Vervolg op: Vluggertje - 2Ik veeg met tissues zijn kostbare sperma van de tegels. Hij moet zijn zaad niet teveel verknoeien, denk ik. ‘Niet verspillen, niet verspillen’, neurie ik zacht en gloei nog na van onze neukbeurt. Dit hadden we dus veel eerder moeten doen. Gluren naar nichtje. Ik kijk vertederd hoe mijn man zijn broek optrekt en naar de keuken loopt om nichtje haar watertje te brengen. Mijn lieve man, de arme schat. Hij weet nog van niets. Ik moet het voor mezelf houden. Nog wel. Eerst moet mijn plannetje slagen.
Ik ben er al weken van slag van. Hij weet niet dat ik ’s nachts huil als hij slaapt. Zachtjes, om hem niet wakker te maken. Het plannetje dus. Of plannetje…. dat klinkt nog teveel uitgedacht. Ik word gestuurd door krachten die groter zijn dan mezelf. Er is een hand die me stuurt, the hand that rocks the cradle. Ach, ik kan er pathetisch over doen, maar ik weet het ook niet. Het is maar zoals ik het nu voel.
We waren zo’n gelukkig gezin, vroeger thuis. Papa, mama, mijn zus en ik. Zus ja, die preutse ja, moeder van nichtje. We schelen zeven jaar, zus en ik. Ze was niet altijd zo preuts hoor!
Terwijl mama haar eerste kind, zus dus, kreeg zat ze nog midden in haar carrière als ruitster in de Military. Eventing heet dat tegenwoordig. Papa werkte thuis en waste en kookte. En wat was mama goed! Als ik de fotoalbums doorblader, dan gloei ik van trots. Is dat mijn moeder!? Wat een kanjer! We hadden thuis een prijzenkast vol overwinningen, in binnen- en buitenland. Ze zijn allemaal verdwenen naar zolder. En mijn moeder naar de hemel.
Maar wat wás ze een knappe verschijning! Slank, sportief, tegelijk ook heel klassiek en… kwetsbaar. Een opvallende figuur in een wereld die bestond uit pezige mannen en gedrongen vrouwen. Ze moest in die tijd ook vaak op televisie verschijnen. Dan sprak ze met haar zijdeachtige stem, en wond ze de verslaggever gracieus om haar vinger. Mensen spraken over haar op straat, bij de kapper, in het café. Ze was een godin in de sport. Nadat ze met wedstrijdrijden was gestopt, kwam ik ter wereld.
Mijn zus en ik. Altijd twee handen op één buik. Onafscheidelijk waren we. We zaten bij elkaar in bad, we speelden met elkaar in de tuin, we sliepen op dezelfde kamer. We waren als Jip en Janneke. Maar dan twee meisjes. Mijn zus wijdde me in de wereld van de seks. Zij was veel ouder en had al vriendjes. Ik weet nog die eerste keer. Twaalf was ik, zij negentien. Ik kom onze slaapkamer in, nietsvermoedend, en daar ligt ze. Haar rok opengeknoopt en slordig om haar heen gedrapeerd. Het beddengoed woest en woelig. Ze draagt dat blauwe bloesje dat half van haar lijf is getrokken. Ik zie een blote rechtertiet. Maar ik kijk ook achter tegen een jongen aan, ik kijk tegen zijn billen. Hij ligt met zijn kleren aan tussen haar benen en stoot verwoed met zijn heupen tegen haar aan. Zus kijkt verschrikt langs hem heen en ziet mij met open mond in de deuropening staan. “Ga weg”, zegt ze bits. Ik doe de deur dicht en loop vertwijfeld de gang op. Wat was dat nou?
Ja, ik weet natuurlijk wat dat was. Ze zijn aan het neuken! Mijn hart klopt wild. Maar ik ben in de war. Het leek zo…. wild. Alsof die jongen haar pijn wil doen. Maar als ze het niet lekker vindt, dan had ze me niet weggestuurd. Dan zou ze toch gillen? Ik stel me voor hoe het is als zo’n jongen tussen mijn benen ligt. Brrrr. Lijkt me eng. Maar ook retespannend. Ik steek mijn hand in mijn sportbroekje. Even voelen. Ja, ik ben vochtig. Mijn kutje is warm. Langs de wand van de gang schuifel ik terug naar de kamerdeur. Ik sta met mijn rug tegen de muur en probeer het geluid op te vangen. Ik hoor zus kreunen en mopperen: “Ja, ja, au, niet zo wild, ja, daar, o ja, dat is beter”. De jongen begint ineens te grommen en dan komt er uit zijn keel een geluid waar ik nu nog aan terugdenk als ik een scheepshoorn hoor. “Ik kom, ik kom”, hoor ik. “Niet in mijn kutje”, gilt zus, “ik wil niet zwanger worden”. Ik hoor gevloek en gerommel en hoor haar zeggen: “o ja, spuit maar op mijn buik, he bah mmpfff… niet in mijn haar, gek!”.
Gek is dat. De scheepshoorn is nog steeds een soort trigger. Toen ik vorig jaar op de boot naar Noorwegen het geluid hoorde, pakte ik mijn man wild bij zijn bloesje en begon hem te tongen. We stonden midden tussen de zwaaiende menigte vakantiegangers. Ik sloeg éen been om hem heen en drukte mijn kruis dwingend tegen de harde spieren van zijn bovenbeen. “Ik ga je neuken vent”, zei ik met een diepe grom. “Ik luister”, zei hij stomverbaasd. “…zullen we dan eerst maar even onze hut opzoeken, milady?”. We renden als verliefde tieners de metalen trappen af, en daarna weer op, lift in en uit, tongend in de donkere gangen, dwalend door het doolhof dat zo’n passagiersboot is. We konden ons plekje niet direct vinden, met al die gangen en nummertjes, maar dat droeg bij aan de erotische spanning. Toen we aankwamen bij de hut, nam hij me staand, direct achter de deur van onze cabine. Tien stoten en we stortten hijgend neer.
Had ik toen maar …. Maar nu is het te laat. Het zwaard is al gevallen. En manlief weet nog van niks. Ik heb hetzelfde als mama. Toen ik dertien werd, viel ze plotseling kilo’s af. Wij eerst nog denken dat het kwam door die val van het paard. Ze was op een recreatieve rit met haar hoofd tegen een tak van een boom geklapt, van het paard gestort en ze had even bewusteloos gelegen. Maar ze was dizzy weer opgestaan en na een paar dagen volgde een check bij de dokter. Rust houden natuurlijk. Het leek gelukkig allemaal mee te vallen. Maar ze beef zo moe en kwam niet meer aan. Ik zie haar nog liggen, bleek en uitgemergeld, met haar dunne duster op het bed, haar blonde haren gespreid op het kussen. Nog steeds de prachtige vrouw die ze was. Maar met ingevallen wangen en doffe ogen, vroeger zo helblauw en sprankelend. Dan gingen we naast haar liggen, mijn zus aan de ene kant en ik aan de andere. Hand in hand in hand lagen we naar het plafond te staren. Er viel geen woord. Er viel ook niet te praten. Alleen maar te zijn, wij vrouwen, wij familie. Het waren weken van rondhangen in pyjama, mama die nooit meer in haar prachtige jurken en strakke bloesjes met pantalons rondzwierde, indruk makend op haar omgeving. Waar ze ook kwam. Papa liep als een bezige bij ons te verzorgen. Mama en zijn verdrietige meisjes.
Ik heb nu haast. Mama overleed heel snel, binnen drie maanden. Ze had die verdoemde eierstokkanker al in zo’n vergevorderd stadium. Net als ik dus nu. Ik weet het drie weken. Sindsdien heb ik naast mijn stille verdriet een oerkracht in me. Ik kan het moeilijk thuisbrengen. Het is heel lijfelijk. Ik voel elke vezel in mijn lijf. De ene dag ben ik power-woman, ben ik energiek en geil, zoals vandaag, flirt ik met mijn baas, lach naar de fluitende bouwvakkers op de steigers. Geef ze al omdraaiend een knipoog en een handkus. De andere dag voel ik me slap en krachteloos, laat ik mezelf op de autoweg inhalen en kijk maar weg van de opgestoken vinger van zo’n verhit baasje. Omdat ik in trance waarschijnlijk te lang op de linkerbaan bleef hangen. Laat mij maar, ik ben er niet. Niet meer voor lang. Het is leven en liefde en dood, eros en thanatos. En het doet me denken aan de avond na de begrafenis van mama.
Ik lig met mijn zus op de ouderslaapkamer. We strijken met onze handen over de sprei. Hier lag ze, hier waren de laatste dagen van ons samenzijn. Ik kijk opzij en zie dat zus een traantje heeft dat langs haar slaap langzaam naar beneden loopt. Ik vang het met mijn wijsvinger op en proef het zout met mijn lippen. “We moeten door, zussie”, zeg ik. Ze knikt en zucht en kijkt me ineens intens aan. “Ik voel me raar”, zegt ze. “Ik ook”, zeg ik. “Ik ben….. verdrietig, maar ook ….kweenie”, ze frutselt wat aan één pand van haar zwarte mantelpakje. Ik heb bijna precies hetzelfde aan. Witte bloes, zwart kokerrokje, getailleerd jasje. We kregen door onze rokjes op de begrafenis allemaal knipogen van al die oude mannetjes, ooms en oudooms. Geile bokken zijn het.
“Ik voel me…. ergens opgewonden”, zeg ik. Zus kijkt me verrast aan. “Ja dát!”, zegt ze met een glimlach, “ik ook, en de hele dag al”. Ik ben blij met zus. Ik durf te zeggen: “En weet je, toen ik mama zo vredig en met die kleren zag liggen, toen voelde ik een steek in mijn onderbuik”. Daar, ik flap het eruit. “Vertel”, zegt zus verrast, terwijl ze op haar zij naar me toe gaat liggen. Ze ondersteunt haar hoofd met een hand en strijkt met de andere hand over mijn heup.
“Nou…., alsof ik moest plassen. Je weet wel , zo’n zenuwachtig gevoel.” Zus grinnikt. “Heb je al eens gemasturbeerd”, vraagt ze zacht. Ik knik. “Dat is hetzelfde ja. Ik bedoel, vandaag nog niet. Maar ik deed het toen jij met die jongen bezig was vorig jaar, weet je nog?”. “O toén”, zegt ze. “Heb je toen met jezelf gedaan? Hoe dan, waar dan?”. Zus’ haar ademhaling versnelt haast onhoorbaar. “Nou, direct op de gang, naast de deur”. “Ooh, zegt zus”. Ze rolt zich op haar rug en steekt een hand onder haar rokje. Ze wriemelt even en dan slaakt ze een kreuntje. “Wat geil dat je me hebt afgeluisterd”, zegt ze. “En, kwam je snel klaar?”. Ik kijk vertederd naar haar en zeg: “ja, toen je riep dat zijn sperma in je haar zat. Dat vond ik zo geil. Maar ik was wel in de war, hij leek me zo ruw”. Zus schiet in de lach. “Dat was ie, het was een boerenpummel. Ik ben blij dat het uit is”. Ik zie de kootjes van haar hand nu door de stof in haar kruis drukken. Ze kramt haar hand tussen haar benen. Zus begint te zuchten. Zal ik ook? Ik draai me op mijn rug, steek mijn hand tussen bloes en rokband en vraag: “Wie is jouw ideale man dan? Liep ie vandaag rond tussen al die mensen?”. Zus denkt na, terwijl ze doorvingert. Dan zie ik haar enigszins verkrampen, alsof ze aan iemand specifiek denkt. Ik zie dat ze haar wenkbrauwen iets optrekt en ze zegt fluisterend: “er is er maar één die ik écht knap vind.” Ik ben nu één en al oor. Ze verkrampt nog meer en zegt dan in een langgerekte zucht: “…. papa…”.
En dan gaat het snel. Ik draai mijn ogen naar de deur en zie een zwarte schim in het donker van de gang bij deuropening staan. In zijn zwarte begrafenispak staat daar papa. Hij kijkt met een vertrokken gezicht naar ons. Hij heeft pareltjes zweet op zijn hoofd en duwt de deur open. Ik zie dat hij met zijn hand de rits van zijn pantalon opentrekt. Dan friemelt hij zijn lul naar buiten, op volle oorlogssterkte. Zus kijkt hem verschrikt aan. “Open je benen”, zegt hij. Als in trance gehoorzaamt ze hem. Ze trekt haar rokje rond haar middel en houdt haar slipje opzij. Alsof ik niet besta, plant hij zijn pik in haar kutje. “Ik ga je flamoesje nemen”, gromt hij. “we vieren het leven, dat wij er nog zijn”, snikt hij en hij begint in sneltreinvaart tegen haar bekken te stoten. Het bed schudt. Ik kijk, gebiologeerd. Ik ben er wel en ben er niet. Vergeet mezelf helemaal te vingeren. Dit is zo ….. noodzakelijk, zo geil, zo werkelijk. Alleen de aanblik laat dat gevoel in mijn buik al golven tot grote hoogte. Ik voel een lange stroomdraad vanuit mijn borsten naar mijn kruis trekken. De golven slaan op het strand en dan…. kom ik tegelijkertijd met papa klaar. Hij schiet zus helemaal vol. “Jaaaa”, zegt ze met een lange zucht, “ik ben niet aan de pil papa”.
En zo is het dus gekomen. Zus werd zwanger in het sterfbed van mama, op de dag dat we onze lieve mama wegdroegen. Zus kreeg binnen een jaar verkering met een jongen en trouwde na drie maanden. Een domineeszoon, zwaar op de hand. Ze werd zelf ook streng gelovig. Die verkering was handig. Het leek een moetje. Over de conceptie heeft ze het nooit meer gehad. Het was het geheim van haar en papa en mij. Nichtje werd geboren. Ze leek in de wieg al op mama en dat is alleen maar sterker geworden. Ik heb haar zien opgroeien tot de heerlijke verschijning die ze nu is. Ze is met haar zeventien net zo’n natuurmens en amazone als mama. Even sensueel en aantrekkelijk. Ze wordt door zus zo kort gehouden. Maar die heeft haar zondige leven achter zich gelaten. En nou weet je waarom.
Nichtje is dus meer voor me dan nichtje. Ze doet me zo ontzettend veel. Ze is het leven. Sinds ze deze week in huis kwam logeren, ben ik in alle staten. Haar levendigheid geeft mij kracht. Haar jeugd is mijn toekomst. Zo voel ik dat. Ik ben er opgelaten van, koortsachtig. Ik eet weinig, ik slaap niet, ik ben constant geil. Zit uren op het toilet. Ik vinger eelt op mijn klitje, denkend aan mijn plannetje. En zodra ik daarop focus, dan krampen mijn bekkenspieren rond mijn vingers.
Nichtje, mijn zusje eigenlijk, gaat een kindje geven aan mijn man. Dat is mijn plan. Het kindje dat ik niet meer krijgen zal. Omdat ik in Noorwegen zo stom was om nog aan de pil te zijn. Maar het is niet te laat. De levenslijn van mama zal via nichtje worden doorgegeven. En ik zal er naast liggen, als dat gebeurt. Net als toen, met papa en zus. Het geilste moment in mijn leven op de zwartste dag in mijn bestaan. Eros en thanatos. Er zit niet veel tussen. Jawel, een vluggertje…
Volgende deel: Vluggertje - 4