Donkere Modus
Door: Keith
Datum: 27-09-2024 | Cijfer: 9.7 | Gelezen: 1603
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 65 minuten | Lezers Online: 6
Dit is het vervolg op: Mini - 315
Onderweg pikte ik bij een tankstation een paar broodjes op. Niet de meest gezonde avondmaaltijd, maar door dat gesodemieter met Adema compleet vergeten om in de eetzaal het avondeten te nuttigen. Op de parkeerplaats bij de ondertussen bekende kerk at ik de broodjes op. Greet was er al; haar auto stond ook op het parkeerterrein. Logisch, ze had op donderdagavond meerdere leerlingen; ik was altijd de laatste.
Om vijf voor acht liep ik naar binnen en groette de beheerder. “Goede avond Gerard..." "Hé Kees… Ga je Greet weer plagen?” Hij wist ondertussen van onze manier van omgaan met elkaar en deed er soms aan mee. “Ik zal me proberen te gedragen, Gerard. Mits Greet dat ook doet.” Hij grinnikte. “Nou, ik merk het wel als een van jullie van de orgelgalerij is gevallen. Succes!” Ik liep de kerk in, juist op tijd om te horen hoe Greet een leerling nogal ongezouten op zijn of haar donder gaf.
“… Jouw ouders betalen behoorlijk wat geld om je bij mij te laten studeren. En de laatste paar weken bak je er niks van; zit je alleen maar mijn tijd te verprutsen. Is er iets gebeurd thuis, waardoor je zo van de leg bent? Verkering uit? Vriendje heeft een ander? Zeg het maar.”
Er klonk een bons, geritsel van papier en daarna snelle, harde voetstappen op de trap. Een meisje van een jaar of twintig rende langs me heen en verdween in de hal. Ik liep naar boven. “Nou nou… jij was ook je didactische zelf even niet, wachtmeester.” Ze keek nijdig. “De tut. Heeft al vijf jaar les bij me, is een talent op het orgel, maar de laatste weken voert ze geen flikker uit. Morgen bel ik haar ouders; die krijgen de keuze. Of ze gaat weer aan het werk, óf ze hoeft hier niet meer te komen. Ik ben er klaar mee.” Ze haalde adem en ik pakte haar arm.
“Kom. Jij bent ook opgefokt. Even een bakje thee leuten, daarna gaan we aan het werk. Ik ben ook een beetje uit m’n normale doen.” Ze schakelde het orgel uit en we liepen omlaag. “Gerrit, heb je twee bakken thee voor ons?” Met de glazen mokken voor ons keek Greet me aan. “Je zei dat jij ook jezelf niet was, Kees… En je zit hier in gevechtspak. Wat…?” Compact beschreef ik de gebeurtenissen tijdens de lunch en daarna.
Haar gezicht werd uiterst gesloten en toen ik klaar was zei ze: “Hij maakte jullie uit voor ‘moordenaars’? Hoe heb je het gore lef… Zelf nooit op missie geweest waarschijnlijk?” Ik schudde mijn hoofd. “Nee. Een compleet kaal uniform. Eerst had hij er de MLV Blauw op, maar zelfs dat was een leugen; de man kon geen meter zwemmen. Zijn eigen woorden.” Even zweeg ik, toen moest ik toch grinniken. En Greet keek vragend. “Na dit incidentje konden Fred en ik toch vertrekken naar de schietbaan. En, hand op m’n hart: ik heb vandaag geen enkele misser gehad. Zelfs niet op 500 meter.”
Ze keek verwonderd. “Op 500 meter? Met de Colt? En een Red Dot er op? Dat doe ik je niet na, Kees. Op 300 meter houdt het bij mij zo’n beetje op.” Ik knipoogde. “Ja, bij Fred ook. Op 500 meter miste hij ook; toen heb ik zijn doelen maar even omgelegd. Helaas had de Hoofd Schietinstructrice me door en kreeg Fred zijn twee treffers niet toegekend. Ze liep duidelijk wat langer mee dan vandaag.” “Dus je hebt vandaag je portie snauwen van een vrouw al gehad? Mooi, dan hoef ik het niet te doen. Geef me er dus geen reden voor… Majóór!”
Ze stond op. “Kom, naar boven. We gaan lekker samen blazen. Geen orgel vandaag; ook ik moet even ontspannen. Ik ben ook wat opgefokt.” Ik moest lachen en ze keek vragend. “En dat door een andere vrouw en zonder Anita…Foei, Greet!” Een boze blik kwam retour. “Lompe eikel…” Vijf minuten later stonden we te blazen. En ondanks dat we bekende stukken speelden en ik niet echt ‘les’ kreeg, haalde Greet toch een aantal zaken naar boven die voor verbetering vatbaar waren. En om half tien pakten we bugels in. En zonder dollen kon ik zeggen: “Dank je wel, Greet. Ik heb lekker gespeeld en je hebt me wéér een paar dingen geleerd.”
Ze glimlachte. “Ik heb ook lekker kunnen spelen, Kees. Dat gaat prima, met jou samen. We voelen elkaar goed aan. Jij ook dank je wel.”

Met een goed gevoel reed ik het laatste stukje naar huis. Gelukkig alle sores weggespeeld. Samen met een vrouw waarmee ik ondertussen een hele goeie band had opgebouwd. Nee, ik zou nooit met haar naar bed willen gaan; de fysieke aantrekkingskracht was er totaal niet. Greet was nogal stevig en kleedde zich niet vaak ‘vrouwelijk’. Maar als mens was ze enorm veel waard. Haar zou ik wél in een schuttersput naast me willen hebben… En dan zou ik, als het mijn beurt was, met een gerust geweten in slaap kunnen vallen. Gewoon, omdat ik haar vertrouwde. Ondanks alles grinnikte ik. Samen met Greet in één tentje slapen? Waarschijnlijk zou zij ook vloeken als ze haar Colt in de slaapzak moest proppen…

Toen ik de kamer binnenkwam keek Joline op van haar aantekeningen. “Hé, een knappe majoor… Die ga ik eens in mijn bedje lokken!” Charlotte en Margot schoten in de lach. “Daarvoor heb je de verkeerde kleren aan, Jolien”, giechelde Margot. Ze droeg een spijkerbroek, sneakers en een trui. “Mijn echtgenote draag nooit ‘de verkeerde kleren’, Margot. En wie weet wat er onder zit…” Joline was ondertussen opgestaan en gaf me een zoen. Toen keek ze me onderzoekend aan, iets wat ik wel verwachtte. “Wat is er, Kees?” Ik antwoordde met één woord. “Adema.” Meteen veranderde haar blik en twee boze ogen keken me aan. “Wat nú weer?”
Ik plofte op de bank en vertelde wat er gebeurd was. Ik besloot met: “…de bataljonscommandant heeft de personeelsdienst opdracht gegeven om hem te ontslaan, schat. En dat is bij Defensie subtiel geregeld: als je met pensioen gaat, of een andere baan hebt gevonden buiten Defensie wordt je ‘eervol ontslagen’. Zo staat het ook op je ontslagbeschikking. Als je wegens een misstap de dienst uit word getrapt, word je ‘ontslagen’. Het woord ‘eervol’ komt in die stukken nergens voor.” Joline keek grimmig. “Mooi. Dat verdient de hufter.” Ik keek verwonderd; Joline schold bijna nooit. Ze knikte. “Ja, Kees. Hufter. Je verstond me prima. Iemand die steeds maar doorgaat met de levens van anderen te verzieken… Hij staat bij mij in hetzelfde rijtje als Holtinge, de familie de Rooij en pa en ma Bongers en hun vriendjes.”
Ik knuffelde haar even. “Je bent lief. Voor mij. En nu heel iets anders: van de rest van de dag heb ik wel genoten, dames.” Kort vertelde ik over de schietmiddag en hoe ik Fred even ‘geholpen’ had op de 500 meter. Charlotte keek verwonderd. “500 meter? Kun je dan nog wel zo’n schijf zien, Kees?” “Het zijn wat andere schijven dan bij ons op de schietvereniging, Lot. Daar heb je papieren schijven van 14 x 14 centimeter met die ringen er in: van 1 tot 10. En de 10 is niks meer dan een dikke punt in het midden van de cirkel. De schijven op 500 meter zijn aluminium platen van 40cm breed en een meter hoog. En wáár je hem raakt boeit niet; als de apparatuur er onder registreert dat de schijf een oplawieper heeft gehad, wordt dat als ‘treffer’ gezien en op het display van de baan weergegeven. Op 100 en 200 meter zijn de schijven overigens een stuk kleiner.”
Lot keek twijfelend. “En als je zo’n schijf precies op het randje raakt? Bij een mens zou de kogel dan door de kleding gaan en dus mis zijn…” “Daar hebben ze bij Defensie ook een uitdrukking voor, Lot. ‘Nee, je hebt ‘m niet geraakt, maar het psychologisch effect is óók belangrijk.’ En uit ervaring weet ik dat het een nogal onprettig geluid is als je links en rechts van je kogels ziet inslaan of het geluid van een langs je vliegende kogel hoort.” Ze huiverde. “Niks voor mij…” Ik keek haar aan. “Het was ook niet mijn hobby, meid. Maar soms moest het gewoon, laten we het daar maar bij houden.”

Ik had een waarschuwende blik van Joline onderschept en die blik zei: ‘onderwerp laten rusten, Kees.’ “Nou, tot zover het militaire dagje uit van majoor Jonkman… En wat hebben jullie vandaag in Gorinchem uitgespookt, dames? Want zonder Fred op het Backoffice zal er wel geflierefluit zijn, schat ik zo…” De dames keken beledigd. “Zonder Fred op het Backoffice kunnen we gewoon eens een dagje doorwerken, Kees. Zonder om de haverklap lastig gevallen te worden met grove grappen. Bovendien is de koffieautomaat dichterbij.” Ik keek vragend en Margot verklaarde liefjes: “Als Fred er niet is, hoeven we niet om hem heen te lopen richting de koffie. Dat scheelt zeker vijf minuten per keer.” Ik keek haar aan. “Die opmerking gaat je nog lang heugen, mevrouw. Als ik dit aan mijn bud vertel…” “Niks ervan!” Joline schoot uit en haar ogen flikkerden onheilspellend. “Oké, oké… Ik ken m’n plaats weer. Sorry schat. En nu gaat deze jongen even douchen; dit pak stinkt naar wapenolie en kruitdamp.”
Ik liep de slaapkamer in. Uitkleden, schoon ondergoed pakken en douchen. In een schoon trainingspak kwam ik even later weer de kamer in. “Kees: wil jij nog wat drinken?” Charlotte keek me aan. “Geef me maar een beker warme melk, Lot. En daarna plof ik in bed. Het was me het dagje weer wel, vandaag.” Margot giechelde: “Ja, dat zal meneer Adema ook wel vinden. Jullie moeten maar eens gaan praten, Kees.” Joline en Lot schoten in de lach en ik keek Margot peinzend aan. “Als ik met Adema ga ‘praten’, Margot, zal dat met m’n vuisten zijn. Echt… Ik ben normaal niet haatdragend, maar als iemand mij voor ‘moordenaar’ uitscheldt waar collega’s bij zijn…”
Joline legde een hand over mijn mond. “Kappen, Kees. Laat die eikel niet je slaap verzieken; hij is het niet waard en dat is het laatste wat hier over meneer Bas Adema gezegd wordt. Goed begrepen?” Ze keek me strak aan en ik knikte. Margot ook, en die zei daarna: “Sorry, Jolien.” Een knipoogje volgde. “Laten we ons maar weer eens concentreren op het lesje van Mariëtte morgen. Afwachten wat ze nu weer uit de hoge hoed tovert. En daarna natuurlijk dansles… Lekker mooi aangekleed zwieren in de armen van een stel knappe kerels.” Ik bromde er meteen achteraan: “En daarna lekker uitgekleed rollebollen in de armen van hopelijk dezelfde knappe kerels… Dat vergat je even te zeggen, Jolientje.”
Die keek nuffig. “Alleen als die kerels op de dansvloer een beetje hun best doen! Anders slapen ze in de berging, denk eraan Kees Jonkman!” Lot giechelde. “Ik weet niet of er dan sprake is van ‘slapen’, Jolien. Waarschijnlijk gaan de heren zich dan te buiten aan het krat bier wat daar staat en maken ze het heel gezellig daar in de berging…” “Dat is inderdaad een optie, Charlotte. Een andere optie is dat de heren met Marije-nu-zonder-beugel meegaan en het arme meisje eens in de watten gaan leggen.” Joline’s ogen fonkelden wéér. “Dat zou je wel willen, hé? Zo’n onschuldig jong ding… En dat samen met Rogier en Gerben? Het arme kind…” Ik keek afwisselend naar Joline, Margot en Charlotte. “Ik heb ervaring met onschuldige, jonge meisjes, schat…”
Lot en Mar proestten het uit en Joline keek me spottend aan. “Ik had die ervaring eerder, schatje.” Ik zuchtte maar weer een haalde bakzeil. “Ja, schat. Je hebt gelijk, schat…” Gniffelend stond ik op en trok haar van de bank. “Kom, schoonheid. Het is kwart voor elf; bedtijd. Morgen weer aan de slag. Bij DT, bij Mariëtte, bij Carlos en Juanita en daarna bij mij. Drukke dag dus.” “Die laatste weet ik zo net nog niet, meneer Jonkman. Na jouw opmerkingen over Marije… Ik weet niet of die in de smaak vielen bij mevrouw Jonkman.” Margot keek pesterig. Er verscheen een hand met vijf gespreide vingers, en van de andere hand wees de wijsvinger omlaag. “Nú, Margootje. Ik hoorde een luid en duidelijk ‘meneer Jonkman’. En ik hoorde er ook nog een 'mevrouw Jonkman' achteraan, dus doe er maar tien." Ze zuchtte en drukte zich tien keer op.
Toen stond ze op, pakte Lot bij de arm en zei: “Kom, lieve zus, wij gaan ook maar richting bed. Kijken wie zich daar op moet gaan drukken. Alvast een beetje oefenen voor bij Mariëtte, morgen.” Ze keek ondeugend. “Welterusten, meiden.” Joline knipoogde. “Slaap lekker, dames. Over een kwartier of om half drie vannacht pas…” Gniffelend, de armen om elkaar heen, liepen de zussen hun kamers in.
“Kom Kees. Wij ook. Veiligheidsrondje lopen, daarna lekker met je echtgenote in bed.” Tien minuten later, in bed, knuffelden we elkaar even. “Gaat het slapen we lukken, Kees? Na die aanvaring vandaag?” “Ik heb daarna heerlijk geblazen, schat. Lekker alles er uit getoeterd. Geen last meer van die klootzak.” Een brommetje klonk naast me. “Mooi. En als je wel gaat liggen spoken: mij wakker maken. Goed begrepen, Kees?” “Ja, ik weet het. Je bent lief, schat.” Een lange zoen was haar antwoord, toen draaide ze van me af. “Lekker slapen, lover. Zorg maar dat de magazijnen morgen vol zijn…” Ik ging op m’n rug liggen en ontspande. Adem in… en uit… in… en uit……

Vrijdag!
Op het werk was het goed gegaan. Willem bleek hard gewerkt te hebben en het resultaat was prima. Henk had er geen fouten in kunnen ontdekken. Hij nam me, na de groepsbespreking , even apart. “Kees, Willem is een aanwinst! Prima werk en ruim op tijd klaar. Laat hem dat even weten en vertel hem ook eerlijk dat dit een lakmoesproef was.” Hij keek strak aan en ik knikte. “Roger. Gaan we nú regelen. Haal ‘m maar even.”
Even daarna kwam Willem binnen. “Tóch nog wat gevonden, Kees?” Ik schudde mijn hoofd. “Integendeel, Piraat. Henk was lovend over het geleverde werk en je hebt het binnen de afgesproken tijd afgekregen. Ben ik enorm blij mee. En…” Ik keek hem strak aan. “Dit was een kleine lakmoesproef, Willem. Om te kijken of je werk van het niveau is wat we hier verwachten én om te kijken of je als het nodig is, voldoende lef hebt om tijd bij te vragen. Voor de eerste proef ben je met vlak en wimpel geslaagd, de tweede is de mist in gegaan. Maar ik beloof je met m’n hand op m’n hart: dit was een éénmalige actie. Ik wil niemand over de huppel jagen door hem onder tijdsdruk te zetten als het niet nodig is. We werken hier met normale deadlines. En als het een keer wél nodig is dan zeg ik dat ook. Sorry dat ik je heb laten zweten, Willem.”
Hij knikte. “Ik had al zo’n vermoeden, Kees. En deze installatie is niet zo ingewikkeld; daar heb ik er meer van onder ogen gehad. Kon dus lekker doorwerken.” “Nou, doe het vandaag dan maar even wat kalmer aan. Voor de afwisseling, zeg maar.” Met een lach verliet hij mijn bureau en ik keek Henk aan. Die knikte. “Netjes, Kees. En die vent is goed. Aanwinst voor de Piraten. Zowel qua werk als qua persoonlijkheid. Ook hij houdt wel van een geintje op z’n tijd.”

Met die woorden verliet hij mijn bureau en ik ging ook maar weer eens aan het werk. Urendeclaraties per project, reiskosten van de heren… Niet mijn hobby, maar het hoorde er wel bij. Anders ging Denise over de huppel en even later Joline. Ik grinnikte. Zou ik tóch nog in de berging moeten slapen… Om kwart voor twaalf: omkleden voor Mariëtte en rond twaalf uur renden we de fitness in.
Henk bleek Willem al gewaarschuwd te hebben: hij liep naar Mariëtte toe en gaf haar netjes een hand toen hij zich voorstelde. Mariëtte veranderde héél even van alziende trainster in een aardige jonge vrouw, maar zodra Willen zich had omgedraaid en terug naar de rest liep, was ze weer haar beruchte, strenge zelf.
“Goed dames en heren, ik hoop dat u zich moreel heeft voorbereid op dit halve uurtje… Vorm paren en geef me tien situps!” Snel achter elkaar gaf ze ons opdrachten en na tien minuten stonden we zoals gebruikelijk te zweten. “Mooi. Dit was…” “…het makkelijkste deel. Jaja, die kennen we ondertussen, Mariëtte.” Ze draaide zich bliksemsnel om naar de spreker. “Jij denkt mijn lesje over te kunnen nemen, André? Ik dacht het niet. Iedereen: op een halve meter afstand met de rug naar de muur. Nú!”
Toen we stonden ging ze voor ons staan. “Let goed op: ik maak een handstand. Ik doe het los van de muur, jullie mogen zo dadelijk met je voeten tegen de muur steunen.” Ze rolde voorover, strekte zich uit en stond op haar handen. Doodstil! En vanuit die stand praatte ze verder. En zonder verandering in haar stem, geen gehijg, nee, alsof ze gewoon rustig in een leunstoel zat.
“Goed, u heeft nu gezien hoe het moet. U begint met een soort koprol, die kent u al, maar dan met de armen gestrekt. Uw benen moeten wat meer snelheid hebben en blijven ook gestrekt. Vorm tweetallen. De één doet de handstand, de ander assisteert door de benen vast te houden en rustig tegen de muur te zetten. Als u moe in de armen wordt: rustig zakken tot u op uw hoofd staat. Met een rechte nek, anders moet ik een ambulance bellen… Geen zin in.” Ze liet zich iets door haar armen zakken, strekte die toen snel, kwam los van de grond, draaide en sprong weer overeind. “Zo. Dat laatste hoeft u niet na te doen. Dat levert gebroken nekken op en een boze directeur.”
“Zijn we gewend, Mariëtte”, zei Henk gortdroog. Ze knikte. “Maar ik niet. En dat wil ik graag zo houden.” Theo keek even dreigend naar Henk, maar gniffelde toen. Met een paar klappen in haar handen bracht Mariëtte ons weer bij de les. “Kóm, DT! We hebben niet de hele middag. Aan ’t werk. Vorm tweetallen en doe je ding.”
“Kom, Kees”, bromde Fred. “Laten wij maar samenwerken. Ik wil het Angelique niet aandoen om mij overeind te hijsen. Ga jij maar eerst.” Ik deed de koprol, strekte mijn benen en werd overeind gehouden door Fred. Die zette mijn voeten netjes tegen de muur en ik stond. Ellebogen en schouders op slot en het was redelijk uit te houden. Ik voelde alleen het bloed naar m’n hoofd stromen; mijn hartslag klonk keihard in m’n oren.
“Prima, Kees. Ga maar weer staan.” Mariëtte kwam langs. Ik liet me langzaam zakken en kwam weer overeind. “Pfoe! Da’s best wel even afzien!” Ik schudde me uit. “Jouw beurt, Fred.” Die haalde zijn schouders op. “Eitje, Kees.” Hij rolde, ik greep zijn benen maar hoefde niet te helpen; in één seconde stond hij op z’n handen. “Dat is heel netjes, makker!” “Doen we thuis ook wel eens”, hijgde hij. “Best leuk als Wilma op d’r handen staat…” Ik schoot in de lach. “Jaja… in een kort rokje zeker?” Bekend gerommel klonk.
“Willen de heren even serieus blijven? En geen seksistische grappen maken? Dank u wel.” Mariëtte stond op vijf meter afstand, bij Theo en Klaas, maar bleek alles feilloos te hebben verstaan. Ze keek in ieder geval met een doordringende blik onze kant uit. “Potdorie…” mopperde Fred. “Vijf keer, meneer van Laar! Nu en vanuit handstand!” Een grom klonk. “Ik help je wel recht te blijven, Fred.” Ik greep zijn benen en hield die vrij van de muur. En zonder enige blijk van inspanning drukte Fred zich op; rustig zakte hij door zijn ellebogen tot zijn hoofd de grond raakte en weer terug. En na vijf keer gromde hij: “En nu m’n benen rustig laten zakken, Kees…” Even later stond hij weer op z’n voeten.
“Dat doe ik je niet na, makker.” Hij grijnsde. “Heb ik vaker gedaan, Kees. In de sportschool op de Bernhardkazerne, toen ik in opleiding was. Maar het was te merken dat het even geleden was. Vanavond gegarandeerd spierpijn!” “Nou ja, dat kan Wilma er wel uit masseren, denk ik. Na de dansles…” Hij bromde: “Oh ja, ook dat nog…” We keken om ons heen. Een aantal collega’s waren nog bezig; sommigen deden dappere pogingen, maar gingen de mist in; anderen lukte het de handstand te maken en kwamen toen opgelucht overeind. Ik zag Angelique in actie: een snelle koprol, meteen gevolgd door de handstand. “Laat maar los!” hoorde ik haar tegen Marion zeggen. En op haar handen ‘wandelde’ ze een stukje de zaal door. Fred keek het aan. “Dat ga ik zelfs ik niet fiksen, Angelique.”
Ze kwam overeind en katte: “Ga dan maar oefenen, vreetbaal. Op mijn bruiloft dienen de getuigen op deze wijze het gemeentehuis binnen te gaan.” Een lachsalvo brak los en Frits hikte: “Dan hoop ik dat het bewuste gemeentehuis geen hoge, sierlijke trap heeft…” Wéér gelach, totdat Mariëtte er snel een einde aan maakte.
“Dames, heren: u ben klaar voor vandaag. Op drie mensen na heeft u allemaal een handstand gemaakt: prima. En voor de drie mensen die het niét lukte: geen verwijt naar jullie toe. Sommige mensen zijn nu eenmaal niet zo atletisch gebouwd.” Rob gromde: “Had dat eerder gezegd, potverdorie…” Hand, vinger… en Rob kon boete doen. “Er uit jullie! Goed weekend allemaal!” Met een lachje naar Rob liep ze de instructeursruimte in en wij naar buiten.
“Looppas richting DT! Jullie benen hebben nog maar weinig gedaan!” Joline liep snel voor ons uit. Eenmaal onder de douche schudde ik mijn schouders nog maar een keer uit. De spieren en pezen hadden best wel een opdonder gehad… En tijdens de lunch vlogen er ook nogal wat opmerkingen over de sportles over en weer. Ik hoorde Margot tegen Gerben zeggen: “Dit was de eerste keer dat ik spijt had dat ik elf kilo ben aangekomen, schat.” Hij gniffelde. “Je zag er prachtig uit, Margot. Met je rooie koppie…” Ze keek giftig. Ik vulde aan:
“Dan had je de eerste weken erbij moeten zijn toen de dames bij ons woonden, Gerben. Had je dat rooie koppie veel vaker gezien.” Hij keek vragend. “Als Joline of ik weer eens een bepaalde opmerking maakten…” Margot keek me lang aan. “Kees, het is dat ik je wat langer ken dan vandaag, maar anders…” Al plagend ging de lunchpauze snel; daarna weer een het werk! En wat ik normaal nooit hoefde te doen, moest nu wel: om het halve uur stond ik op, rekte me uit en draaide met m’n schouders. Dat hield enigszins tegen de opkomende spierpijn. Ik gaf de tip aan de Piraten door en ook die waren even later bezig.
“Vanavond plof ik thuis languit op de bank, Kees”, bromde Henk. “En ik kom er zelfs niet van af om naar bed te gaan. Eten doe ik wel met ruimtevoedsel, dat spul uit een beker wat je met een rietje eet en om tien uur mogen ze een dekbed over me heen leggen. En een briefje naast die bank: Vóór 11:00U niet wekken!” “Ja, jij had natuurlijk geen grip op die vloer, met je kale kop, Henk…”
Hij keek de spreker onheilspellend aan: Willem. “Kijk jij maar uit, meneer. Mariëtte had wat consideratie met je, waarschijnlijk omdat je je netjes hebt voorgesteld, maar dat is volgende week afgelopen. En als Mariëtte nog steeds zo aardig tegen je is, help ik haar wel even van de gedachte af dat Willem van Zanten zo’n sympathieke vent is.”
“Ik help je wel, Henk! Ik weet nog wel wat dingetjes van Willem…” Gerben trok een gemeen gezicht.

Lachend liep ik m’n eigen hok weer in. Willem aannemen was een goeie keuze geweest. Hij werkte hard, lag goed in de groep, had humor én kon incasseren… En straks Rogier erbij… Telefoon! “Developing Technics, met Kees Jonkman spreekt u.” “Meneer Jonkman, u spreekt met dokter Nijnatten. We hebben elkaar afgelopen zondag in Nijmegen nogal intensief gesproken.” Aha… De directeur van het ziekenhuis. “Dokter, wat kan ik voor u doen?”
Het antwoord kwam meteen. “Ik zou u graag willen uitnodigen om uw verhaal nóg een keer te doen in Nijmegen, meneer Jonkman. Ik heb deze week nogal intensief contact gehad met het ministerie; zij geven ons, gezien de ongebruikelijke omstandigheden, toestemming om met DT in zee te gaan. Zónder een EU-brede offerte-aanvraag in te dienen. Vandaar dat ik uw verhaal, zowel technisch als financieel, nogmaals aan ons managementsteam wil laten horen. En er zit meteen iemand van het ministerie bij. Om de zaken in de gaten te houden, zeg maar. En die bespreking willen we plaats laten vinden volgende week woensdag om 10 uur ’s morgens. Schikt u dat?”
“Eén moment, dokter… even m’n agenda raadplegen.” Ik opende mijn digitale agenda. Shit… Om 09:00 een bespreking bij Damen… “Dokter, u zet me een beetje klem. Om 09:00 heb ik een vergadering bij Damen in Gorinchem. Die kan ik niet delegeren aan een van de collega’s. Sorry.” “Meneer Jonkman, ik snap dat het kort dag is; no hard feelings. Kunt u om 13:00?” “Maak er 14:00 van, dokter. De dames en heren medici roepen dat het nogal ongezond is om je middagboterham in de auto, tijdens het rijden op te eten.”
Hij grinnikte. “De dames en heren medici hebben gelijk. Zoals gewoonlijk. Volgende week woensdag, 14:00 is prima.”
“Ehhh…Dokter: ik ben de technicus. Als het om de cijfertjes gaat ben ik een prutser. Graag wil ik iemand van ons Backoffice meenemen om het financiële plaatje te behandelen. En dat zo maar eens mijn echtgenote kunnen zijn, wellicht met een van haar mensen. Ik wil dat deel niet zelf afhandelen, want dan krijg ik daarna ongenadig op m’n donder… thuis.”
Weer een grinnik. “Prima. Want het financiële verhaal moet wel goed onderbouwd zijn, meneer Jonkman. Anders zegt het ministerie botweg ‘Nee!’ en kunnen we alsnog een Europese aanbesteding gaan uitvoeren. En ik weet simpeler manieren om een ziekenhuis failliet te laten gaan.” “Die goeie onderbouwing gaat lukken, dokter, dat weet ik zeker.”
“Mooi. Die echtgenote van u… is dat die lange, blonde dame die ook bij de eerste bespreking zat? Ja, dan is dat financiële verhaal waarschijnlijk prima onderbouwd. Een hele slimme dame, meneer Jonkman.” “Ik weet ‘t, dokter. Ze heeft in haar leven slechts één fout gemaakt: ze heeft mij getrouwd.” Hij schoot in de lach. “Zeg niet dat u dat erg vindt.” “Ik kijk wel uit… Mijn echtgenote en ik vullen elkaar voor 100% aan, dokter. Ze is niet alleen beregoed met cijfertjes, ze is mijn soulmate. We hebben elkaar beloofd om bij elkaar te blijven tot we, zo seniel als wat, aan de Bingo zitten in Huize Levensavond, bovenaan de Kwakkenbergweg in Nijmegen.”
Weer een grinnik.
“Dan zijn jullie mooi te laat. Huize Levensavond is al lang gesloopt, meneer Jonkman. We zien jullie graag komen. Woensdag om 14:00. Zelfde vergaderzaal als de vorige keren.” “Ik hoop dat ik het nog weet in dat doolhof, dokter…” “Dan stuur ik wel een padvinder. Van der Vlist heet hij. Fijn weekend gewenst!”

Hij hing op en ik plofte even in m’n stoel. Dat gaat hárd! Nu een offerte houdt in dat het échte werk waarschijnlijk in het voorjaar van start gaat. Enfin, dan was Rogier al lang binnen en konden we samen dat ziekenhuis blij maken… Eerst Theo inlichten, daarna Joline. Theo keek bedaard toen ik het vertelde.
“Ik had al zoiets verwacht, Kees. Aan jou en Jolien de eer om DT goed te presenteren. Maar dat gaat wel lukken. Houd er echter rekening mee dat er meer ziekenhuizen gaan volgen. Alle ziekenhuizen waar Duyvestein een contract mee had hebben dat contract met onmiddellijke ingang opgezegd. En waarschijnlijk wachten die nu even af hoe de ontwikkelingen in Nijmegen gaan. Als dat goed gaat, komen zij ook op de klep bij DT. Ik heb deze week even zitten spitten: dat zijn er zes, Kees.”
Ik fronste. “Dat wordt krap qua capaciteit, Theo…” Hij knikte. “Klopt. En daar gaan Gertie en ik eens over brainstormen, dit weekend.” Hij grinnikte. “Het resultaat hoor je wel, Kees. En nu weer aan het werk, opperpiraat! Het is bijna vier uur; Henriëtte staat hier zo meteen op de stoep, dan wil deze directeur z’n bureau wel een beetje netjes hebben, anders krijgt hij van de schoonmaakster onder uit de zak!” Ik grinnikte. “Ik ken het gevoel. Ik ga ook maar eens schoon schip maken, Theo.”

Snel liep ik naar Joline en legde het uit. Ze keek zuinig. “Alle cijfertjes netjes op een rijtje? En de consequenties? Hmmm… Ik weet niet of ik dat…” Haar blik klaarde op. “Ik heb ‘t!” Ze liep naar de tussendeur richting backoffice. Nou ja, deur… Er zat geen deur in, was alleen maar een deurpost. “Marion… Kun je je stijve spieren eens in beweging zetten en even komen?” Een overdreven kreun was de reactie en even later stond Marion bij ons.
“Vanwaar deze onverwachte lichaamsbeweging, Jolien?” Snel legde die het verhaal uit en besloot met: “… en graag zou ik zien dat jij de pure financiële uitleg doet, Marion. Inclusief alle subsidies waar men voor in aanmerking zou kunnen komen. Daar weet jij alles van; ik ben daar niet zo in thuis. Zie je dat zitten?” Ze glunderde. “Lijkt me leuk!” Haar gezicht werd ondeugend. “En dan met Kees mee? Kan zomaar gezellig worden in de auto. Op een verlaten parkeerplaats of zo…”
We schoten in de lach. “Als je een jaar geleden deze opmerking had gemaakt, dame, dan was je met een dikke stalen ketting aan je bureau vastgeknoopt.” Joline liep naar haar toe en gaf Marion een knuffel. “En voor de duidelijkheid: ik ga ook mee, hoor. Dan doe ik het algemene financiële plaatjes en jij vertelt hen de finesses. En je rijdt met ons mee.” “En ditmaal zónder drie blikjes Red Bull in je weekendtas, mevrouw…”
Ik refereerde aan haar bezoek bij ons, toen ze mee wilde lopen met de hardloopgroep, nu bijna een jaar geleden. “Waarvoor had je in feite toen drie blikjes bij je, Marion?” Haar blik werd nóg ondeugender. “Nou, Jolien… Zo’n avondje met Kees… Het zou zo maar eens behoorlijk inspannend kunnen worden. Met name ná de hardlooptraining…”
Ik gierde het uit en Joline keek nadenkend. “En ik maar denken dat je dat spul alleen maar voor het hardlopen had meegebracht… Soms ben ik een naïeve muts. Kees: kop dicht!” De laatste drie woorden snauwde ze. Toen trok ze Marion naar zich toe. “Ik ben blij dat we er nu geintjes over kunnen maken, schat.”
Marion knikte. “Jullie verdienste, Jolien. Nou ja, en een beetje van André dan.” Gniffelend liep ze terug naar het backoffice en Joline knipoogde naar me. “Kom opperpiraat, naar je bemanning. Schoon schip maken, het is al bijna vier uur.” “Ja schat, goed schat… Straks dansles, schat.” Ze knipoogde weer. “Ja. Zin in.”

Ruim een half uur later reden we richting Veldhoven. Lot en Mar reden met Gerben mee. “Dan hebben jullie ook even de tijd om gezellig te kletsen, zonder extra oortjes erbij, Joline!” En dat deden we dan ook. Joline zei: “Hoe vond jij de reactie van Marion vanmiddag, schat?” Ik gniffelde. “Precies wat jij tegen haar zei: blij toe dat we nu geintjes over kunnen maken. Ze is honderd procent het tegenovergestelde van een jaar terug, Jolien.” Die knikte. “Ja. En een hele harde werker. Ik heb haar nog nooit een deadline niét zien halen…”
Ze zweeg een tijdje. “Waar zit jij op te broeden, mevrouw Jonkman?” Even was het stil, toen antwoordde ze: “Op een passende manier om haar te laten merken dat we haar waarderen, Kees… Maar hoe?” “Geef haar ‘een waardebon voor een leuke avond met Kees Jonkman’, schat. Twee blikjes Red Bull erbij en…” Ik kreeg een stomp. “Je bent een hork, Kees. Die blikjes Red Bull heeft ze hard nodig voor André. Met z’n pindakaas, ben jij gek…”
“Hoe denken Denise, Gonnie en Erica over haar, Joline? Want dat zijn de dames van het eerste uur.” “Stuk voor stuk héél positief, Kees. Net als Ingrid, Mar en Lot. En Fred natuurlijk. Echt, het hele backoffice is minstens net zo’n aan elkaar geklitte bende als de Piraten of ons nautische team. Of de club van Miranda. Iedereen heeft haar eigen specialiteiten. En als iemand ergens niet uit komt, helpt een ander haar mee.”
“Nou dan stel je toch aan Theo voor om Marion een periodiek meer te geven? Want… In welke schaal en welke periodiek zit ze nu?” “Schaal 8, periodiek 5. Schaal 8 omdat ze Bachelor is, periodiek 5 omdat ze nét... een half jaar of zo?... op haar huidige functie zit.” En de andere dames?” “Erica heeft schaal 7, periodiek 7. Zij is nog geen bachelor, maar die titel hoopt ze in April te veroveren. Dan gaat zij ook over naar schaal 8 en krijgt ze er een periodiek bij. Gonnie en Denise zitten in schaal 8, periodiek 9, Ingrid schaal 8, periodiek 6, net als Mar en Lot.” “Nou, dan geef je haar toch lekker een schaal erbij?”
Joline schudde haar hoofd. “Nee. Dan worden het twéé schalen, schat. Met slechts één schaal erbij val je net in een hoger belastingtarief en wordt je nettosalaris twee tientjes lager. Vandaar dat schaal 8, periodiek 7 bij DT niet bestaat.” Ik dacht even na. “Dus… alle dames doen hun stinkende best, maar er zit toch nog wat verschil tussen hun salaris… Geeft dat op den duur geen ellende?” Ze schudde haar hoofd. “Nee. Erica, Gonnie en Denise hebben de meeste jaren bij DT. Die verdienen hun periodiek. Marion, Ingrid, Mar en Lot werken een stuk minder lang bij DT, dat weet jij net zo goed als ik, Kees. Trouw aan DT wordt beloond met een periodiek erbij, studie wordt beloond met een schaal én een periodiek erbij. Als Lot en Mar straks hun Master op zak hebben, zitten ze in schaal 9, periodiek 7.”
Ik keek haar even aan. “En waarom zit jij dan al in schaal 10, mevrouw Jonkman – Boogers? Jij hebt je Master ook nog niet…” “Dat zal komen omdat ik me omhooggeneukt heb van receptioniste tot hoofd Backoffice, opperpiraat. Ene Adema weet daar vast meer van.” Ik trok een smerig gezicht en Joline lachte me uit. “Ik ben hoofd Backoffice, schatje. Net als jij opperpiraat bent. En bij die functie hoort nu eenmaal een bepaalde salariëring, dat weet jij net zo goed als ik.”
Ze keek nu vastbesloten. “Ik ga Theo voorleggen om Marion met ingang van deze maand opslag te geven: twee schalen omhoog. Ze heeft er hard genoeg voor gewerkt, tussen alle potten pindakaas door.” “Prima, schat. Ik ben het er mee eens. Nu Theo nog.” Ze snoof. “Eén keer in een iets te kort rokje bij hem op het bureau gaan zitten en…” Een grinnik volgde. “Mooi zo. En zo dadelijk: even iets lichts eten, daarna omkleden en dansles. En we zien wel waar de meisjes vanavond heengaan, Kees. En ook als ze in Veldhoven blijven: Wij gaan met elkaar vrijen. Veel te lang geleden…”
Ze legde een hand in mijn kruis en voelde even. “Ja, die wil ik straks hebben! Lekker diep in mijn poesje… Heerlijk!” Ik gromde. “We sturen Lot, Mar, Rogier en Gerben straks naar dansles, Jolien. En wij blijven lekker thuis onder het mom van ‘enkel verzwikt, kan niet dansen, sorry!’ En zodra zij hun hielen hebben gelicht, gaan we los, oké?” Haar hand verdween. “Niks ervan. Ook wij gaan lekker dansen meneertje. Anders zit Marije weer te snikken. En anders die dame die zoveel commentaar op ons had. Kunnen we niet maken. Je kijkt maar naar me als ik sta te dansen, Kees. En je verheugt je maar op het moment dat je zónder publiek mijn lekkere benen mag strelen.”

Al geinend reden we de snelweg af en Veldhoven in. Drie verkeersdrempels later reed ik de Volvo de garagebox in; Margot zette de grijze Volvo er vlak voor en hing die aan de stekker. Rogier stond al voor de flat te wachten en Lot rende naar hem toe. “Oh, lekkere kerel… Met jou wil ik vanavond dansen!” “Alleen dansen? Saaie meid ben jij, Lotje…” Ze draaide zich naar mij om. “Sommige dingen hoeven niet meteen aan de hele gemeente Veldhoven medegedeeld te worden, Kees. Die houden we lekker voor onszelf. Goed begrepen?” Ik grinnikte en we liepen naar binnen. Eenmaal boven verdeelde Joline de taken.
“Kees, Gerben en Rogier: eten maken. Er staat een pan soep in de koelkast en er liggen kaasbroodjes in de vriezer. Soep opwarmen op het fornuis, broodjes in de oven. Per persoon een glas sap erbij, dan hebben we tot en met de dansles voldoende voer binnen. Wij meisjes gaan ons even optutten; duurt een kwartiertje. Daarna eten, gevolgd door dansles.” Gerben, Rogier en ik keken elkaar aan. “Nou ja, zeg… Kom je na een dag hard werken én gymles thuis, word je alsnog aan ’t werk gezet. Moest verboden worden.” En Gerben vulde aan: “En ik heb nog steeds spierpijn in m’n bovenarmen…”

Een onderzoekende blik van Rogier volgde en Gerben vertelde over het sportlesje van Mariëtte. Rogier keek twijfelachtig. “Ik weet niet of ik daar aan ga meedoen, jongens. Een beetje Jiu Jitsu of conditietraining, een stukkie rennen: prima, daar kan ik me wel mee redden. Maar dit soort grappen? No, thank you.”
Ik keek hem dreigend aan. “Vriend, als jij bij DT wil gaan werken: dit is één van de secundaire arbeidsvoorwaarden. En niet sporten staat gelijk aan geen verkering, denk er goed aan!” Hij snoof. “Ik heb met Lot verkering, Kees. Niet met die Mariëtte van jullie.” “Breng jouw sport-weigering maar eens ter sprake bij je liefje, Rogier. Wedden dat je binnen no-time bakzeil haalt? En nu die soep, meneer! Op een zacht pitje zetten en roeren met je luie lichaam! Gerben dek jij de tafel, dan hou ik me even met die broodjes bezig…” Even later stond het eten op tafel en kwamen de dames binnen.
Opgedoft voor de dansles. Een paar fluitjes klonken door de huiskamer en stuk voor stuk kregen we een knuffel. “Lekker dat jullie het eten hebben klaargemaakt, heren. Aan tafel dus!” Even was het stil, toen schepte ik de soep in de kommen. “Eet smakelijk!” Een half uurtje later was het eten schoon op en konden de heren gaan douchen en zich omkleden. Gerben ging de douche van de zussen in, Rogier ging met mij mee.

En tijdens het uitkleden zei hij: “Kees… Dat geld voor mijn pa en ma… Ik zit er stiekem best wel mee. Ik wil Charlotte, maar met name Margot niet beroven van hun spaarcenten.” Ik draaide me naar hem toe. “Rogier, je berooft niemand. Volgens mij hebben de dames jou een net contractje onder je ogen geschoven; teken dat, en sluis het geld meteen door naar je ouders. Dan kun je hen de volgende keer met opgeheven hoofd onder ogen komen. Zonder dat die studieschuld van je als een zwaard van Damocles boven je kop hangt. Je bent niet meer van hen afhankelijk. En als ze dan nóg steeds lopen te zeiken over jouw nieuwe baan… Nodig Kees en Joline Jonkman dan maar eens uit bij jouw ouders thuis. Dan vertelt Kees ze wel even dat DT niet ‘zomaar’ een ingenieursbureautje is en doet Joline een boekje open over onze orderportefeuille.
Overigens mogen dezelfde Kees en Joline Jonkman volgende week in Nijmegen op komen draven bij de directie van jouw ziekenhuis om onze plannen te presenteren. En dan nemen wij Marion de Groot mee, een van de dames uit ons Backoffice. Een kei in calculeren. Jouw ziekenhuis hoeft geen Europese aanbesteding te doen, gezien de nogal ‘aparte omstandigheden’ waardoor dit hele verhaal tot stand kwam. En jij hebt daar een best grote rol in gespeeld, vriend. Heb je dat al aan je ouders verteld?”
Hoofdschudden was zijn reactie. “Nou, misschien moet je dat dan maar eens gaan doen. Gaan ze één en ander misschien in een ander licht zien.” Hij keek twijfelend en ik drukte door. “Rogier… écht: vertel dat verhaal aan je ouders. Volgens mij zijn ze best wel trots op hun zoon, maar balen ze als een stekker dat jij je mooie en indrukwekkende baan als Hoofd TD van een bekend ziekenhuis in Nijmegen en omstreken opgeeft voor een meisje. Ze weten niks van DT, ze weten niks van deze onfrisse affaire met Duyvestein, laat staan de rol die jij daarin speelde.”
Hij stond na te denken, zijn ogen ver weg. Toen keek hij me aan. “Graag, Kees. Ik ga eens polsen of ze deze week een avond vrij hebben. Dan mogen Jo en jij het verhaal vertellen.” Ik knikte. “Mooi. Liefst op woensdag. Dan zijn we toch al in Nijmegen. Eerst die presentatie in het ziekenhuis, daarna ergens eten en ’s avonds naar jouw ouders. En Lot gaat mee.” Hij keek twijfelend. “Ja, Rogier, dat meen ik. Ze moeten maar eens kennismaken met hun toekomstige schoondochter. Tenminste… Als Lot het daarmee eens is. Overleg dat goed met je meisje. Niks achter haar rug om regelen, want dan heb je een probleem. En dat probleem heet niet alleen Lot, denk er aan.”
Hij gniffelde. “Volgens mij heeft dat andere probleem felblauwe ogen, is het niet?” Ik knikte. “Jij snapt het. En nou douchen, anders komen we te laat en gaan die meiden helemaal uit hun dak! Je hebt twee minuten, daarna kom ik erbij.” “Lijkt me wel gezellig…” was zijn reactie. “Vraag maar aan Joline hoe ‘gezellig’ het is als ik de warme kraan dicht draai en de koude kraan op vol vermogen open zet. Dan piep je wel anders, vriend.” Hij sprong onder de douche. “Wil ik niet meemaken!” Ik zocht mijn ‘danskleren’ uit: nette zwarte broek, donkerrood overhemd, wit jasje, dansschoenen…
“Jouw beurt, Kees!” Druipend kwam Rogier onder de douche vandaan. “Anderhalve minuut… Netjes!” “Ja, die argumenten van jou over koud water doen wonderen…” Ik grinnikte en sprong ook onder de straal. Inzepen, soppen, afspoelen, klaar. “Zooo… Jij bent nog sneller, Kees.” “Volgens mij had ik in Duitsland al iets geroepen over een sergeant die stond te tieren als je langer dan een minuut onder de douche stond, Rogier.” Hij knikte. “Ik kan me vaag zoiets herinneren…”
Ik droogde me af en we kleedden ons aan. “Zo dadelijk nog even je schoenen poetsen, vriend. Dit kan zo niet.” Zijn schoenen waren nogal dof en aan de achterkant zat nog zand. “Hé, ga jij nu die sergeant uithangen?” Ik knikte. “Dansen is ‘decorum’, volgens Carlos en Juanita. Dan moet je tenue wel in orde zijn. Een stel smerige schoenen onder een net pak is nogal een dissonant. En meteen een tip: haal je veters eens uit je schoenen en maak die schoenen eens schoon onder de flappen waar je vetergaten in zitten. Volgens mij is dat bij deze schoenen nog nooit gebeurd.”
Hij keek me stomverwonderd aan. “Ja Rogier… Ik bén sergeant geweest hoor. Maar ’t is niet alleen voor het mooie: als je je schoenen goed onderhoudt gaan ze veel langer mee én blijven ze waterdicht. Geen lekkages op de naden.” Hij gromde wat, trok zijn schoenen weer uit en rukte de veters er uit. “Hmmm… Daar mag inderdaad wel eens iets aan gebeuren.” Ik bekeek de schoenen ook en zei:
“Als een van mijn ouwe instructeurs bij het Schoolbataljon mijn gevechtslaarzen ooit in deze deplorabele staat had aangetroffen, kon recruut Jonkman op vrijdagmiddag de appélplaats gaan vegen… Met z’n tandenborstel.” Rogier grinnikte. “Ik zie het je doen. Vooruit, waar heb jij je schoenpoets?” Ik trok mijn schoenpoetssetje uit een kastje en na een lesje ‘militair schoenpoetsen’ zagen zijn schoenen er weer toonbaar uit.
“Als Lot er is en ik ga eerst nog even m’n schoenen poetsen voordat we naar bed gaan, zal ik wel commentaar krijgen, denk ik…” Ik gaf hem een por. “Dan doe je die van haar ook even. En nu: aantrekken die dingen, want over tien minuten moeten we gaan.” Even later liepen we de huiskamer in en werden verwelkomd met een paar fluitjes. En Gerben even daarna ook. “Kom, mooie kerels… Er uit, en richting dansschool!” Joline nam de leiding en even later reden we in twee auto’s naar Carlos en Juanita.

We waren de eersten van ons clubje. Per paar kwam de rest binnen en al gauw werden er over en weer mensen op de hak genomen. Totdat we de danszaal in werden gecommandeerd en we stevig aan de bak moesten. Salsa, tango en rumba losten elkaar in snel tempo af; Carlos en Juanita gaven ons weinig rust! Tijdens een dans met Melissa mopperde ik een beetje. “Ik kan beter gaan hardlopen… Vanmiddag al behoorlijk afgeknepen door Mariëtte en nu dit weer… Toen ik nog fulltime in dienst zat hadden we minder sport.”
Ze kneep haar ogen wat samen. “Niet zeuren, broertje. Toen jij nog fulltime in dienst zat, had je niet zo’n mooie vrouw als ik in je armen.” Ze keek nu ronduit plagend. “Dat kwam later pas, in een kroegje in Eindhoven…” “Ja. Breek me de bek niet los. Twee rooie draken die zich tot doel hadden gesteld me te verslinden.” Ze grinnikte. “Maar stiekem vond je het wel prettig… Toch?”
Ik fluisterde in haar oor: “Ik heb die avond mijn lieve zusjes op wat andere plaatsjes leren kennen dan daarvoor. Wel leuke plaatsjes overigens, Mel.” Ze keek ondeugend. “En wij onze grote broer ook. Viel niks tegen trouwens, vergeleken met die pubers op school.” We grinnikten samen.
Toen ik even later met Joline danste, was het haar opgevallen dat Mel en ik lol hadden gehad. “Vertel ik thuis wel, schat.” Een onderzoekende blik volgde, met de woorden: “Hmmm. Ik ben benieuwd, Kees Jonkman!” Vrij snel daarna was het pauze. Ik nam de bestellingen van de dames en heren op en liep naar de bar. Dezelfde knul als vorige week had dienst als barkeeper. Hoe heette hij ook alweer…? Oh ja, Erik. Na een paar andere cursisten te hebben geholpen kwam hij op mij af.
“Meneer Jonkman, zeg het eens…” Ik gaf hem mijn lijstje. “En nog één keer ‘meneer Jonkman’ en ik verzuip je in een glas alcoholvrij bier, Erik.” Hij knikte en werkte de bestelling vlot af. “Kan ik straks even met u praten, na de les?” “Ja hoor. Waar gaat het over?” Hij wees. “Straks. Nu heb ik het druk. Sorry.” Ik knikte en rekende af. Met een vol blad liep ik terug naar de twee tafeltjes waar ‘The fabulous forteen’ zaten.
“Zo, dames en heren… laffe mixdrankjes voor de dames, een biertje voor Fred en cola voor Wilma en de rest van de heren. Ik neem aan dat jij naar Rhenen rijdt, Wilma? Want als Fred een pilsje op heeft, zwabbert die lompe modderbak van hem alle kanten op.” “We zijn met mijn auto, Kees. Fred zei voor we weggingen dat hij wat moeite had met het draaien van z’n hoofd.” “Hmmm, ik heb er beeld bij, Wilma.”
Een harde hand greep mij bij mijn schouder. “En die ‘lompe modderbak’ van mij zwabbert niet! Duidelijk, Kees?” Langzaam maar zeker voelde ik de druk oplopen. “Nee majoor van Laar. Hij rijdt kaarsrecht, majoor van Laar…” Hij liet los. “Goed zo. Aardig zijn over mijn auto; die heeft je al een paar keer uit de shit gered, vriend.” Naast ons giechelde Lot: “Ja. En anderen in de shit doen belanden. Letterlijk. Op de dijk, naast de veerpont naar Schoonhoven.”
Een paar minuten later gingen we weer aan de slag. Nu iets rustiger met ballroomdansen. Héhé… Tijdens de ‘wisseldans’ tikte Angelique op de schouder van Marije. “Kees is nu weer gewend om met iemand van onze lengte te dansen, Marije. Neem je hem van me over?” Glimlachend pakte Marije mijn hand. “Hoi Kees…” “Hé schoonheid. Kom je me weer leren sneldansen?” Ze schudde het hoofd. “Niet bij ballroom, Kees. En tijdens de Latindansen heb ik je maar even met rust gelaten.” “Ben ik blij mee, dame. Jouw tempo kan ik normaal al nauwelijks bijbenen, vandaag al helemaal niet. Vanochtend nog stevig moeten sporten.” Ze lachte. “Ik had al zoiets gehoord van je zwager Rob. Maar bij hem was er weinig van te merken, moet ik zeggen. Die danst heerlijk!” Ik trok een gezicht. “Ja, hij wel en ik niet? Nou dank je wel voor het compliment hoor. Je kunt ook gewoon tegen me zeggen dat ik een stijve hark ben.”
Weer een lachje. “Valt wel mee, vergeleken met een aantal maanden geleden. Je doet het best goed… Voor een beginneling.” Ik kneep even in haar hand. “Kijk je uit, dametje? Ik heb mijn schoonmoeder al een keertje met haar kont op de dansvloer laten vallen; dat kan ik bij jou ook doen, denk er aan!”
Ze keek nu uitdagend. “Dat dúrf je niet. Dan krijg je meteen Carlos op je ne…” Ik liet haar niet uitspreken, haakte haar pootje en ze viel achterover. Ik ving haar op; het zou érg lomp geweest zijn als ik haar echt had laten vallen. “Begrijp je het nu een beetje? Voortaan oppassen wat je zegt; Kees Jonkman bluft niet.”
Marije keek een beetje boos. “Je zet me mooi voor schut, Kees.” Ik knikte. “Ja. En wees blij dat ik je opving, anders had je voor schut gelegen. Op je gat, in je mooie rok.” Ze snoof. “Ik zoek wel een andere danspartner. Eentje die me niet laat stuiteren, verdorie.” Ze draaide zich met een knipoog om en tikte de dame aan waar ik wel eens mot mee had gehad, omdat ze opmerkingen over ons clubje had gemaakt.
“Dag mevrouw… Leuk om weer eens me u te dansen.” Ze keek twijfelend. “Meent u dat?” Ik knikte, tussen de passen door. “Ja. U danst prima én u heeft zich de laatste maanden onthouden van commentaar op mijn vrienden, vriendinnen en mij. Dank daarvoor.” Ze bloosde. “Ja. Wij, mijn man en ik, hebben het een en ander van Carlos gehoord. Nogmaals mijn verontschuldigingen.” Ik draaide haar snel rond.
“Geaccepteerd, mevrouw. En, en dat meen ik, het is fijn om met u te dansen. U doet het prima. Trouwens ook met uw man: samen vormt u een mooi stel op de vloer.” Ze knikte. “Dank. We doen ons best.” Ik hoorde dat de dans bijna op het einde was, dus wisselen was nu overbodig. Dan zou een nieuwe danspartner nog vijf maten mee kunnen dansen en dan was de dans afgelopen. Na het slotakkoord gaf ik haar een handkus en leidde haar naar haar man. “Uw echtgenote danst heerlijk. Dank dat ik haar even mocht lenen.” Hij lachte. “De dames zijn wat sierlijker dan wij heren. Of ze leren het sneller, dat kan ook.”

Ik zocht Joline op voor de eind-dans. Dat was weer Latin, dus moest ik hard aan het werk! “Niet alleen maar draaien, Kees”, zei Joline zachtjes. “Oké meissie…” Bij een bepaalde maat smeet ik haar bijna van me weg en trok haar weer naar me toe. Toen duwde ik haar achterover en boog over haar heen, haar lichaam ondersteunend met mijn bovenbeen. Toen we weer overeind kwamen schitterden haar ogen ondeugend en hoorde ik: “Jaja… Foei, meneer Jonkman!”
Ik keek onschuldig en we dansten verder tot de eindmaten klonken. Toen bracht ik Joline naar de zijkant van de zaal en gaf haar de ondertussen traditiegetrouwe handkus. Joline trok me echter naar zich toe, sloeg haar armen om me heen en ik hoorde zachtjes: “Niet draaien hé? Maar me wel dusdanig ver achterover laten buigen dat ik bijna in m’n slipje stond… Boefje!” Ik gniffelde. “Als man moet je toch wát?” Haar ogen schitterden ondeugend. “Wacht jij maar eens af, Kees Jonkman…”

We liepen naar de bar voor nog een drankje en ditmaal trakteerde Henry. Na wat kletsen en geinen gingen we uit elkaar: Mel, Rob, Claar en Ton naar Wageningen, Fred en Wilma richting Rhenen, Lot en Rogier naar Nijmegen, Margot en Gerben én Angelique en Henry naar Waardenburg. Vlak voordat wij ook weg wilden gaan, realiseerde ik me dat ik nog met barkeeper Erik iets zou bespreken. “Sorry schat. Nog even wachten; de barkeeper wilde me spreken.”
We liepen terug richting bar, daar was het nu wat rustiger; de ‘gevorderde klas’ stond al op de dansvloer en van onze klas waren nog maar een paar lui aanwezig. “Erik?” Hij draaide zich om. “Oh gelukkig, u bent er nog! Ik zag u al met die hele club vertrekken, meneer Jonkman…” “Heb je een biertje voor me, Erik?” Hij knikte, Joline keek smerig en snauwde: “Jij moet nog rijden!” “Ik ga dat biertje ook niet opdrinken, schat. Ik ga Erik hier er in verzuipen. Dat had ik hem beloofd, als hij me nog één keer zou aanspreken met ‘meneer Jonkman’. Erik had al een glas onder de biertap geschoven, maar maakte zijn beweging ongedaan.
“Daar verspil ik dit mooie bier niet aan… Kees.” “Goed zo. Je leert snel. En mag ik je voorstellen aan mijn echtgenote Joline? Spreek haar aan met ‘mevrouw Jonkman’ en je hebt nagels in je gezicht. Daarna krijg je dat biertje van mij er achteraan. Om te ontsmetten, zeg maar.” Joline schudde haar hoofd en stak haar hand uit. “Hoi. Let maar even niet op hem; ik ben Joline.” Erik knikte. “Ik had al gezien dat jullie bij elkaar horen. Iets te drinken? Van het huis...”

Joline bestelde een cola, ik een icetea. “Vertel het eens, Erik. Waarom wil jij me spreken?” Hij leunde voorover. “U vertelde vorige week…” Ik viel hem in de rede. “Je zit nu vrij dicht tegen dat biertje aan, Erik. Met je ‘U’. Pas op!” Hij knikte. “Sorry. Je vertelde vorige week waar je werkte. En ik heb eens wat op Internet zitten snuffelen; Developing Technics is een bijzonder interessant bedrijf.” Ik keek hem aan. “En jij bent derdejaars en zoekt een stageplek. Of niet?” Hij kleurde, maar knikte. “Ik ben niet helemaal op m’n achterhoofd gevallen, Erik. Per wanneer?”
“In feite zou ik gisteren kunnen beginnen… Ik dacht een stageplek te hebben, aan de Zuid-as in Amsterdam, maar dat bedrijf is sinds een week gesloten.Potdicht. Iets met grootschalige fraude in ziekenhuizen of zo. Onderzoek loopt nog, ik krijg niet de vingers er achter. En de directeur z’n telefoon geeft alleen maar z’n voicemail.”
Ik zei: “Ja joh, meneer Duyvestein is tegen Kees Jonkman aan gestuiterd… En tegen bijna de hele club die hier vanavond zat. En dan kom je nogal snel in de politiecel terecht.” “Hoe weet u dat…” “Tap dat biertje maar. Da’s de derde keer!” Hij reageerde niet, maar bleef me stomverwonderd aankijken.
Joline, naast me, zat bijna te stikken van het lachen. “Erik, er zijn niet zoveel ingenieursbureau’s aan de Zuid-as in Amsterdam. En ja, de directeur van één van die bureau’s, nou ja, de ex-directeur in feite, Duyvestein dus, ken ik persoonlijk. En nee, wij zijn geen vrienden. Hij heeft, samen met een aantal personeelsleden, nogal wat frauduleuze activiteiten gepleegd. En mede door het gevechtsplan van die knappe dame hier naast me én hulp vanuit onze vriendenclub is hij kei- en keihard in de val gelopen. Degenen die verantwoordelijk zijn voor de fraude zitten nu in voorarrest, Duyvestein voorop. Sorry voor je stageplek daar.”
Hij moest duidelijk even bijkomen en vroeg toen: “Maar wat is er…” Ik viel hem in de rede. “Nee, Erik. Binnenkort lees je het waarschijnlijk wel in de krant. Maar tot zover de Zuid-as; jij zocht nog steeds een stageplek en dacht sinds deze week aan DT. Dat is de naam die we in de wandelgangen gebruiken. Wat kun je? Waar liggen je specialiteiten?”
Tien minuten lang vertelde hij wat hem interesseerde en waar hij mee bezig was. Technisch klonk het goed, maar in feite was ik meer geïnteresseerd in Joline’s mening over deze knul. Op een gegeven moment droogde zijn spraakwaterval een beetje op en keek ik hem recht aan.
“Wat ik zo hoor, klinkt goed. Maar even recht voor z’n raap: jij zou de eerste stagiair bij DT zijn. Ik weet niet hoe onze directeur er over denkt. Want een stagiair begeleiden kost ook tijd. Ik ga het hierover hebben met Theo, onze directeur. Maandag. En daarna bel ik jou met zijn beslissing. En als die beslissing positief is, wil ik dat je asap naar Gorinchem komt om een poolshoogte te nemen. Het moet aan beide kanten passen, Erik.” Hij knikte. “Logisch. Ik hoop dat de beslissing van de directie van DT positief is… Kees.”
Ik knikte. En meteen zei Joline: “Hoe is het met jouw fysieke conditie gesteld, Erik?” Zijn onderkaak zakte een beetje. “Hoezo, mevrouw?”
Liefjes antwoordde Joline: “Als jij bij DT als stagiair komt solliciteren, want zo moet je het toch een beetje zien, gebeurt dat op een maandag, woensdag of een vrijdag. In die middagpauzes sporten wij. We hebben vier trainers binnen het bedrijf. Eentje zit er voor je: Kees. De ander is Fred, die reus van twee meter tien die bij ons hoort. Fred is onze ICT-er. De derde trainer, Mariëtte, werkt niet bij DT. Zij is instructrice bij een fitnesscentrum een paar straten verderop. Een hele lieve meid, maar als zij je aan het trainen is, heb je binnen tien minuten je tong op je schoenen hangen. En de vierde trainer ben ik zelf. Kees en Fred zijn van het lange-afstandslopen, ik hou meer van sprinten. Dus… Conditie?”
“Dat zit wel goed, denk ik. Ik ben lid van het eerste elftal van de voetbalclub van de universiteit. Een van de spitsen. Sprinten kan ik wel.” Joline knikte. “Mooi. Dat zul je hard nodig hebben bij DT. En verder zijn er een paar dingen belangrijk bij ons: keihard werken, teamgeest en op z’n tijd een lolletje.”
“En opdrukken”, vulde ik aan. “Telkens als je een krachtterm gebruikt mag je er vijf pakken. De armspieren van sommige collega’s zijn nogal dik geworden sinds we die regel hebben ingevoerd. Maar goed, dat is voor later; ik wil nu graag je mailadres en telefoonnummer.”

Even later had ik een post-it met de gewenste gegevens. “Mooi, Erik. Ik leg dit voor aan de directie van DT; zodra ik hun beslissing heb, bel ik je. Oké?” Hij knikte. “Nog een drankje?” Joline schudde haar hoofd. “Nee, dank je wel. Dat lijkt op corruptie en daar doen we niet aan. Wij gaan op huis aan; het was ook voor ons een pittig dagje. Doe Carlos en Juanita maar de groeten van ons.”
Met een zwaai liepen we naar buiten. In de auto vroeg Joline: “Zie jij dat zitten, Kees? Een stagiair begeleiden?” “Nu effe niet, schat. Thuis graag verder kletsen over vriend Erik. Nu moet ik mijn drie hersencellen even gebruiken om te rijden.”
Ze giebelde. "Heb je er eentje bijgekregen? Goed zeg..."
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...