Vervolg op: Charlotte - 24Ik loop naar onderen, waar ik me een plaatsje zoek aan de bar. De barman is erg behulpzaam en ik bestel me een cocktail. Maar ik zie al meteen, dat de man nog niet erg ervaren is. Hij kijkt verbaasd op, als ik hem wat tips geef.
‘U bent van het vak?’
‘Al een tijdje niet meer, maar dat verleer je niet. Het is net als fietsen. Maar ik wil me er weer op toeleggen.’
De man volgt dan mijn tips, en kijkt verbaasd hoe gemakkelijk het dan gaat. Als ik wil afrekenen, zegt hij me:
‘Deze was van het huis, mijnheer! Bedankt voor uw tips, die ga ik zeker ter harte nemen.’
Ik glimlach en drink wat aan mijn cocktail. Toch net iets te sterk, maar ik besluit er maar niets over te zeggen. Het duurt niet lang, voordat er een aantrekkelijke dame naast me komt staan. Ze glimlacht naar me en beleeft glimlach ik terug.
Ze neemt zelf het initiatief. ‘U was wel behulpzaam met die barman. En u leek er wel een en ander vanaf te weten.’
Ik glimlach. ‘Ik heb vroeger een eigen club gehad, en heb daar heel wat cocktails mogen maken. En de barman is duidelijk nog een beginner. En met wat kleine tips zal hij het nu wel een stuk beter doen.’
‘Ah, dus u komt uit de horeca?’
‘Ja, maar ik ben er een tijdje uit geweest. Maar nu doe ik weer wat stappen om weer in dat wereldje terug te komen. Ik geef nu workshops en daarmee heb ik nu een begin gemaakt.’
‘Ah, klinkt erg interessant. En u bent alleen hier?’
Ik schud mijn hoofd. ‘Ik wacht op mijn vriendin, die zal ieder moment wel komen.’
Ik zie de teleurstelling op haar gezicht. En ik kan het niet nalaten om te glimlachen. Maar ze laat het verder niet merken, en praat nog even verder met me. En dan neemt ze afscheid en loopt terug naar een tafeltje, waar ze eerder al heeft gezeten.
De barman komt naar me toe en zegt: ‘Eigenlijk zou ik er niets over moeten zeggen, maar ze is hier nu al een week, en probeert iedere man, die alleen staat, te versieren. Maar ja, ze is hier wel te gast, en heeft een goede kamer hier in het hotel. Dus ik kan er verder niets aan doen.’
Ik glimlach en zeg: ‘Ik heb zo het vermoeden, dat ze de dochter van een vermogende man is, en ze zoekt nu iemand, die ook genoeg geld heeft, zodat ze niet meer langer op de centen van haar vader hoeft te leven. Als ik het zo moet inschatten, zal ze bijna drieëntwintig zijn, en zal haar vader gedreigd hebben om de geldkraan dicht te draaien.’
De barman lacht. ‘U haalt me de woorden uit de mond. En u heeft een goed inschattingsvermogen.’
‘Ik ben leraar, en dan leer je zulke dingen snel.’
De ogen van de barman vallen bijna uit zijn hoofd van verbazing. ‘U bent leraar?’
Ik lach. ‘Ik ben jarenlang wiskundeleraar geweest. Maar nu niet meer. Ik ben nu hier op uitnodiging van monsieur Soűtre, en ik heb vanmiddag een workshop aan de koks hier gegeven.’
‘Ah, bent u dat! Ik heb er al van gehoord. In de keuken zijn ze razend enthousiast en voor de verandering wordt er nu eens gelachen in de keuken.’
‘Kijk aan, dat zijn geluiden, die ik graag hoor. Maar jij bent nog niet zo lang in het vak, dat kan ik zo zien.’
Hij schudt zijn hoofd. ‘Dit is pas mijn tweede week hier. Normaal zou mijn collega al hier moeten zijn, maar hij komt vandaag iets later. Ik was heel erg blij met uw tips, want ik ben nog niet zo goed in het maken van cocktails.’
‘Dat kon ik zien en merken. Je had er iets meer sap in moeten doen, nu is de cocktail net iets te sterk. Maar het is zeker niet slecht. En als dit pas je tweede week is, dan heb je zeker talent.’
‘Dank u. Zou u me nog een paar tips kunnen geven?’
‘Natuurlijk!’
Ik geef de man nog wat tips, die hij daarna meteen kan toepassen als een dame aan de bar een cocktail besteld. En dankzij mijn tips gaat het hem nu ook een stuk vlotter af. En dat levert hem meteen al een flinke fooi op. De man glundert en bedankt me voor mijn hulp.
‘Niet nodig. Wat is eigenlijk je naam?’
‘Miguel Mulliez.’
‘Familie van?’
Miguel lacht. ‘Was het maar waar, dan hoefde ik hier niet te staan.’
Ik haal mijn schouders op. ‘En wat als het waar was? Wat is er mis met eerlijk je geld verdienen met je handen? Voor mijn part heb je miljoenen op je bank en doe je dit eigenlijk voor de hobby. Zolang je het maar met passie en gevoel doet.’
Miguel kijkt me even verbaasd aan. Hij antwoordt niet meteen en zegt: ‘Kunt u een geheim bewaren?’
‘Natuurlijk!’
‘Hoe wist u dat?’
‘Wat? O dat? Ik deed maar een gok. Het is toevallig, dat ik ooit over die naam gelezen heb in een blad, dat ik meegenomen had in mijn vakantiewoning. Maar je bent dus wel familie?’
Hij knikt. ‘Mijn vader vond, dat ik eerst maar eens moest leren, wat het betekent om met hard werken geld te verdienen.’
‘En dat is helemaal geen verkeerd idee.’
‘Inderdaad. Het is goed om ook eens de wereld van de andere kant te zien. En eerlijk gezegd, ik zie het niet zo heel erg zitten om mijn broers in het bedrijf te volgen. Dit staat me veel meer aan. En ik heb zo mijn eigen dromen. Als het me lukt mijn vader te overtuigen om te investeren in een nachtclub, hier in Nice, dan is dat alles wat ik me kan wensen.’
‘En dan ook lekker achteroverleunen en geld cashen?’
‘O nee! Ik wil zelf mijn eigen succes maken. Mijn vader hoeft me alleen maar op weg te helpen, de rest wil ik zelf doen. Mijn familie mag dan wel rijk zijn, maar dat wil nog niet zeggen, dat ik dat ook ben! Natuurlijk, door mijn familie heb ik bepaalde priviléges en als ik geld nodig heb, dan krijg ik dat ook wel. Maar ik wil mijn eigen fortuin vergaren, zonder dat het allemaal voor me gedaan wordt.’
‘Kijk, dat is een goede instelling. Maar ik heb zelf jarenlang een club gehad, en ik kan je wel wat goede tips geven. Misschien moesten we eens samen apart gaan babbelen.’
‘Daar zou ik erg veel interesse in hebben. Heeft u een visitekaartje?’
Ik glimlach. Ik heb er voor ons vertrek nog speciaal laten maken. Ik geef hem er een, en hij geeft me er een terug.
‘Ik neem wel contact met u op, als ik afgewerkt ben. Maar vanavond heb ik nog dienst, dus dat zal wel morgen worden.’
‘Ik ben bereikbaar vanaf drie uur, dan ben ik klaar met mijn workshop.’
‘Dan bel ik u om vier uur!’
We geven elkaar een hand en Miguel gaat weer aan het werk.
Ik draai me om, en zie dan net Lisa uit de lift komen. Mijn adem stokt me in mijn keel. Ze ziet er fantastisch uit. Ze draagt een prachtige jurk, waar ze bijpassende schoenen bij draagt. Ze zou zomaar uit een sprookje gelopen kunnen zijn. En ze draagt haar sieraden. Geduldig wacht ik af, tot ze de bar in komt. Ze ziet me staan en glimlacht naar me. Ik loop naar haar toe en begroet haar.
‘Wow, je ziet er echt fantastisch uit! Waar heb je die jurk vandaan? Die heb ik nog niet eerder gezien!’
‘Die heb ik vandaag gekocht. Ik bedacht me, dat ik eigenlijk nog niets had om hier in zo’n sjiek hotel te dineren. En deze was toevallig in de aanbieding, zodat ik hem ook nog kon betalen. Alleen die schoenen, dat heeft wel een flink gat in mijn spaarrekening geslagen.’
‘Nou, het is anders wel de moeite waard! Maar je hoeft niet alles van je eigen geld te betalen?’
‘Dat weet ik, maar dit wilde ik zelf doen. Je geeft me al zoveel! En ik wilde juist hier erg mooi voor je zijn.’
‘Dan ben je daar heel erg in geslaagd. Je moest eens weten, hoeveel mannen naar je omkeken.’
Lisa glimlacht. ‘Dat had ik wel gezien, maar de belangrijkste keek ook naar mij. Maar je ziet er zelf ook helemaal niet slecht uit!’
Ik lach. ‘Dat weet ik inmiddels ook al. Ik ben al aangesproken door een jongedame, die met me probeerde aan te pappen. Maar ik heb haar keurig afgewimpeld, netjes als een echte heer.’
‘Ah, en wat heb je nog meer gedaan, terwijl je op me zat te wachten?’
‘O, met de barman gepraat. Een hele aardige gast, maar hij is nog niet zo ervaren in het vak. Maar hij heeft grote plannen, en ik geloof wel, dat hem dat ook gaat lukken.’
Ik wenk Miguel naar het tafeltje, waar we aan zijn gaan zitten. Miguel komt meteen.
Miguel blijft perfect in zijn rol. ‘Mijnheer? Wat kan ik voor u doen?’
‘Zou je voor mijn vriendin een Woo Woo zonder alcohol kunnen maken? Graag grenadine in plaats van de perziklikeur. En een tikje meer limoen, dan normaal. Gaat je dat lukken?’
‘Natuurlijk, komt voor elkaar! Wilt u zelf nog wat drinken?’
‘Doe mij nog maar een caipirinha. Je weet nog wel, hoe dat moet.’
Miguel knikt en vertrekt meteen. Lisa lacht. ‘Hij is je wel heel erg behulpzaam. En als ik niet beter zou weten, heb je met hem over cocktails zitten praten.’
‘Dat klopt. Hij was er wat onhandig mee, en ik heb hem wat tips gegeven. En toen ging het al stukken beter!’
Lisa schudt haar hoofd. ‘Je kunt het ook niet laten om mensen te helpen, of wel?’
‘Nee, en dat zal ik ook nooit kunnen laten, denk ik zo.’
De cocktails duren even, voordat ze gemaakt zijn en in de tussentijd komt het oudere echtpaar, waarmee we samen zouden gaan dineren, ook de bar in gelopen. We nodigen ze uit aan onze tafel, wat ze gaarne accepteren. Als dan de vrouw, even wat twijfel, wat ze zou willen drinken, biedt Lisa haar drankje even aan. ‘Dat is zonder alcohol, op advies van Peter zo gemaakt.’
‘Oh, dat smaakt helemaal niet slecht! Hoe heet dat?’
‘Peter noemt het een Woo Woo. Geen idee of het zo is, maar het smaakt in ieder geval erg lekker!’
‘Die ga ik straks ook eens proberen.’
Ik zeg tegen de dame: ‘Dan moet u de versie met alcohol proberen, die is ongetwijfeld lekkerder. Dit is de versie zonder alcohol.’
De man zegt: ‘En wat zou u mij adviseren?’
‘Dat ligt eraan, waar u van houdt. Maar laat me u iets bestellen. Ik heb wel een idee en ik weet heel zeker, dat u het nog nooit eerder gehad heeft.’
Ik wenk Miguel weer, die vrijwel meteen komt.
‘Mijnheer wenst?’
‘Een Woo Woo voor die mevrouw, en voor mijnheer een DieRock on Ice.’
‘Een wat? Een Dierock on Ice? Sorry, die ken ik niet.’
‘Kom, ik zal het je uitleggen.’
Hij komt naar me toe en ik leg hem uit, hoe hij dat drankje moet maken. Het is niet zo zeer een cocktail, maar een mix van Cointreau en zwarte rum en sodawater met een berg ijsklontjes.
Miguel komt snel terug met de DieRock, de Woo Woo duurt iets langer. De man neemt zijn drankje aan en zegt: ‘Zo, dat ruikt in ieder geval sterk!’
‘Dit is een echt mannendrankje. Het is Cointreau Noir met New Grove Dark Rum, sodawater en ijs.’
De man nipt er eens aan. En hij kijkt verbaasd op. ‘Krachtig, maar wel erg lekker. Wat je zegt, een echt mannendrankje. Je weet wel, wat je besteld.’
Ik glimlach. ‘Een man van uw kaliber zou misschien iets anders besteld hebben. Laat ik gokken, u zou zich een whisky besteld hebben. En als ik u zo bekijk, dan zou dat zoiets als een Glenmorangie Lasanta 12 years zijn. Die is smaakvol, niet te zwaar en licht zoet. Zo stel ik me uw drankje voor.’
De man kijkt verbaasd. ‘U bent nogal een kenner. Maar ik zou me inderdaad een whisky besteld hebben. Maar dit is ook ontzettend lekker.’
‘Ik ben verschillende jaren clubeigenaar geweest, dus ik kan me wel inschatten, wie wat drinkt. Ik heb wel wat mensenkennis.’
‘Dat blijkt. Maar dat wil ik wel eens testen. Wat voor mensen zijn wij dan?’
‘Hmm, zo moeilijk is dat niet. U bent vermogend, dat kan ik zien aan de manier, waarop u uw horloge en sieraden draagt. Uw kleding is wel maatkostuum, maar wel van goede kwaliteit. Uw bril is van Cartier, uw horloge van Breitling. Uw schoenen zijn van Armani. Uw vrouw heeft een collier van Cartier, en ook een Cartier horloge. Over de ringen moet ik het antwoord schuldig zijn, maar ze lijken me wel van goud.
Nu heb ik geen verstand van vrouwenkleding, maar ook dit lijkt me goede merkkleding. Op basis van uw kleding, uw voorkomen en uw taalgebruik, zou ik zeggen, dat u een gevierd man bent, die zijn bedrijf niet al te lang geleden voor een goed bedrag verkocht heeft.’
De man en de vrouw kijken me geschokt aan. ‘Nou, dat heeft u goed gezien! Alleen heb ik mijn bedrijf nog niet verkocht, maar ik ben het wel van plan. U moet wel een bijzonder scherp oog hebben, en ook kennis van zaken.’
‘Ik heb oog voor detail. De merknamen kon ik lezen, en dat het collier van uw vrouw van Cartier is, wist ik, omdat het horloge in dezelfde stijl is. En daar staat Cartier op. Op uw schoenen staat ook Armani, op uw bril Cartier. En ik weet zelf ook wel, dat dat alles niet echt goedkoop is. Daar hoef ik echt geen studie voor te doen.’
De man lacht hard. ‘Kostelijk! Inderdaad heel erg scherp opgemerkt. En inderdaad, we stellen het op prijs om kwaliteit te kopen, we kunnen het immers betalen. Dus dat heeft u goed gezien. Maar hoe kwam u op het idee, dat ik mijn bedrijf verkocht zou hebben?’
‘Nou, u heeft me zelf gezegd, dat u elkaar vierenvijftig jaar kennen. Als ik dan er van uit ga, dat u destijds zo rond de achttien was, dan is het gemakkelijk rekenen. Dat is een meer dan pensioenwaardige leeftijd. Al zou ik het u allebei niet geven, dat u al in de zeventig zou moeten zijn.’
De man moet weer lachen. ‘U had ik jaren geleden kunnen gebruiken. Met uw inschattingsvermogen en scherpe opmerkzaamheid zou u mijn bedrijf flink wat geld hebben kunnen opleveren. Jammer, een gemiste kans.’
‘Mag ik vragen, waar u in handelde?’
‘Ik ben vastgoedhandelaar, mijn bedrijf heet Hagendal Estate Trading. Ik koop en verkoop vastgoedprojecten. En mensenkennis is wel een van de belangrijkste vaardigheden, die je daarbij nodig hebt.’
Ik glimlach. ‘Ik doe op een bescheiden manier aan vastgoed. Ik heb enkele panden in Apeldoorn, die ik verhuur aan bedrijven. Daar kan ik bijna van leven.’
‘Ah, dus een soort van collega. Mag ik vragen, welke panden u bezit?’
‘Natuurlijk. Ik bezit enkele panden aan de Vosselmanstraat, en aan de Professor Röngtenstraat. En dan bezit ik nog enkele woonhuizen.’
‘Zo, dat is geen slechte buurt. Daar zitten toch enkele advocatenbureaus?’
‘U bent bekend in Apeldoorn? Ja, dat zijn inderdaad klanten van mij. Veeleisend, maar daar staat tegenover, dat ik er ook goed aan verdien. En ik heb er eigenlijk relatief weinig werk aan, aangezien de werkzaamheden door een klussenbedrijf gedaan worden, die tot een bepaald bedrag meteen aan de slag kunnen.’
‘Dat heeft u goed geregeld, zo moet je dat ook doen. Nou, ik heb in ieder geval een hele goede indruk van u gekregen. Maar dat zijn zeker geen goedkope panden. Maar dan bent u degene geweest, die me dus voor is geweest. Ik heb destijds ook geprobeerd die panden te kopen, maar er was me al iemand voor. En later, toen er daar wat woningen vrijkwamen, is me verteld, dat die ook opgekocht zijn door dezelfde man, die ook die andere banden in zijn bezit had.’
‘Dat was ik dus. Maar ik heb wel een beetje geluk gehad, toen ik die eerste panden kocht, kon ik die van een goede bekende overnemen. Hij vertelde me, dat hij die panden ging verkopen, en ik heb toen meteen gereageerd. Toen ze officieel te koop stonden, was ik al in onderhandeling. Daardoor had ik dus al een voorsprong. En op de overige woningen had ik al een optie staan.’
‘Dat is dan een goed begin. Zo ben ik ook begonnen. Later ben ik me wat meer gaan verdiepen in de aan- en verkoop en wat minder op de verhuur.’
Lisa begint te lachen. ‘Dadelijk ga je je nog toeleggen op vastgoed. En ik dacht, dat je nu je nieuwe richting op zou gaan?’
Ik glimlach en zeg: ‘Al zou ik het willen, Lisa, dan heb ik daarvoor het geld niet. Ik heb nu alles in die panden zitten, en natuurlijk heb ik wel reserves, maar die houd ik liever nog achter de hand. Er kan altijd een dak lekken of een ander probleem met die panden ontstaan. En dan moet ik wel snel kunnen handelen. Nee, wat ik nu heb, dat is voldoende. Of beklaag jij je, dat we er iets minder om hoeven te doen?’
Lisa schudt haar hoofd. ‘Het is alleen maar, omdat ik je zo geďnteresseerd zag kijken.’
‘Nou ja, dit interesseert me ook wel, maar dat wil nog niet zeggen, dat ik het ook meteen ga doen.’
De man lacht. ‘U vertelde me straks, dat u leraar bent geweest? Wel een aparte keuze, als je ook al goed verdient met je vastgoed.’
‘Misschien in uw ogen, maar niet in de mijne. Nu ziet u voor u een jongeman, die nu bezig is zijn leven overhoop aan het gooien is. Ik sta op het punt van trouwen, verwacht een kind, ben bezig een nieuw bedrijf op te zetten. En dat allemaal, voor mijn vriendin en mijn toekomstig kind. Maar voor ik leraar ben geweest, ben ik een soort outlaw geweest. Ik was een biker, clubeigenaar en losbol.
Ik heb dingen gedaan, waar u wellicht rillingen van kreeg. Alles om een bepaald gevoel te kunnen krijgen. U moet weten, dat mijn ouders zeer kort na elkaar zijn gestorven, en ik amper afscheid van ze heb kunnen nemen. En ik ontdekte, dat ik door het nemen van risico’s een soort contact met ze kon krijgen. Je kunt dat een soort trauma noemen, maar ik had er een ernstig ongeluk voor nodig om het een goede plaats te kunnen geven. Ik heb een bijna dood ervaring gehad, en daar heb ik toen afscheid kunnen nemen van mijn ouders.
En vanaf dat moment wilde ik iets terugdoen voor de maatschappij, die ik in die tijd toch wel wat schade heb toegebracht. Ik heb toen mijn oude wereld de rug toegekeerd en ben aan mijn huidige leven begonnen. Ik ben in zulke dingen zeer resoluut. En dan is leraar worden helemaal niet zo’n verkeerde keuze. Ik ben altijd goed geweest in wiskunde, dat het eigenlijk een behoorlijk saai vak was. Maar door mijn levenservaring heb ik daaraan een draai gegeven. Het heeft me tot een van de populairste leraren op school gemaakt, en heeft me zelfs een project opgeleverd van een nieuwe studeerwijze. Dat was best succesvol, maar het ministerie draaide de geldkraan dicht, en daarmee was opeens het project geannuleerd. Ik heb vervolgens mijn conclusie getrokken, en nu zit ik hier.’
Lisa zegt: ‘Het was echt schandelijk, hoe het ministerie daarmee omgegaan is. De school kon er niets aan doen, die konden niets anders. Maar ik kan uit eigen ervaring vertellen, dat Peters lesmethode echt goed werkte. Ik heb nog les van hem gehad. Niemand had echt zin om wiskunde te krijgen, maar Peter wist het leuk, en vooral helder uit te leggen. Ik ben destijds met een acht geslaagd, terwijl ik daarvoor met moeite een zes kon halen. En ik weet hoeveel tijd Peter in dat project heeft gestoken. Dat was echt veel. En hij werd beloond met goede resultaten. De cijfers vlogen omhoog, iedereen had er plezier in, er was zelfs minder verzuim. Kortom: Het was een win-win situatie.
Maar het ministerie had alleen oog voor de kosten, niet wat het uiteindelijk kon opleveren.’
Ik knik. ‘Dat klopt. Ik had berekend, dat de uiteindelijke kosten een besparing van ruim vijftien procent konden worden. Er was immers minder verzuim van leerlingen, minder uitval van zieke leraren, omdat die minder stress hadden. En ik had zelfs een slagingspercentage van 99,9%! Daar stond wel meer kosten tegenover van lesmateriaal, maar dat woog niet tegen de kostenbesparing op. Je moet je eens indenken, wat een kostenbesparing van vijftien procent voor een school is! Dat is gigantisch! Maar ja, het is nu voorbij. Dankzij de kortzichtigheid van het ministerie.’
‘Ik kan merken, dat het u aan uw hart gaan. Ik weet niet wat voor budget een school heeft, maar ik weet er genoeg van, dat een besparing van vijftien procent echt enorm is! Een besparing van een paar procent is al moeilijk, maar vijftien procent? Ik kan het haast niet geloven.’
‘Het was iets minder dan vijftien procent, maar wel bijna. Zover ik het kon uitrekenen, zou het op mijn school bijna veertien komma zeven procent uitmaken. Het verschil werd vooral gemaakt met minder uitval van collega’s. In de tijd, dat het project liep, hebben we maar twee zieken gehad, en dat was door griep. De motivatie was een stuk hoger, dat kon je heel goed merken. Maar ook de psychische en mentale belasting was beduidend minder.
In principe kwam het erop neer, dat de leerlingen zichzelf leerden. Ze moesten hun lesstof eerst gewoon leren, maar vervolgens ook in de praktijk toepassen. Dat zorgt ervoor, dat de stof gewoon beter blijft hangen, omdat ze begrijpen, waarom en hoe het werkt. En juist die afwisseling tussen theorie en praktijk zorgde ervoor, dat iedereen er meer plezier in kreeg.’
Lisa knikt. ‘En ik kon het merken, als Peter weer thuis kwam. Maar het indrukwekkendste was nog wel zijn afscheid. Toen bekend werd gemaakt, dat het project ging stoppen en dat Peter ontslagen zou worden, heeft hij een staande ovatie van verschillende minuten gekregen. Van zowel leraren als leerlingen. Welke wiskundeleraar zou dat ooit ergens krijgen? Zoiets gebeurt toch alleen maar, als je ergens iets goeds doet, of niet dan?’
De man en de vrouw zijn best onder de indruk. Dan zegt de vrouw: ‘Daar heb ik over gelezen, stond dat niet onlangs in de krant? Bent u die leraar?’
Ik knik. ‘Ik vermoed van wel. Ik neem aan, dat er niet zo veel van die projecten zijn. Maar ik laat mijn talenten niet helemaal verdwijnen, ik gebruik ze nu voor kookworkshops. Dat is ook de reden, waarom ik hier ben. En ik moet zeggen, dat ik tot nu toe erg goed verdien.’
‘Ik geloof u meteen. Ik heb de indruk van u, dat u nooit de moed laat zakken en bij de pakken neer gaat zitten. U heeft een sterk karakter, dat is me wel duidelijk.’
Ik glimlach. ‘Maar nu genoeg over mij gepraat. Nu eens over jullie. Wat gaan jullie doen, nadat jullie de zaak verkocht hebben?’
‘Rustig genieten van onze oude dag. We hebben hier in de buurt een villa op het oog. Daar moet nog wel een en ander aan gebeuren, de woning staat al even leeg, maar daar is de prijs ook wel naar. Maar dat is voor iemand, zoals ik, geen probleem. Daar weet ik wel raad mee.’
De vrouw zegt: ‘Het enige, waar we nog mee zitten, is dat er vlakbij een naturistenreservaat zit. Ik zit eigenlijk niet te wachten om blote mensen te zien.’
Lisa kijkt me grijnzend aan. Ik zeg dan: ‘Toch hoeft u daar toch geen last van te hebben. Ik heb een vakantiewoning in Sare, en dat is midden in zo’n gebied. Dat wist ik niet, toen ik die woning kocht.’
‘U wist niet, dat u die woning midden in een naturistengebied kocht?’
‘Dat was op het einde van de winter. Toen liep er echt niemand zonder kleren rond… Nu is daar de winter nog best zacht, maar ik zou niet graag zonder kleren willen lopen. Hoewel we daar nu iemand kennen, die het wel doet. Maar dat is weer een ander verhaal. Maar waar het om gaat: Naturisten zijn eigenlijk best bereid zich aan te passen. Ze snappen heus wel, dat niet iedereen gediend is van hun naaktloperij. Maar er moet dan wel wederzijds begrip zijn.
En natuurlijk ook voorzieningen. En dan zult u zien, dat u van de naturisten weinig of geen last zult hebben.’
De man lacht. ‘Gekocht in de winter? Oké, dat zal dan wel een stevige verrassing zijn geweest, toen u bemerkte, dat uw huis zich in een naturistengebied bevond.’
Ik lach. ‘Ik kon door de grond zakken, dat kunt u me best geloven. Maar inmiddels zijn we er al aan gewend, en doen we vrolijk mee, als we daar zijn. Thuis zie ik het nog niet zo gebeuren, maar daar in Sare kunnen we haast niet wachten om onze kleren af te gooien. Ik had nooit verwacht, dat het zo’n gevoel van vrijheid zou geven. En omdat niemand je daar eropaan kijkt, dat je naaktloopt, voelt dat ook niet vreemd. Maar er is ook niemand die zich eraan stoort, als je gewoon met kleren aan loopt. Er is geen verplichting om zonder kleding te lopen. Net zomin als een verplichting om met kleren aan te lopen.
Maar er wel een soort etiquette om in het dorp zelf wel met kleding rond te lopen. Hoewel ik onlangs wel door de burgemeester gevraagd ben om mee te werken aan wat regelgeving. Die was daar namelijk nog niet.’
De twee kijken me geschokt aan. ‘Dus u bent ook naturist? Een naaktloper?’
‘Nou ja, niet zo uitgesproken als u denkt. Maar ja, ik heb er geen problemen mee om in mijn Adamskostuum rond te lopen. Natuurlijk wel op daar toe geschikte plekken. Ik ga dat echt niet overal doen, geen denken aan.’
De man zegt: ‘Maar u had het over voorzieningen. Wat bedoelt u daarmee?’
‘Nou, gewoon kleedhokjes en kluisjes, waar men hun bezittingen veilig kunnen achterlaten. Als die dan wat uit het zicht staan, zult u zien, dat u van de naturisten weinig last zult hebben. Ze hoeven zich dan niet op beschutte plaatsen om te kleden, waar ze misschien toch in het zicht van anderen zijn. Ik heb dat ervaren op een naaktstrand, waar we zijn geweest. Daar zag je mensen al naakt over de wegen lopen, al uitgekleed vanaf de parkeerplaats. Dat zou met een beetje voorzieningen ook anders kunnen. En een stuk plezieriger voor de omwonenden.’
‘Daar heeft u misschien wel een punt. Kijk, die villa ligt aan de rand van zo’n gebied, en daar is inderdaad ook een parkeerplaats. Vanuit de tuin kijk je zo uit op die parkeerplaats, en ik zie daar inderdaad ook wat u schetst. En dat vindt mijn vrouw storend, en dat kan ik goed begrijpen. Maar er loopt een pad over een gedeelte van het land, dat bij de villa hoort, en daar zou ik wel iets aan kunnen doen. Eens kijken, wat ik daar aan zou kunnen doen. Want u heeft gelijk, als je iets in goede harmonie kunt doen, dat heeft altijd wel een positief effect. U heeft goede ideeën.’
‘Kijk, dat bedoel ik. Dat was ook mijn visie op dat probleem. Als ik thuis kom, ga ik nog eens bellen naar Sare. Eens kijken wat dat zal gaan opleveren.’
De vrouw kijkt haar man aan en zegt: ‘Joost, dat idee van Peter staat me wel aan. Dan zou ik het niet erg vinden, als we die villa zouden kopen. Want de woning op zich is perfect.’
De man knikt. ‘En als we daar ook nog wat meer struiken neerzetten, dan zie je er straks bijna niets meer van. Dan zal ik er maar eens werk van maken.’
Ik kijk op mijn horloge en zie, dat het tijd is om te gaan eten.
Grijnzend zeg ik: ‘Het wordt tijd om te gaan verhuizen naar het restaurant. Grote kans, dat we het beste eten krijgen van alle gasten.’
‘Ik ben wel eens nieuwsgierig. Je denkt, dat ze je gerecht gaan klaarmaken?’
‘Dat weet ik wel bijna zeker. Natuurlijk willen ze tonen, wat ze geleerd hebben. En geloof me, ik zal ontzettend kritisch zijn.’
We lopen dan naar het restaurant, dat grenst aan het hotel. We worden meteen een plaats toegewezen, en vrijwel onmiddellijk bediend. Dat in tegenstelling tot andere gasten, die toch wel even moeten wachten. Joost moet er om lachen.
‘Je kunt wel merken, dat je van belang bent, Peter. Ze vliegen voor je!’
Als ze de kaart komen brengen, zegt Peter tegen de ober, zonder in de kaart te kijken:
‘Ik zou me graag laten verrassen door de keuze van de kok. Laat ze maar hun specialiteiten klaarmaken. En daar wil ik uiteraard passende wijnen bij hebben. Wat wil jij, Lisa?’
Lisa is de kaart nog aan het bekijken. ‘Ik wil graag iets, wat goed verteerbaar is, iets lichts. Een carpaccio van tonijn vooraf, een wildsoep, en dan wat met lamsvlees. En voor het dessert wil ik later nog even kijken.’
De ober knikt. Joost zegt dan: ‘Ik volg de keuze van de heer tegenover me. Ik wil me ook wel eens laten verrassen.'
Celeste zegt: ‘Nou, dan volg ik de keuze van de dame tegenover me, want dat bevalt me ook wel.’
De ober glimlacht. ‘Wordt voor u geregeld. Ik mag u trouwens champagne aanbieden, op kosten van het huis. En speciaal voor mevrouw hebben we daar ook een alcoholarme variant van, die qua smaak niet veel zal onderdoen.’
‘Ah, dat is zeer attent. Doet u dat dan maar.’
Amper een minuut later wordt de champagne al gebracht. De flessen worden op tafel gezet, zodat we zelf de glazen kunnen volmaken, als we daar zin in hebben. We toosten op het eten en op het leven, en drinken van de champagne. Joost is schijnbaar een kenner en zegt: ‘Zo, dat is een goede champagne. Even het etiket bekijken.’
Joost haalt de fles uit de koeler en verslikt zich dan bijna. Kuchend zegt hij: ‘Pff, dat is een fles van bijna vijfhonderd euro!’
Hij bekijkt dan de champagne, die Lisa gekregen heeft. ‘Hmm, dat is anders ook niet zo’n slechte fles. Dat is een Lussory, die kost geloof ik ook zo’n tachtig euro per fles.’
Lisa kijkt geschokt. ‘Nou ja, smaken doet hij anders wel. Heel wat anders, dan de champagne, die we afgelopen vakantie hebben gedronken. Die was wel niet slecht, maar deze smaakt anders wel heel erg goed! Maar dat mag dan ook wel met zo’n prijskaartje!’
We babbelen dan nog wat lekker met elkaar, als opeens Guy langs de tafel gelopen komt.
‘Alles naar wens?’
‘Helemaal! Monsieur Soűtre. En erg attent van u om champagne van het huis te geven.’
‘Dat is het me wel waard, monsieur Hoogmans. U beseft nauwelijks wat u vanmiddag te weeg heeft gebracht. In de keuken is het nu een gekkenhuis, maar de motivatie is zo ontzettend hoog en er wordt zelfs weer gelachen. U heeft heel wat losgemaakt. En dat door zo’n simpele kookworkshop.
Nou ja, simpel? Ik heb er zelf ook nog wel een en ander van geleerd, en het was zeker een workshop voor gevorderden. Zeker naar mate de workshop vorderde. Ik ben zeer tevreden, en dat wilde ik u op deze manier duidelijk maken.’
‘Nou, dat stel ik dan ook zeer op prijs. En overmorgen zal nog leuker worden. Ik ben eens benieuwd, of het iemand zal lukken om dat nagerecht na te maken.’
Guy zegt: ‘We kunnen er een weddenschap van maken? Als het iemand lukt, dan krijg ik uw recept, en anders mag u me een fles wijn uitzoeken naar keuze. En dan maakt het me niet uit, hoeveel die fles wijn kost.’
Ik zeg er meteen bovenop: ‘Dan zal ik u matsen, de fles wijn, die ik dan zou willen is een Château Margaux – Margaux, 1e Grand Cru Classé 2011.’
Guy lacht. ‘Dat treft, die ik heb staan. Maar eigenlijk geen reële tegenwaarde voor een goed recept. Daar maken we dus een volle doos van. En om tegenprestatie nog wat interessanter te maken, wil ik ook nog eens een hele middag met u over kruiden praten. Ik ken uw leermeester en ik wil wat van die kennis hebben.’
Ik glimlach en steek mijn hand uit. ‘Die uitdaging durf ik wel aan. Een doos Margaux, daar betaal je toch snel zo’n vijfentwintighonderd voor. En mocht ik verliezen, wat ik zeer betwijfel, dan geef ik met liefde dat recept aan u door. U bent het dan waard om het te krijgen. En een middag over kruiden praten, dat is al helemaal geen probleem.’
Guy schudt mijn hand. ‘Zo, dat staat. Monsieur, u bent getuige van onze weddenschap?’
Joost glimlacht. ‘Ik zal wel getuige zijn.’
Guy laat ons dan lachend alleen. En niet veel later worden de eerste gerechten gebracht. Het is al meteen duidelijk, dat dit een kwaliteitsrestaurant is. De gerechten zijn echt af en smaken heerlijk. Ik kan er echt niets aan afkeuren. En het verbaasde me niets, dat we als hoofdgerecht lamsrack naar mijn recept krijgen.
Wel hebben ze voor het verdere gerecht hun vrije inspiratie losgelaten, en dat is werkelijk perfect. Na het eten wenk ik de ober naar me toe.
‘Kunt u me de kok even halen, die verantwoordelijk is voor dit gerecht?’
De ober knikt en het verbaast me niets, dat Marc opeens voor me staat.
‘Ah, dus jij hebt dit klaargemaakt?’
‘Uiteraard, al heb ik er hard voor moeten knokken. Iedereen wilde het voor je klaarmaken.’
‘Nou, als ik er een cijfer voor moet geven van 1 tot 10, dan heb je een negen. Dus helemaal niet slecht. Een beetje oefenen nog, het roosteren kan nog wat beter. Maar daarvoor heb je de rest wel perfect gedaan. Je hebt dus nog wel wat potentie!’
Marc lacht. ‘Dat hoor ik graag. Het was anders een best pittige workshop! En ik had nooit gedacht, dat je zo’n strenge leermeester kon zijn. Het was prachtig om te zien, hoe je iedereen op zijn nummer zette. Maar iedereen kijkt nu wel uit naar overmorgen. Monsieur Soűtre heeft ons verteld, dat er een weddenschap op het spel staat, een hele doos Margaux?’
‘Dat klopt. Ik heb met hem gewed, dat hij het nagerecht, dat ik overmorgen ga klaarmaken, niet kan namaken. Dat zal niemand van jullie lukken. En jullie zijn echt goede koks, maar dit gaat jullie niet lukken.’
‘Oh oh! Dat klinkt als een serieuze uitdaging! Daar houden we wel van. En voordat ik het vergeet, Dylan heeft de nagerechten klaargemaakt. Ben niet al te hard voor hem, je hebt hem vanmiddag al genoeg voor schut gezet.’
‘Ik zal proberen me in te houden, maar als het niet lekker is, dan krijgt hij dat ook te horen ook!’
‘Geloof me, hij heeft alle redenen om het weer goed met je te maken. Hij vond het echt niet prettig, dat je hem in zijn hemd hebt gezet, en wil nu revanche.’
‘Laat dan maar eens komen!’
Marc knikt als groet en loopt weer naar de keuken. En niet veel later brengt de kok zelf de nagerechten.
Ik zeg tegen hem: ‘Je wilde er zeker van zijn, dat alles goed zou zijn?’
De man glimlacht. ‘Zoiets. En ik moet u een excuus aanbieden. Ik dacht eerst niet veel van u, maar u heeft getoond een ware meester te zijn in de keuken. En dat wil ik op deze manier weer met u goed maken.’
‘Kijk, dat waardeer ik nu eens. En prompt alweer 3 punten eraf van je totaal.’
De man lacht. ‘Dan sta ik nu ten minste op een normaal niveau. Maar dat systeem wil ik ook in de keuken gaan invoeren. Het is een goede manier om scherp te blijven, maar ook om op gelijke level te blijven met je collega’s. Achteraf hebben we er goed om kunnen lachen. Ik ga er in ieder geval over praten met monsieur Soűtre.’
Hij laat ons alleen en we proberen de nagerechten. En dat is echt heerlijk. Gecarmeliseerde cerise met een bavaroise van cranberry en frambozen. Netjes afgewerkt met wat munt en een klein beetje peper om de smaak beter uit te laten komen.
Als de ober komt om de tafel weer af te ruimen, vraag ik hem om een boodschap aan de kok door te geven.
De ober knikt, en glimlacht als hij hoort: ‘Min twee punten.’
Als de ober weg is, zegt Joost: ‘Was is dat toch met die punten?’
Ik lach. ‘Dat was mijn manier om iedereen meteen op scherpte te krijgen. Bij tien strafpunten mochten ze meteen keukenknecht spelen. En als een kok ergens een hekel aan heeft, dan is het dat werk wel. En die man van zojuist had al meteen tien strafpunten te pakken, omdat hij brutaal en onbeschoft was. En die heeft hij nu wel ongeveer weggespeeld. Goed gedrag en goede resultaten moeten worden beloond, of niet dan?’
‘Je kunt goed merken, dat je leraar bent geweest. Maar dat zal voor hun wel even een schok zijn geweest.’
We praten nog een tijdje na, als Joost opeens de ober roept.
‘Mag ik de rekening voor mij en mijn vrouw?’
‘Dat is niet nodig, dit was op rekening van het huis.’
‘Ah, dat was niet nodig geweest, maar ik neem aan, dat jullie een gezamenlijke fooienpot hebben?’
‘Ja, van dat geld doen we een paar keer per jaar wat leuke dingen samen.’
Joost trekt zijn portefeuille, en haalt er een biljet van vijfhonderd euro uit. En dat geeft hij de ober.
‘Voor in de pot. Dat hebben jullie je verdiend. Voor de service, voor het ontzettend lekkere eten en voor de prompte bediening.’
De ober is blij verrast. ‘Dank u wel! Ik zal het meteen in de pot duwen!’
Als ik even later naar het toilet loop, houdt de ober me aan.
‘Mijnheer, we zouden graag iets terug willen doen voor de royale fooi van uw tafelgenoot. We krijgen wel eens vaker grote fooien, maar zo spontaan zelden.’
‘Tja, zo goed ken ik ze ook weer niet. Ik heb ze vandaag pas ontmoet, maar het zijn prettige mensen om mee te praten. Ze zijn hier, omdat ze vijftig jaar getrouwd zijn.’
‘Ah, dat geeft me wel een idee! Bedankt, mijnheer!’
Even later kom ik terug van het toilet, en zie dan enkele obers met wat instrumenten gereed staan. Ik heb al een idee, wat ze van plan zijn en ga dan maar snel zitten.
Een paar ogenblikken later horen we een accordeon spelen, begeleidt door een paar gitaren. Een vijftal mannen komen naar onze tafel toe, en beginnen dan te zingen. Het is meer dan duidelijk, dat ze dit niet voor mij en Lisa doen, maar voor onze twee tafelgasten, Joost en Celeste. Die worden er wat verlegen van. Celeste grijpt de arm van haar man vast en ze kijken elkaar verliefd aan. Joost geeft haar een zoen, waarop applaus van andere tafels klinkt. De ober, die zelf ook meegezongen heeft, zegt dan: ‘Een kleine geste als dank en ook ter ere van uw vijftig jarig huwelijk. Van harte gefeliciteerd!’
Guy komt er dan aangelopen met een fles wijn. ‘Ik hoorde van de plannen van mijn personeel, en ik vond dat ik u wel een cadeau kon aanbieden. Ik heb hier een goede fles zijn, die u maar samen met uw vrouw soldaat moet maken.’
Joost neemt de felicitaties en de fles wijn dankbaar aan, en ook Celeste is zichtbaar dankbaar. Ook rondom ons heen regent het felicitaties, en het duurt even, voordat de rust weer is wedergekeerd.
Joost kijkt me aan en zegt: ‘Heb jij dat geregeld?’
‘Nee, helemaal niet. Maar ik heb ze wel laten weten, dat je vijftig jaar getrouwd was, meer niet.’
‘O, dan is dit zeker nog eens zo leuk! Dit had ik helemaal niet zien aankomen.’
Celeste glundert nog steeds en zegt: ‘Ik vond het erg leuk en aardig van die obers. Hier ga ik vast en zeker nog eens vaker eten.’
Na een paar drankjes gaan we dan naar onze kamers terug en nemen we afscheid van elkaar. Ik ben behoorlijk moe, het is voor mij een lange dag geweest, en ook inspannend. Ik lig al snel in bed, terwijl Lisa nog haar haren in de badkamer aan het kammen is. Maar ik slaap al, voordat ze terug is.
Volgende deel: Charlotte - 26