zonder-zak heeft me het leven goed zuur gemaakt toen jij net weg was,” zegt Ndjamena, “ik had er meer vrijheid dan in het slavenkot van Ben Baba. Omdat ik mooi en jong ben, was de kroegbaas een beetje zuinig op mij en waren de meeste klanten aardig voor mij, al mocht ik geen nee zeggen als ze anaal wilden of over me wilden pissen. Maar ik heb een hoop standjes en trucjes geleerd van de andere meiden. Die blanke meid had zelfs een oud boekje met 100 standjes. Daar kunnen we samen nog veel plezier van hebben.”
In het maanlicht haasten we ons naar de landtong. Ik bind de eunuch nog een paar tiewraps om zijn enkels, zodat hij pas de volgende morgen alarm kan slaan en Ubo start de buitenboordmotor om naar het jacht te racen.
Katja
“Wat doen we,” zeg ik, “eerst feestvieren of meteen vertrekken?” Ik zie mijn broer Ubo begerig naar de zwarte schoonheid kijken. Khartoem ziet het ook, en omdat ik eindeloos met hem geneukt heb, gunt hij zijn lief nu aan mijn broer. Ik kruip dus weer bij Khartoem op schoot. Het begint intussen dag te worden, de zon is nog net onder de horizon.
Dan zie ik over Khartoem’s schouder zoeklichten naderen. De kustwacht! Khartoem denkt dat hij de kroegbaas toch niet hard genoeg geslagen heeft. Wij onderbreken het neukfeest en proberen met gedoofde lichten weg te varen. Maar de kustwacht komt achter ons aan en geeft ons een schot voor de boeg. Ik verzin een list. Gewapend met mijn spiegel duik ik het water in en zwem naar het vaartuig toe.
Ik draai een paar rondjes om het schip en weet zo de aandacht van de bemanning te trekken. Natuurlijk begin ik met een hoge, doordringende stem een lied te zingen, het eerste wat me te binnen schiet is het sentimentele Loreleilied. Het vaartuig staakt zijn achtervolging, want je kunt met een blonde zeemeermin meer verdienen dan met een ontsnapte zwarte slavin. Toch zijn ze eerst te verbouwereerd om een sloep of een net uit te zetten. Je ziet ten slotte niet iedere dag een zeemeermin.
Als ze dan toch besluiten om te proberen mij te vangen, ga ik zo lang mogelijk tijd rekken, ik zwem rond het schip en duik eronder door, terwijl zij proberen mij in het oog te houden. Ze gooien uiteindelijk een rubberboot uit en slaan met zijn tweeën een net over me heen, dat ik met mijn tang kapot maak. Eentje pakt een bootshaak, maar daar ga ik aan hangen zodat ik hem overboord trek.
“Lekkere jongen,” zeg ik en knip met mijn tang zijn broek open. “Laat zien wat je kunt.” Hij houdt zich vast aan de restanten van het net, en zijn maat houdt de andere kant vast. En zo neuk ik hem in volle zee in hun eigen visnet. Klaargekomen is het tijd voor de aftocht, zijn maat gaat maar naar de kroegbaas voor zijn gerief, die heeft slavinnen genoeg. Ik schijn met mijn spiegel de stralen van de opkomende zon in hun ogen. De stralen blijken door mijn spiegel als lasers te werken, en vloekend wenden ze de steven, ze laten het net en de rubberboot achter. Intussen is het jacht ver weg in de volle zee. Ik spring een paar keer boven de kruivende golven omhoog en show pesterig mijn tieten en mijn gleuven om hun aftocht te verzoeten. Dan zwem ik langzaam bij ze vandaan.
Ubo en Khartoem geven hun positie aan mij door en een uurtje later klim ik weer in mijn zwembad.
Op naar Londen.
Gastblog Khartoem
Wij varen met Ubo’s jacht de Theems op en leggen aan in de jachthaven van Greenwich. In Londen val je helaas wel op als je in je nakie over straat of in de tube gaat. We glippen de eerste Marks en Spencer in om ons van de minimaal vereiste kleding te voorzien en vertrekken dan naar Notting Hill, vlakbij Hydepark, waar het adres is van Doha en haar akelig broer. Katja blijft op of bij het schip. Als ze er zin in heeft, mag ze het publiek laten vergapen. Ook Ndjamena blijft aan boord, ook zij kan niet naakt in de stad gaan shoppen.
Op Queensborough Terrace belt Ubo aan. Ik wacht ondertussen buiten het zicht van de deurcamera. Als broer Aki de deur open doet slaan wij die met kracht tegen zijn gezicht, zodat wij zijn neus horen breken. Wij dringen naar binnen en grijpen hem bij zijn keel voordat hij zijn beveiligers erbij kan roepen. Want hij heeft goed betaald personeel bij zich om Doha te kunnen bewaken. In Londen is de slavenhandel wat moeizaam geregeld, eunuchen zijn al helemaal niet te krijgen, maar homo-personeel is daardoor een kostbaar alternatief. Ik pak mijn mes erbij en beloof hem zijn ballen af te snijden als hij een kik geeft, net als de oppereunuch in Aboe Dhabi. Omdat hij heilig van plan was om dat een paar jaar terug bij mij te doen, schijt hij nu peentjes bij het idee. Wij gaan de salon in. In mijn opdracht stuurt hij de beveiligers naar Soho om een gezellige dag te hebben, want, zegt Aki, Doha loopt college de rest van de dag. De volgende morgen om zeven uur moeten ze weer aantreden, zegt Aki.
“O, hoeven we haar niet op te halen?”
“Nee doe ik vandaag zelf,” zegt Aki, terwijl hij zijn best doet om te laten merken dat wij geen welkome gasten zijn. Maar de heren zijn zo verguld met hun vrije uurtjes dat ze dat niet merken of niet willen merken.
Ik geef Aki opdracht om zich uit te kleden. Daar voelt hij natuurlijk niets voor want hij is zelfs voor Arabische begrippen een preutse fatsoensrakker, behalve als hij jonge meiden kan naaien. Ubo pakt een grote schaar en begint zijn gewaad open te knippen, wij zetten hem sidderend met tiewraps vast aan de verwarmingsradiator en zo geïntimideerd ondervragen we hem. Waar is Doha? Adres? Telefoonnummer? Terwijl Ubo hem in de gaten houdt pak ik zijn telefoon en haal het nummer uit het geheugen. Doha verwacht natuurlijk dat haar broer weer eens een controlegesprekje wenst, denken wij, want ze neemt niet op. Ik stuur een tekstberichtje: “Ik hoop dat je me niet vergeten bent, Khartoem wacht bij jou thuis op je. Aki is onschadelijk gemaakt.” Dat zij op dat moment spijbelt en in Soho het manvolk entertaint met haar buikdansen kunnen wij niet vermoeden.
Gastblog Doha[b/]
Ik studeer in Londen zoals dochters van gegoede Arabische families horen te doen. Als ik afgestudeerd ben kan ik de rest van mijn leven achter de tralies in die achterlijke oliewoestijn, en daar heb ik helemaal geen zin in. Behalve studeren probeer ik dan ook mijn eigen leven op te bouwen. Zo volg ik dans- en muzieklessen naast mijn colleges geologie (pa heeft de buit van Ali Baba in de olie gestoken), en ik breng de lessen in praktijk in verschillende tentjes in Soho. Want lieve lezer, u weet al dat ik van jongs af aan een hekel heb aan kleren, en met mijn blote lijf kan ik voorlopig genoeg verdienen om zonder pas kapitaal rond te komen, zelfs in het peperdure Londen.
Zo ook vandaag. Ik geef een striptease op het poolbiljart waar een paar deftige tories de ballen heen en weer stoten, en mijn sport is dat ik mij tussen het stoten door van mijn kleding ontdoe zonder het spel te hinderen. Als ik een bal tegen mijn enkel krijg, ben ik af en mag de stoter mij stoten in plaats van de bal. Die stijve heren zijn alleen aangekleed stijf, hun lullen niet, die kunnen niet tippen aan die van Khartoem. Maar ik vind het lollig om ze in een saletje op mijn gleuf te trakteren en zo hun andere ballen tegen mijn kruis te wrijven. Hoe zou het met Khartoem zijn, en met Ndjamena? Zou zij nog in Aboe Dhabi op mij wachten? Of heeft pa haar weggedaan?
Ik krijg een telefoontje binnen, maar het is van mijn broer, dus die moet maar even wachten. Stel je voor dat hij aan de achtergrondgeluiden hoort dat ik niet in de koffiekamer van de universiteit zit. Ik heb net een Lagerhuislid leeggepompt en heb dus even wat anders aan mijn hoofd. Eerst mijn lekkende kut even afsoppen, en dan de club weer in. Tot mijn ontsteltenis zie ik mijn twee bewakers aan een tafeltje met uitzicht op het biljart zitten, waar een collega van mij, ook een Arabische, net als ik een sluierdans uitvoert tussen de ketsende ballen. Daar hebben ze alle aandacht voor, waardoor ze me niet gezien hebben. Waarom hebben de bewakers vrijaf? Die moesten mij straks met een gesloten taxi van college halen.
Ik trek me terug op het toilet en hoop dat mijn collega het nog even uithoudt tussen de ballen. Uit verveling open ik het telefoonbericht van mijn broer, en dan moet ik naar adem happen om niet flauw te vallen. Ik reageer op het bericht: OK, ik kom eraan. Maar ik besluit eerst poolshoogte te nemen in de club. Ik ben zwaar opgemaakt en daardoor niet onmiddellijk herkenbaar, zeker niet voor blanke bewakers voor wie iedereen met een kleurtje er hetzelfde uitziet. Als een geroutineerd animeermeisje ga ik de beide heren een drankje aanbieden om ze uit te horen. Ze blijken al wat aangeschoten te zijn van hun onverwachte kroegentocht, overdag nog wel. Ik souffleer de kroegbaas dat ik mijn twee cipiers onder tafel ga drinken, en hij zorgt dat ik appelsap krijg en zij een dubbel sterk mengsel van wodka met whisky. Wel zonde van de whisky. Hij zou de heren wel in een bezemkast opbergen om te voorkomen dat ze mij thuis zouden verrassen.
“Gezellig saampjes?” open ik de conversatie, “wat willen jullie van mij drinken?” Normaal laat het animeermeisje zichzelf iets duurs aanbieden, maar de heren zijn bijna ladderzat en bovendien homo.
Ze herkennen me inderdaad niet. Maar met een dikke tong maken zij me duidelijk dat ze die meid vandaag niet hoeven op te halen omdat hun baas bezoek heeft. “Straks gaan ze alle drie die meid naaien,” lallen zij. Mijn broer had me nog nooit durven aan te raken, daar was hij te bekrompen voor. Hij voelde wel dat hij de controle over mij kwijt zou raken, als ik me over hem zou beklagen bij pa, en daar natuurlijk een mobieltje met bewijzen bij zou leveren. Maar ik vind het wel een goed idee van de heren. Na een half uurtje kan de kroegbaas ze met assistentie van mij en een paar anderen afvoeren naar de bezemkast. Maar eerst haal ik de huissleutel uit hun zak, want die mocht ik niet zelf beheren van mijn broer.
Ik zeg tegen de baas, met enige spijt want het was een leuke tent, dat ik misschien niet meer terug zou komen, en als tegenprestatie ga ik met mijn benen wijd bok staan, ellebogen op mijn knieën, en biedt hem naar zijn believen mijn kut- of kontgleuf aan als troostprijs.
Ik twijfel niet dat ik de langste tijd in Londen geweest ben.
Katja
Ndjamena is niet vies van een potje lesbisch, dus ik kruip op het scheepsdek tussen haar benen en met de hulp van mijn staart tegen haar billen wip ik mijn tieten tegen de hare. Scharen gaat natuurlijk niet. We knuffelen een tijdje en ik pers een beetje zodat mijn kontgat open gaat en zo porren wij onze vingers in elkaars anus. Wij zoenen fanatiek, ik streel haar kroeshaar en zij mijn lange blonde slierten, en als we alle twee zijn klaargekomen plassen we onze blazen over elkaar leeg.
Ik heb zin in een verzetje, en omdat we in een haven liggen zijn er genoeg meerpalen en dukdalven om de Kopenhaagse zeemeermin te spelen. Ik klim er dus op en krijg onmiddellijk filmend publiek op de kant. Die denken natuurlijk dat ik een meerminnenbroek aan heb, maar die domme Britten zijn niets gewend en geilen al op mijn blote tieten. Het Loreleilied werkt ook goed, en ik weet zeker dat ik straks op Youtube of Instagram sta met mijn theatershow.
Een eind verderop ligt een groot zeilschip waarvan ik het boegbeeld net kan zien, een vrouw met een hemd waar de tieten bovenuit komen. Cutty Sark, heet het schip, ofwel Hemd zonder bovenlijf. Ik spring in het water en ga kijken hoe het beeld er verder uitziet, maar het is een vrouw en geen soortgenoot. Ik zwem weer terug en laat me door Ndjamena weer aan boord helpen, die nu ook publieke bewondering oogst voor haar zwarte tieten. Haar natte, rose tepels stralen als ondergaande zonnetjes. Ik zie al dat er gefilmd wordt en ongetwijfeld staan de filmpjes al op Instagram.
Gastblog Doha
Het is warm weer, en dus ga ik in mijn zijden hemdjurk, slechts gewapend met de in Londen onmisbare paraplu de Central Line in, om bij station Queensway uit te stappen. Een paar minuten later steek ik mijn pas verworven sleutel in het slot. Ik kom de kamer binnen waar Khartoem en een onbekende blanke jongen naar een filmpje op Youtube kijken. Ik herken Ndjamena en een zeemeermin op een motorjacht.
“Waar ligt dat schip?” vraag ik, en dan zien ze mij pas. Ik had mijn broer al opgemerkt die in zijn nakie aan de verwarming was gehaakt.
“De jachthaven van Greenwich,” zegt de blanke jongen, die zich als Ubo voorstelt. “We hebben eerst Ndjamena opgehaald en die meermin is mijn zus. En jij bent Doha.”
“Ja,” zeg ik, “en jullie gaan eerst een filmpje van mij maken.” Maar eerst bespring ik benen wijd , handen om zijn nek, Khartoem’s lul. “Wat heb ik die lang gemist,” hijg ik, terwijl hij mij stevig in mijn billen grijpt. Hij spuit mij vol en broer Aki kijkt woedend toe. Als wij klaargekomen zijn, spring ik druipend op de grond.
“Help eens even Aki in een houding te brengen dat ik hem ook kan naaien. Zonder hem los te maken natuurlijk.” Ze pakken Aki elk bij een been om hem in bedwang te houden.
“Kom op, je kon Ndjamena ook naaien.” Ik haal ergens een videocamera vandaan en zet hem op een statief, want Ubo en Khartoem hebben geen hand vrij. Ik pak Aki bij zijn lul, schuif er een paar keer aan en stop hem in mijn spleet, terwijl Khartoem’s sperma op zijn buik druipt.
Aki is niet dom, dus hij snapt dat wij het filmpje op het net gaan zetten en de link naar zijn vader gaan sturen. Die wordt ongetwijfeld net als ik onterfd, en dan zal hij zonder Ali ben Baba’s euro’s, dollars en bitcoins in het dure Londen een baantje mogen zoeken. Hij gaat vast minder verdienen dan een dure hoer als ik. Maar eerst klauw ik zijn creditcard.
“Eerst plunderen we pa’s rekening, en dan gaat het filmpje het net op,” voorspel ik hem, terwijl ik hem net als de Lagerhuisleden leegpomp. Hij kreunt, maar niet van genot, want hij snapt de gevolgen van zijn hypocriete gedrag. Als ik met hem klaar ben pis ik mijn blaas over hem leeg.
Dan laat ik voor zijn ogen mijn kont naaien door Ubo, als extra wraakneming. Die bleke jongen kan er ook wat van, “Flink geoefend met mijn zus,” zegt hij.
Wij besluiten dat het genoeg geweest is voor vandaag, en we hebben nog wat te doen met de creditcard. Maar voordat we vertrekken schilder ik met een dikke markeerstift “FUCK ME” op zijn blote buik en ik schilder zijn ballen en lul knalrood.
“Eigenlijk moeten we je castreren,” zegt Khartoem, en we plakken zijn mond dicht met ducttape, zodat de twee cipiers hem morgenochtend eerst naaien en hem dan pas gaan losmaken. Die zullen wel snappen dat ze ook een ander baantje moeten zoeken.
Gastblog Ubo
We besluiten een eiland te kopen in de Caraïben. We zijn daar met mijn vaders jacht vaak geweest. Omdat ik die kringen het beste ken, bel ik mijn relaties om een eiland met een landgoed te regelen, voordat de creditcard wordt geblokkeerd. Dan gaan we met zijn drieën met de tube naar Greenwich.
Ik start de motoren en we gaan zodra we de haven uit zijn op volle kracht vooruit de ondergaande zon achterna, naar ons nieuwe landgoed op het eiland, ja hoe heet het eigenlijk, ergens bij Bonaire. Katja kan er heerlijk zwemmen tussen de koraalriffen.
Als we daar goed en wel zijn blijkt Katja’s buik merkwaardig dik te worden, terwijl ze toch alleen maar gezonde vette vis gegeten heeft. Na drie maanden zwemmen er opeens twaalf kleine zeemeerminnetjes uit haar kut, vier goudbruine, vier blanke en vier zwarte, met bijpassend hoofdhaar en zo groot als zeepaardjes, maar alle twaalf met zilveren staarten. Ze dwarrelen vrolijk om haar heen en sabbelen van tijd tot tijd aan haar tepels, al lusten ze ook meteen kibbeling en spierinkjes. Ze groeien voorspoedig tot de afmetingen van Katja zelf.
En, lieve lezers, als u over zestien jaar toevallig bij Hargen op het strand bent, kunt u ze over de branding zien springen. Als u er eentje opvangt kunt u ermee in de duinpan klooien. Er komen er genoeg, want Katja heeft een geweldige eierstok. En wij leven met zijn vijven nog lang en gelukkig, want ook Ndjamena en Doha komen aan hun trekken met de ballenspelen van Khartoem en mij. Wij worden heel handig met de duikuitrusting als we Katja naaien tussen de koraalriffen.
MEER Exhibitionisme SEXVERHALEN...